Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

‘Hij zal den armen en den  kleenen, genadig zijn en goed’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘Hij zal den armen en den kleenen, genadig zijn en goed’

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

W.F. Sprengelmeijer

Uit het leven van ouderling Cornelis van Westen (1894-1985)

Ouderling Cornells van Westen was een man die zijn stempel gedrukt heeft op het kerkelij - ke leven in Zierikzee. Drieënvijftig jaren maakte hij deel uit van de kerkenraad in die plaats. Opmerkelijk daarbij is dat hij ambtsdrager was in drie kerkverbanden: de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Tussen elke kerkwissel stond de gemeente enige tijd op zichzelf. Van Westen diende ononderbroken een en dezelfde gemeente. Wie was deze nxarkante figuur in het kerkelijke leven?

Cornelis Van Westen stamde uit een oud geslacht dat de afscheiding was toegedaan. Een geslacht waarin velen bedeeld waren met de vreze des Heeren. De grootvader van Van Westen was Martinus van Westen, geboren te Nieuwerkerk op Schouwen en Duiveland op 5 december l823-Hij liep als jongeman vaak van Nieuwerkerk naar Bruinisse om de oefenaar en latere predikant Pieter van Dijke te beluisteren, die daar vanaf 1848 regelmatig voorging. De naam van Martinus van Westen wordt reeds genoemd in 1852 bij de eerste namen der afgescheidenen te Nieuwerkerk. Hij was landbouwer op de boerderij genaamd 'de Stolpe'. In de strenge winter van 1890/1891, terwijl hij met een wagen mest reed, bevroor een van zijn benen door de ongekende strenge vorst. Hij was toen 67 jaar oud. Ziekenhuizen kende men niet of nauwelijks, ook niet op Schouwen en Duiveland. Het gevolg was da een huisarts uit Zierikzee, dr. Zuurdeeg, op genoemde boerderij het been afzette. Deze operatie vond plaats op de keukentafel. Van

Westen overleed op 28 februari 1891 aan de gevolgen van deze medische ingreep. Hij was getrouwd met Cornelia Janna Berman, volgens overlevering waren beiden Godzalige mensen.

Bakkeriaanse gemeente

Datzelfde kan gezegd worden van zijn zoon Jan van Westen en diens vrouw 7\nna Flikweert. Jan van Westen hoorde tot de gemeente van ds. Van Dijke, maar ging door zijn huwelijk over naar de gemeente van ds. Bakker te Nieuwerkerk. Zijn zoon Gornelis van Westen werd geboren op 15 augustus 1894 te Nieuwerkerk, waar hij zijn jeugd doorbracht. Hij was de derde jongen in dit gezin met de naam GorneHs; twee kinderen met deze naam waren reeds door de dood weggenomen. De kindersterfte lag in die tijd zeer hoog. Toen Gornelis 20 jaar oud was, stierf zijn moeder. Een zware slag in dit gezin.

Het gezin Van Westen kerkte in de Bakkeriaanse gemeente te Nieuwerkerk, waar S. Bom en later P. Flikweert ouderling waren en de preken lazen. Gornelis zat als kind veel onder de prediking van ds. M. Ruben, die in 1910 te Terneuzen overleed. Ook kerkte hij veel bij ds. Hubregtse te 's Gravenpolder.

Krullenjongen

Gornelis van Westen heeft nooit de lagere school bezocht, omdat zijn ouders tegen inenten waren. Kinderen die in die tijd niet ingeënt waren tegen pokken, mochten de lagere school niet bezoeken en kregen zodoende veelal geen onderwijs.

Gornelis kreeg van de genoemde ouderling P. Flikweert wat les aan huis, met andere kinderen uit de Bakkeriaanse gemeente in hun dorp. Flikweert was een man die goed ontwikkeld was voor zijn dagen, maar ook een man met een ander leven. Hij gaf in de winter thuis les aan zijn eigen kinderen, en ook aan anderen onder wie dus Gornelis van Westen. Gornelis werd timmerman en volgde dus zijn vader niet op in diens landbouwbedrijf. Hij begon als krullenjongen in een timmermanswinkel, zoals men dit toen noemde. Daar leerde hij het vak. Hij had een goed verstand, wilde hogerop en volgde tekenlessen op de avondschool te Zierikzee. Die tijd stierf zijn moeder. Cornells besloot elders in het land een baan te zoeken

en 'over water' te gaan werken, zoals men toen zei. Hij kreeg werk op eetljftrcliitectenbureau in Hengelo terkte ook op andere plaatsen. ||eindelijk keerde hij weer naar Sienouwen terug.

Op zoak naar de waarheid

In 1926 trouwde hij met Janna der Have, een meis-|i geboortedorp. Gor-Janna kochten een huis en Zierikzee en startten |en aannemersbedrijf-Westen is tot het eind van zijn leven aanne­ mer gebleven. Bij hun trouwen kerkten ze in de Apostolische Gemeente te Nieuwerkerk, waartoe zijn jonge vrouw met haar familie behoorde. Hier hoorde hij een geheel andere prediking dan die hij gewend was in de Bakkeriaanse gemeente waarin hij was opgevoed.

Toch liet deze opvoeding hem niet los. Zijn ouders waren immers Godvrezende mensen. Ook zijn oudere broer Jan, die krachtdadig tot bekering kwam, maakte grote indrxik op hem, zodat Cornells de oude waarheid weer ging zoeken.

Soms kerkte hij in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Zierikzee bij ds. S. van der Molen of in de ­ Oud Gereformeerde Gemeente in de Lange Nobelstraat als ds. L. Boone of een oefenaar daar sprak. Hij ging ook wel op de fiets naar Nieuwerkerk naar de Gereformeerde Gemeente, waar hij inmiddels lid was geworden. Deze gemeente was in 1923 verenigd miet de Bakkeriaanse Gemeente en tot de Gereformeerde Gemeenten overgegaan. In de vooroorlogse jaren deed Van Westen veel werk voor de S.G.P. in Zierikzee en omstreken.

Aan de Boezemsingel

In het jaar 1932 was er een Gereformeerde Gemeente gesticht in Zierikzee, mede door toedoen van Cornelis van Westen die daar diaken werd. Deze nieuwe gemeente maakte een redelijk snelle groei door, vooral ook omdat een aantal mensen overkwam uit de plaatselijke Oud Gereformeerde Gemeente uit de Lange Nobelstaat. Zo kabbelde het kerkelijke leven tijdens de crisisjaren voort en daarna tot het oorlogsjaar 1944-Toen moest de bevolking van Schouwen en Duiveland op last van de bezetter evacueren naar elders. Van Westen kwam met vrouw en vier

kinderen terecht bij familieleden in Rotterdam, waar men kerkte in de Gereformeerde Gemeente aan de Boezemsingel bij ds. G.H. Kersten.

Hongerwinter

Hoewel men enerzijds de verschrikkelijke gevolgen van de hongerwinter meemaakte, was het toch geen ongezegende tijd voor Van Westen. Hij had al eerder indrukken van dood en eeuwigheid en bemoeienissen van God in zijn leven gehad. Nu behaagde het de Heere om de prediking van ds. Kersten aan zijn ziel te zegenen. God ontdekte hem aan zijn staat waarin hij verkeerde. De noodzaak van de waarachtige bekering werd op zijn hart gebonden. Zoals hij het later meermalen uitdrukte, werd hij een verloren zondaar; hij kwam zijn leven te verliezen en moest God recht en gerechtigheid toeschrijven. Op een nacht in de winter van 1945 mocht hij getuigen, te midden van de bange oordelen die over ons land gingen, dat God Zijn Zoon in hem geopenbaard had.

Van Westen had veel omgang met ds. Kersten. Hij gebruikte daar elke dag het middagmaal, zodat zijn eigen gezin een portie eten uit de gaarkeuken méér had. Wat kon hij er dan tegen op zien als ds. Kersten hem vroeg aan het einde van de maaltijd voor te gaan in het dankgebed. Zeker als er dan predikanten of studenten of andere kinderen Gods aan tafel zaten, tegen wie hij hoog opzag. Als ambtsdrager van de gemeente Zierikzee, zat hij op aandringen van ds. Kersten, op zondag tijdens de diensten in de bank van de kerkenraad van de Boezemsingel. Terug in Zierikzee, werd hij gekozen tot ouderling.

Ouderling J. Pannekoek

Toen kwam de verschrikkelijke watersnood in 1953-Het gezin Van Westen zag op een tiental meters afstand de buren verdrinken, zonder te kunnen helpen. Ze kwamen toen tijdelijk in Dordrecht terecht. Nadat de dijken hersteld waren, keerden ze terug naar Zierikzee. Van Westen had een bijzondere band met zijn mede-ouderling J. Pannekoek, de latere predikant, tegen wie hij hoog opzag. Van Westen achtte zich ver beneden hem en ervoer het ook als een zware slag voor de gemeente en ook voor zichzelf toen ouderling Pannekoek in 1963 werd toegelaten om opgeleid te worden tot predikant. Hoewel Pannekoek Zierikzee verliet, is de broederlijke band gebleven totdat ds. Pannekoek overleed in het verre Canada. In 1963 stierf Van Westen's vrouw, wat voor hem een zwaar verlies betekende.

Oud Gereformeerde Gemeeten

Ook de kerkelijke situatie drukte hem zwaar, vooral toen zich in 1980 een scheuring voltrok in de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. De gemeente van Van Westen maakte zich los uit het kerkverband en vormde enkele jaren een vrije gemeente, om op een verantwoorde manier opnieuw een kerkelijke keuze te maken. In die tijd gingen predikanten voor uit verschillende kerkformaties. Uiteindelijk koos men voor de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Een eerdere Oud Gereformeerde Gemeente in Zierikzee was in de veertiger jaren opgegaan in een nieuwe Gereformeerde Gemeente, die bij de scheuring in 1953 voor een vrij bestaan koos. Na enkele jaren van zelfstandigheid voegde men zich in 1956 bij de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Nu er dus in 1980 een scheuring door die gemeenten ging, en drie van de zes predikanten een eigen weg gingen, voegde Zierikzee zich na een periode van be-

zinning en heroriëntatie in 1983 (weer) bij de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland, waar sommige ouden, zoals de familie Pannekoek, uiteindelijk nog hun wortels hadden. Moeite, verdriet en teleurstelling zijn Van Westen in het kerkelijke leven niet voorbij gegaan. Wel bracht dit hem veel aan de troon der genade. Het was de wens van zijn hart dat de gemeente zich zou aansluiten bij de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland, wat dus inderdaad ook gebeurde.

Levensavond

In 1980 leidde Van Westen de laatste dienst in het oude kerkgebouw, dat door hemzelf als aannemer was gebouwd. Hij las toen een preek van ds. W.C. Lamain over Ps.48:10. Het oude kerkgebouw werd afgebroken en op dezelfde plaats werd een nieuw kerkgebouw neergezet. Ouderling Van Westen legde enkele maanden later de eerste steen. In 1982 mocht hij in een kerkdienst herdenken dat hij 5 O jaar ambtsdrager was.

Van Westen genoot nog een goede gezondheid, maar was niet meer in staat om een preek te lezen. Wel deed hij het gebed. Eén van de diakenen, meestal de heer Van Ommeren, las dan de preek. Zijn levenseinde kwam vrij plotseling op S^ december 1985, toen mocht hij ingaan in de rust die er overblijft voor het volk des Heeren.

Een arm mens

Een arm mens Ouderling Van Westen was een eenvoudige man, die ondanks alles wat er in zijn leven was gebeurd, in zichzelf een onbekeerde man was en bleef. In zijn eigen waarneming was alles tekort en gebrekkig. Hij bleef een arm mens; een mens met veel zonden en gebreken. Hij was echter ook geen man met gemaakte vroomheid, maar had een opge­ ruimd karakter en gevoel voor humor. Hij bewoonde een vrij groot huis waar alles sober en eenvoudig was. Aardse rijkdom en genot achtte hij van weinig waarde. Hij was een man van de oude stempel.

Na het overlijden van zijn vrouw was hij in zijn huis blijven wonen. Als hij 's avonds alleen thuis was, las hij veel hardop in een oude schrijver. Hij las veel in de werken van Hugo Binning, Van Leeuwaarden, Justus Vermeer en Warburton. Ook Philpot en Smytegelt behoorden tot zijn geliefde schrijvers. In het laatst van zijn leven was hij erg doof en sprak daarom altijd hard. Degenen die hem 's avonds bezochten, moesten daarom altijd goed opletten als ze binnen stapten. Door zijn doofheid hoorde hij niemand binnenkomen. Vaak lag hij op zijn knieën voor zijn stoel te bidden. De avond voor Kerst stierf hij in het Rode Kruis ziekenhuis te Zierikzee, om in te gaan in de rust die er overblijft voor het volk van God.

Begrafenis

De kinderen namen direct contact op met de consulent van Zierikzee, ds. A. van der Meer te Sint-Philipsland, en vroegen hem de begrafenis te leiden. Toen ds. Van der Meer hoorde dat Van Westen was gestorven, kreeg hij in de dadelijkheid de woorden in zijn hart: Schrijf, zalig zijn de doden, die in den Heere sterven' Openb.14:13-Die morgen, Eerste Kerstdag, zei ds. Van der Meer in zijn preek dat er een vriend en ambtsbroeder in Zierikzee gestorven was die nu eeuwig in de hemel was.

De begrafenis vond plaats vanuit het kerkgebouw op zaterdag 29 december 1985. 's morgens om lO uur. Voor deze dienst was veel belangstelling. Ds. Van der Meer sprak naar aanleiding van Jeremia 17:10: Ik de Heere, doorgrond het hart en proefde nieren, en dat om een iegelijk te geven naar zijn wegen, naar de vrucht zijner handelingen.'

'Gemeente, ' zo vroeg de dominee tijdens zijn preek, 'waar is uw ouderling nu? Ik zal u het antwoord geven bij God vandaan. Hij zit nu aan die grote ronde tafel met Abraham, Izak en Jakob.' Naafloop getuigde ds. Van der Meer nogmaals en met nadruk dat hij een kind van God had mogen begraven. De dag van zijn begrafenis was triest en mistig. Maar op het moment dat het stoffelijk overschot van ouderling Van Westen op de begraafplaats in het graf werd gelegd, brak de zon door de wolken. Zo was het leven, zo was ook het sterven van deze eenvoudige man: ouderling Cornells van Westen, die Gods kerk langer dan vijftig jaar in het ambt dienen mocht.

Dit artikel werd u aangeboden door: Oude Paden

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 maart 2002

Oude Paden | 52 Pagina's

‘Hij zal den armen en den  kleenen, genadig zijn en goed’

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 maart 2002

Oude Paden | 52 Pagina's