Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het gemengde huwelijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gemengde huwelijk

Onjuiste voorlichting inzake gemengde huwelijken

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meermalen is reeds gebleken, dat bij lezers / lezeressen van ons blad nog vragen leven met betrekking tot het z.g. gemengde huwelijk tussen protestanten en rooms-katholieken. Na overleg met de schrijfster laten wij daarom hier nog eens de tekst volgen van een artikel dat eerder verschenen is in 'Protestants Nederland' van september 1977. Wij hopen, dat met de herdruk van dit artikel een aantal essentiële vragen betreffende het 'gemengde huwelijk' beantwoording zal vinden en wijzen - ten overvloede - nog op de voorschriften van paus Paulus VI in zijn Apostolische Brief van 31 maart 1970 (te vinden in het 'Archief der Kerken' van 29 mei 1970), welke voorschriften nog steeds van kracht zijn. Ten slotte: indien nog concrete vragen overblijven, dan is de schrijfster was onderstaand artikel - MEVROUW MR. DR. J. c. DE MEYERE - bereid te trachten deze te beantwoorden. U kunt deze vragen sturen aan de redactie van P.N.

In 'Trouw' van 22 juni 1977 vestigt mr. E. M. Vos de Wael-Smulders terecht de aandacht op de spraakverwarring, die in protestantse kringen bestaat inzake R.K. huwelijksrecht, vooral door te onpas te spreken van kerkelijke inzegening, als het gaat over R.K. kerkelijke huwelijkssluiting. Droevig en beschamend is, dat deze spraakverwarring ook voorkomt in de 'Gemeenschappelijke Verklaring over het kerkelijk gemengd huwelijk' van 8 mei 1971, uitgegaan van meerdere Protestantse Kerken en van de R.K. Kerk in Nederland. De Verklaring is aan alle predikanten gezonden, maar zonder de toelichting, die de R.K. bisschoppen voor hun priesters bijvoegden. De predikanten hadden een leiddraad nodig om hun houding te bepalen als een lid van hun kerk trouwt met een R.K. partner, die een voor de R.K. Kerk geldig huwelijk wil sluiten, een canoniek huwelijk. Het woord canoniek huwelijk komt echter in de Verklaring in het geheel niet voor. Er wordt steeds gesproken van inzegening, wat zeer verwarrend is. In een eerste voorlopige versie had de Verklaring twee 'Aanhangsels', waarin een - zij het minder geslaagde - poging gedaan werd, duidelijk te maken dat de R.K, Kerk een andere opvatting heeft van huwelijkssluiting dan de Protestantse.^) Die aanhangsels zijn in de definitieve versie weggelaten. Wat predikanten noodzakelijk dienen te weten, staat er niet in. Een Hervormd predikant, die ik tevergeefs getracht had te overtuigen, dat hij in verband met de vele gemengde huwelijken op de hoogte moest zijn met het canonieke huwelijksrecht, vroeg mij kort na dit gesprek om gegevens. Daarop zond ik hem van 'Protestants Nederland' nrs. 5 en 6 van 1970 en nrs. 6 /7 en 9 van 1975. De juistheid van mijn conclusie, dat men bij kerkelijk gemengde huwelijken altijd met het canonieke recht te maken krijgt, werd hem bevestigd door dr. C. P. van Andel (Hervormd, mede-opsteller van de Verklaring) en door drs. M. J. de Groot (officiaal van de kerkelijke rechtbank van bisdom Haarlem). Het doel van deze predikant was, zich met collega's in de omtrek te beraden over de bij gemengde huwelijken aan te nemen houding. Hij had daartoe de Verklaring ter hand genomen, maar kon daarin geen aanwijzingen voor dit doel vinden. Ik heb hem geantwoord, dat die er ook niet in te vinden zijn.

Minimaal had er toch in moeten staan: als een predikant de vragen van wederzijdse aanvaarding aan het bruidspaar stelt, dan is er bevestiging van een reeds wettig voor de burgerlijke stand gesloten huwelijk, want de Protestantse Kerken houden zich aan de Nederlandse rechtsorde. Als een R.K. geestelijke precies dezelfde vragen stelt, of het paar uitnodigt elkaar de vragen te stellen, dan wordt er een canoniek huwelijk gesloten, ook al heeft dit plaats in een Protestantse kerk en al wordt een predikant toegestaan enige woorden ter opluistering te spreken. Een hierna uitgesproken zegen heeft geen kerkrechtelijke betekenis.

De complicaties worden niet alleen veroorzaakt doordat er twee Kerken bij het gemengde huwelijk betrokken zijn, maar ook door de botsing van twee rechtsorden. De R.K. Kerk heeft een eigen rechtsorde en wenst die van de Staat niet te erkennen, in elk geval niet wat betreft huwelijk, opvoeding, etc.

De R.K. gedoopte, die zonder dispensatie een gemengd burgerlijk huwelijk sluit, wordt geacht in concubinaat te gaan leven, wordt van de sacramenten uitgesloten. Wil een R.K. gedoopte een voor de R.K. Kerk geldig gemengd huwelijk sluiten, dan moet hij dispensatie vragen en aan allerlei voorwaarden voldoen. Na verkregen dispensatie mag hij aan de voorschriften van de burgerlijke stand bij wijze van formaliteit voldoen en daarna een voor de Kerk geldig huwelijk sluiten ten overstaan van zijn parochiepastoor of diens gemachtigde en minstens twee getuigen. Het huwelijk moet in de registers van beide Kerken worden ingeschreven.

Sinds 1 oktober 1970 hebben de plaatselijke bisschoppen krachtens Apostolische Brief van Paulus VI d.d. 31 maart 1970 het recht te dispenseren van de canonieke vorm van het gemengde huwelijk, wanneer het onderhouden daarvan op ernstige moeilijkheden stuit. De huwelijksvoltrekking ten overstaan van de ambtenaar van de burgerlijke stand mag dan als een voor de Kerk geldige huwelijkssluiting beschouwd worden. De dispensatie betreft echter alleen de vorm van huwelijkssluiting. Voor het overige is het huwelijk aan het canonieke huwelijksrecht onderworpen, dat belangrijk afwijkt van het huwelijksrecht in het Nederlandse Burgerlijk Wetboek. Dispensatie van de verplichting de kinderen R.K. te laten dopen en opvoeden is niet mogelijk, want dat is een verplichting van goddelijk recht. Bij 'oecumenische' doop worden de kinderen in een R.K. register ingeschreven. Daarmee zijn zij R.K., want dat is het criterium.

Diezelfde Apostolische Brief bevat nog veel meer belangrijks inzake gemengde huwelijken, o.a. dat een R.K. en een niet-R.K. bedienaar niet tegelijk hun eigen ritus mogen voltrekken en dat voor of na de R.K. viering geen andere godsdienstige huwelijksviering om de huwelijkstoestemming te geven of te vernieuwen is toegestaan.2)

Bij oecumenische contacten pleegt men van R.K. zijde niet over het canonieke recht te spreken, of men geeft een privé opvatting, die niet altijd klopt met de officiële leer, dat weten wij nu wel. Maar waarom hebben Protestantse Kerken hun predikanten zo slecht ingelicht? Kan iemand daar een verklaring voor geven?

1) Archief van de Kerken 27 maart 1970, kolom 279 e.v.

2) Archief van de Kerken 29 mei 1970, kolom 488 e.v. Zie ook Protestants Nederland van juni J970.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1982

Protestants Nederland | 8 Pagina's

Het gemengde huwelijk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1982

Protestants Nederland | 8 Pagina's