De Heer heeft Zijn heil bekend gemaakt - pagina 87

te prediken. Ze komen in Troas, waar de Heere Paulus in een gezicht de weg wijst naar Macedonië, naar Europa dus. Na veel wederwaardigheden in Filippi (Lydia, de slavin met een waarzeggende geest, de gevangenis, de stokbewaarder), trekken ze (vanaf Troas is ook Lucas bij hen) naar Thessalonica, waar de Heere een rijke zegen geeft op de prediking van Paulus. Evenals vroeger in Antiochië (Pisidië) zijn het hier weer vijandige Joden, die met list en geweld de bediening van het Evangelie des kruises tegengaan. Ze zijn ook de oorzaak, dat Paulus zijn verblijf in Berea spoedig moet afbreken. Hij gaat over zee naar Athene, Silas en Timotheus in de pas gestichte gemeenten achterlatend. In Athene ontvangt Paulus gelegenheid het Evangelie te verkondigen aan de wijzen dezer wereld : de wijsgeren uit de Epicureïsche en Stoïsche scholen. Aansluitend bij het altaar „aan de onbekende god", dat hij op een der stadspleinen zag, verkondigt Paulus in zijn Areopagusrede waarheden, die het geweten van de Grieken wel aanspreken. Wanneer hij echter toekomt aan de opstanding van Christus en aan het feit, dat Hij de wereld richten zal, keren de eerst zo nieuwsgierige Atheners de apostel vol verachting de rug toe. Dwaasheid, geen discussie waard, vinden ze. Dan leidt de Heere Zijn knecht naar Corinthe, een wereldstad, even weelderig als zedeloos. Silas, Timotheus en ook Lucas zijn dan weer bij Paulus. Zoals in alle plaatsen, waar Joden woonden, werden deze ook hier bewogen, zich te bekeren en te geloven in het Evangelie. En ook hier blijft de zegen niet uit; velen, zelfs de overste der synagoge, worden tot God bekeerd ; anderen echter lasteren de leer der vrije genade. Paulus moet deze Joden wel loslaten en zich, evenals dat in zovele plaatsen het geval was, wenden tot de heidenen. Zullen de vijandige Joden ook hier er voor zorgen, dat de zendingsarbeid afgebroken wordt ? vraagt Paulus zich af. In een nachtgezicht laat de Heere hem echter zien, dat dit niet zo zal zijn : de Heere heeft nog veel volks in deze stad ; niemand zal de hand aan hem kunnen slaan. Vooral Aquila en Priscilla, ook tentenmakers als Paulus, zijn hem tot steun. Anderhalf jaar heeft Paulus met zijn metgezellen in Corinthe met veel zegen gearbeid. Van hieruit zijn de beide brieven aan de Thessalonicensen geschreven. Vanuit Corinthe reisde de apostel tenslotte via Efeze, waar Aquila en Priscilla achterblijven, naar Antiochië. 12. De derde zendingsreis. De eerste zendingsreis ligt tussen de jaren 45 en 49, de tweede tussen de jaren 50 en 54, de derde tussen de jaren 54 en 58 na Christus. Na weer de gemeenten in Frygië cn Galatië te hebben bezocht, leidt 87

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen