Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Waarom de Franse protestanten numeriek een minderheid vormen (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Waarom de Franse protestanten numeriek een minderheid vormen (III)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Hugenoten namen in 1562 uit zelfverdediging de wapens op. Zij dreigden ,,uitgeroeid" te zullen worden. (G. de Félice). Hun strijd was er een op leven en dood. Coligny - met Jeanne d'Albret, koningin van Navarre, de voornaamste politieke (en militaire) leider - schreef kort voor de Bartholomeusnacht: „Weldra hebben wij de Spanjaarden uit de (Zuidelijke) Nederlanden verjaagd en zal onze koning (Karei IX) er heersen, of wij sterven allen en ik als eerste". Profetische woorden! De admiraal was het eerste slachtoffer van de Bloedbruiloft (van Hendrik van Navarre, zoon van Jeanne d'Albret, met Margaretha van Valois, zuster van Karei IX). Volgens een tijdgenoot (de Thou) vielen er 30000 doden, waaronder veel leidende figuren. Een zware slag voor de Hugenoten, maar ook voor Willem van Oranje, die in de strijd tegen Filips II niet meer op Franse steun kon rekenen.

Er hadden veel bekeringen onder dwang plaats. Tal van protestanten vluchtten naar Engeland of Zwitserland. Maar in 1573 sloten vertegenwoordigers van protestantse steden in het Zuiden een politiek en militair verbond: de Union. Deze zou gelden bijeenbrengen en huurtroepen werven. Zo werd de protestantse partij een staat in de staat. Minder vreemd dan het lijkt, want Frankrijk was nog lang niet het gecentraliseerde, autocratische koninkrijk van een Lodewijk XIV. In 1574 volgde de hertog van Anjou, als Hendrik III, zijn broer Karei op. Nu kwam er hulp voor de Hugenoten van een onverwachte zijde. De jongste broer van de koning, hertog van Alenfon - later Anjou genaamd - stelde zich aan het hoofd van een leger van r.k. ontevredenen, die de oorlog moe waren. Het resultaat was dat Alen9on zijn broer kon dwingen tot het uitvaardigen van het Edict van Beaulieu (1576). Hierbij werd de Bartolomeusnacht plechtig veroordeeld en kregen de protestanten een ruime mate van godsdienstvrijheid. Alen9on kreeg een groot gebied in het midden van Frankrijk.

Als reactie op een en ander werd in het Noorden een strijdhond van felle rooms katholieken opgericht: de Sainte Ligue. Achter deze Heilige Liga stonden Spanje en de paus, haar leider was Hendrik de Guise. Deze zette de koning aan om de strijd tegen de Hugenoten te hervatten. Hun leider was Hendrik van Navarre. In 1572 had hij zijn leven slechts kunnen redden door een pro forma bekering. Na min of meer gevangen geweest te zijn, was hij ontsnapt en weer protestant geworden. Van 1576 tot '80 waren er twee godsdienstoorlogen. Bij de vrede konden de protestanten minder gunstige voorwaarden bedingen dan: er in '76 waren verkregen.

Toch kwamen er vier jaren van betrekkelijke rust. In 1584 overleed Alen9on, de laatste broer van de kinderloze koning Hendrik IIL (Ondanks een pelgrimstocht te voet naar de Onze Lieve Vrouwekathedraal van Chartres, waaraan koning en koningin hadden deelgenomen, was hun huwelijk onvruchtbaar gebleven). En zo werd de protestantse Hendrik van Navarre, hoofd van de familie Bourbon, als directe afstammeling van Lodewijk IX de vermoedelijke troonopvolger. Opgezweept door fanatieke monniken traden de roomsen in massa toe tot de Liga van Hendrik de Guise. Deze sloot een verdrag met Filips II en verkreeg van de paus de verklaring, dat Hendrik van Navarre onbevoegd was om ooit koning van Frankrijk te worden. Tenslotte dwong de Liga Hendrik III in 1585 om het Edict van Nemours te ondertekenen. Hierbij werden alle predikanten verbannen en moesten de gelovigen, op zo kort mogelijke termijn, r.k. worden. Dit Edict veroorzaakte driemaal zoveel dwangbekeringen, dan de Bloedbruiloft had gedaan. Toen er, alleen al in Parijs, 5000 waren geweest!

Opnieuw breekt er een godsdienstoorlog uit: De achtste en laatste. In het Zuiden handhaven de protestanten zich, maar in het Noorden, rondom Parijs en in het Westen is de Liga oppermachtig. Ook een staat in de staat. Guise wil de koning laten afzetten. Vanaf de r.k. kansels worden, naar de verklaring van een politie-officier, „lelijke scheldwoorden tegen de koning uitgebraakt." (J. Coudy: Les guerres de religion). Dan bezet Hendrik de Guise Parijs met zijn soldaten. De koning moet overijld vluchten uit het Louvre-paleis. De leider van de Liga laat zich als een vorst toejuichen door het volk. Maar Hendrik III neemt zijn toevlucht tot een krijgslist. Hij doet alsof hij zich met Guise wil verzoenen, stelt hem de positie van regent in het vooruitzicht en laat hem naar het kasteel van Blois komen. Daar aangekomen, wordt de leider van de Liga onverhoeds doodgestoken door 8 officieren van de lijf- • wacht. Triomfantelijk schrijft Hendrik III in een brief: „Eindelijk ben ik koning"

(Slot volgt)

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1977

Protestants Nederland | 8 Pagina's

Waarom de Franse protestanten numeriek een minderheid vormen (III)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1977

Protestants Nederland | 8 Pagina's