Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De nieuwste apostolische brief van Paulus VI over gemengde huwelijken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De nieuwste apostolische brief van Paulus VI over gemengde huwelijken

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nauwelijks was de in het meinummer van Protestants Nederland vermelde „Verklaring aangaande het huwelijk tussen reformatorische en roomskatholieke christenen" door enige reformatorische kerken aanvaard, of er verscheen in L'Osservatore Romano van 30 april 1970 de tekst van een Apostolische Brief, gedateerd 31 maart 1970, waardoor normen voor gemengde huwelijken werden vastgesteld. *) De paus gaf deze voorschriften „motu proprio", d.w.z. niet naar aanleiding van een verzoek, maar „uit eigen beweging". Hij heeft ook geen overleg gepleegd met andere kerken of christelijke gemeenschappen. Hij spreekt als hoofd van de ene ware Kerk, waarnaar de anderen zich te richten hebben.

Het „motu proprio" baseert zich in hoofdzaak op de bestaande wetgeving, nl. het Kerkelijk Wetboek, zoals dat voorlopig gewijzigd is bij de Instructie van de Congregatie voor de Geloofsleer van 18 maart 1966. In afwijking daarvan verstaat het motu proprio evenwel onder gemengde huwelijken zowel huwelijken van gedoopten, waarvan één R.K. gedoopt is, als huwelijken van een R.K. met een ongedoopte. Deze laatste categorie heet in het Kerkelijk Wetboek: huwelijken met ongelijkheid van eredienst. Gehandhaafd is de onderscheiding, dat het sluiten van een gemengd huwelijk van gedoopten zonder dispensatie van de bisschop verboden is, maar dat het sluiten van een huwelijk tussen een R.K. en een ongedoopte zonder die dispensatie bovendien ongeldigheid meebrengt. Het stuk heeft grotendeels betrekking op gemengde huwelijken van gedoopten. Blijkens de inleiding is er hierbij geen sprake van erkenning van gelijkwaardigheid van de verschillende geloven, al wordt het bestaan van een geestelijke gemeenschap in Christus onder gedoopten toegegeven. De paus ziet in gemengde huwelijken gevaar voor geloofsafval van de R.K. partij. In het algemeen bevorderen gemengde huwelijken de eenheid der christenen niet, constateert de paus. De moeilijkheden kunnen alleen opgelost worden door herstel van de eenheid der christenen, hetgeen volgens herhaalde uitspraken van Paulus VI alleen te verwezenlijken is door onderwerping van allen aan het gezag van de opvolger van Petrus. De R.K. Kerk kan nooit de verplichtingen wegnemen - aldus de inleiding - die volgens haar leer van goddelijk recht zijn; de goddelijke wet schrijft voor: het behouden van eigen geloof met verbod om zich aan gevaar voor geloofsafval bloot te stellen, en - voor zover mogelijk - te zorgen dat de kinderen R.K. gedoopt en opgevoed worden. De moeilijkheid is echter, dat de opvoeding van de kinderen een plicht is, die op beide ouders rust. Gezien dit feit en de verscheidenheid van godsdiensten en daarnaast het door de R.K. Kerk als natuurrecht erkende recht voor iedereen om te huwen, komt de paus tot de conclusie, dat een uniforme regeling van gemengde huwelijken niet mogelijk is. Er moet rekening gehouden worden met de omstandigheden en de afzonderlijke gevallen. Dit geldt zowel voor de juridische vorm van geldige huwelijkssluiting als voor de liturgische viering en de pastorale zorg aan de echtparen en hun kinderen. De bisschoppensynode van oktober 1967 had zich uitgesproken voor handhaving van de canonieke vorm van huwelijkssluiting (ten overstaan van pastoor en getuigen) voor de geldigheid van gemengde huwelijken. Al deze factoren in aanmerking nemend heeft de paus in zijn motu proprio de kerkelijke wet gehandhaafd, maar aan de respectieve landelijke bisschoppensynoden uitgebreide volmachten voor het verlenen van dispensatie en verdere vrijheid van handelen willen geven. Na rijp beraad heeft Paulus VI daartoe 17 normen vastgesteld:

1. Een huwelijk tussen twee gedoopte personen, waarvan de een R.K. is, maar de ander niet R.K., mag, daar het uiteraard aan de volle geestelijke gemeenschap der echtelieden in de weg staat, niet gesloten worden zonder voorafgaande dispensatie van de plaatselijke bisschop.
2. Een huwelijk tussen twee personen, waarvan de ene gedoopt is in de R.K. Kerk of daarin opgenomen, en de andere niet is gedoopt, is, indien het aangegaan wordt zonder voorafgaande dispensatie van de plaatselijke bisschop, ongeldig.
3. Van beide beletselen weigert de Kerk de dispensatie niet, rekening houdend met aard en omstandigheden van tijd, plaats en personen, indien er maar een gerechtvaardigde reden is.
4. Om van de plaatselijke bisschop dispensatie van het beletsel te verkrijgen moet de R.K. partij zich bereid verklaren gevaren voor geloofsafval uit de weg te ruimen. Bovendien is deze partij gebonden door de zware verplichting de oprechte belofte af te leggen, alles wat in zijn vermogen is te doen, opdat al het kroost in de R.K. Kerk gedoopt cn opgevoed zal worden.
5. Van deze beloften, die de R.K. partij moet afleggen, moet de niet-R.K. partij tijdig op de hoogte gesteld worden, zodat hij zich bewust is van de belofte en verplichting van de R.K. partij.
6. Beide partijen moeten onderricht worden over de doeleinden en wezenlijke eigenschappen van het huwelijk, die door geen van beide partijen mogen worden uitgesloten.
7. Het is de taak van de bisschoppenconferentie, naar eigen territoriale competentie, de wijze vast te stellen, waarop deze verklaringen en beloften, die altijd geëist worden, afgelegd zullen worden, hetzij alleen mondeling, hetzij ook schriftelijk, hetzij ten overstaan van getuigen. Voorts moet de bisschoppenconferentie bepalen hoe dit alles in rechte komt vast te staan en hoe de niet-R.K. partij ervan op de hoogte gesteld wordt, en eveneens verordenen wat er verder naar gelang van het geval geëist moet worden.
8. Gemengde huwelijken moeten in de canonieke vorm gesloten worden, welke vorm vereist wordt voor de geldigheid van het huwelijk. (Een uitzondering is gemaakt voor Oosterse Kerken).
9. Wanneer ernstige moeilijkheden aan het onderhouden van de canonieke vorm in de weg staan, hebben de plaatselijke bisschoppen het recht te dispenseren van de canonieke vorm van het gemengde huwelijk; het is de taak van de bisschoppenconferentie de normen vast te stellen, volgens welke die dispensatie in het betreffende gebied of territoir op overeenstemmende en geoorloofde wijze zal worden toegestaan, met behoud echter van enige openbare vorm van huwelijkssluiting.
10. Er moet zorg voor gedragen worden, dat alle geldig gesloten huwelijken in de door het canonieke recht voorgeschreven boeken worden genoteerd. De zieleherders moeten zorgen, dat ook de niet-R.K. bedienaars de met een R.K. partij gesloten huwelijken in hun boeken inschrijven. De bisschoppenconferenties moeten normen geven voor het inschrijven in de canonieke boeken van een in het openbaar gesloten huwelijk nadat dispensatie van de canonieke vorm is verkregen.
11. Voor de liturgische vorm van sluiting van een gemengd huwelijk wordt onder dit nummer verwezen naar voor een huwelijk met een ongedoopte. Het motu proprio opent thans de mogelijkheid, dat bij een huwelijk tussen een R.K. en een niet-R.K. gedoopte met verlof van de bisschop de ritus gebruikt wordt van een huwelijkssluiting tijdens de eucharistieviering met behoud van het voorschrift van de algemene wet wat betreft de eucharistische communie.
12. De bisschoppenconferenties moeten de H. Stoel op de hoogte brengen van hetgeen zij volgens hun bevoegdheid hebben besloten omtrent gemengde huwelijken.
13. Een huwelijksviering ten overstaan van een R.K. priester of diaken en een niet-R.K. bedienaar, die tegelijk ieder hun eigen ritus voltrekken, is verboden; evenmin is toegestaan, voor of na de R.K. viering, een andere godsdienstige huwelijksviering om de huwelijkstoestemming te geven of te vernieuwen.
14. De bisschoppen en pastoors moeten er zorg voor dragen, dat aan de R.K. huwelijkspartner en aan de kinderen, uit een gemengd huwelijk geboren, de geestelijke hulp voor de vervulling van hun gewetensplichten niet ontbreekt; zij moeten die R.K. partner aansporen, altijd de goddelijke gave van het R.K. geloof indachtig te zijn, en er getuigenis van af te leggen „met zachtmoedigheid en vreze, een goed geweten hebbend" (1 Petrus 3 : 16); zij moeten de echtelieden helpen de eenheid te bevorderen van het huwelijks- en familieleven, die als het om christenen gaat, ook gebaseerd is op hun doop. Daarom is het wenselijk, dat deze zielzorgers met de bedienaars van anders godsdienstige gemeenschappen tot goede relaties komen en die door eerlijke oprechtheid en wijs vertrouwen versterken.
15. De straffen, die in canon 2319 van het Kerkelijk Wetboek zijn vastgesteld, worden alle afgeschaft; voor hen, die deze straffen reeds opgelopen hebben, eindigt de juridische werking, behoudens echter de verplichtingen in nr. 4 van deze normen.
16. De plaatselijke bisschop kan „herstel in de wortel" van een gemengd huwelijk toestaan, als aan de voorwaarden van nr. 4 en 5 van deze normen is voldaan en in acht genomen is wat de wet verder voorschrijft.
17. In geval van een bijzondere moeilijkheid of twijfel bij de toepassing van deze normen kan men zich wenden tot de H. Stoel. Dit motu proprio treedt in werking op 1 oktober 1970.

Het zal duidelijk zijn, dat de door enige Kerken reeds aanvaarde „Verklaring" niet met deze pauselijke brief klopt.


Noot:
*) Nederl. samenvatting in De Volkskrant van 30 april 1970.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1970

Protestants Nederland | 8 Pagina's

De nieuwste apostolische brief van Paulus VI over gemengde huwelijken

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1970

Protestants Nederland | 8 Pagina's