Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het geloofsmysterie van de eucharistie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het geloofsmysterie van de eucharistie

De zeven sacramenten van Nicolas Poussin - 5

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Franse kunstenaar Nicolas Poussin schilderde in 1647 een voorstelling van ‘De eucharistie’, als onderdeel van een serie met ‘De zeven Sacramenten’. Hij maakte deze serie in een tijd, waarin de katholieke Kerk en de diverse protestantse groeperingen sterk van mening verschilden over de vraag hoeveel sacramenten er zijn en wat precies hun betekenis is. Zich baserend op een eeuwenlange traditie, hield de katholieke Kerk vast aan een aantal van zeven, terwijl de volgelingen van Luther en Calvijn niet meer dan twee sacramenten erkenden.

Nicolas Poussin leefde in Rome en vertegenwoordigde in zijn schilderijen het katholieke standpunt. Hij probeerde te illustreren dat de zeven sacramenten voortkomen uit tradities van de allervroegste periode van het Christendom en gebaseerd zijn op teksten en handelingen uit de Bijbel.

Het sacrament
In de nacht waarin de Heer Jezus werd uitgeleverd nam hij een brood, sprak het dankgebed uit, brak het brood en zei: ‘Neem, eet, dit is mijn lichaam dat voor jullie gebroken wordt’. Doe dit, telkens opnieuw, om mij te gedenken.’ Zo nam hij na de maaltijd ook de beker, en hij zei: ‘Deze beker is het nieuwe verbond dat door mijn bloed gesloten wordt. Doe dit, telkens als jullie hieruit drinken, om mij te gedenken.’
Deze woorden uit de eerste brief aan de Corinthiërs (11: 23 – 25) worden in zowel de roomse als de protestantse kerken uitgesproken bij de viering van het sacrament dat zij allemaal erkennen: de eucharistie ofwel het Heilig Avondmaal. Uit deze brief valt op te maken dat al onder de allereerste Christenen de gewoonte bestond om, in navolging van Christus’ aansporing, gezamenlijk brood en wijn te delen. Dat wordt bevestigd door een vermelding van Ignatius van Antiochië († 110), die in zijn brieven ook al schrijft over een gemeenschappelijke maaltijd ter nagedachtenis aan Christus’ woorden. Maar hoe moeten die woorden van Christus precies worden opgevat, en wat betekent dat voor de viering en de waarde van het sacrament van het Heilig Avondmaal? Binnen de Rooms-Katholieke Kerk bestond daar aanvankelijk niet een éénsluidende opvatting over, maar in de loop der eeuwen ontstond er toch algemene overeenstemming. Het optreden van Maarten Luther en andere hervormers leidde in de 16de eeuw tot nieuwe, felle discussies over deze vraag. De protestanten gaven namelijk een andere uitleg aan Christus’ woorden tijdens het laatste avondmaal dan de rooms-katholieken, maar verschilden onderling van mening. Het is onmogelijk om in enkele zinnen al deze uiteenlopende interpretaties samen te vatten, te meer omdat zij vaak zijn gebaseerd op geleerde theologische argumenten. Kort gezegd komt het belangrijkste verschil van mening tussen enerzijds de katholieken en anderzijds de diverse protestantse groeperingen voort uit een verschillend antwoord op de vraag: betekenen Christus woorden dat brood en wijn wèrkelijk in Zijn lichaam en bloed veranderen, of zijn zij symbolisch bedoeld? En wat betekent dat vervolgens voor de waarde van het sacrament?

Transsubstantiatie
Uit de brieven van de genoemde Ignatius van Antiochië valt op te maken dat al aan het begin van de tweede eeuw de opvating leefde, dat brood en wijn werkelijk in het lichaam en bloed van Christus veranderen. In de volgende eeuwen werd deze opvatting verder uitgewerkt en theologisch onderbouwd, onder andere door te wijzen op teksten zoals Johannes 6: 53 – 57, waar Christus zegt: ‘Waarachtig, Ik verzeker u: als u het lichaam van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in u. Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en hem zal ik op de laatste dag uit de dood opwekken.’ ‘Mijn lichaam is het ware voedsel en mijn bloed is de ware drank. Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, blijft in mij en ik blijf in hem. De levende Vader heeft mij gezonden, en ik leef door de Vader; zo zal wie mij eet, leven door mij.’ Deze leer van de zogenaamde transsubstantiatie (de substantie van brood en wijn wordt getransformeerd in vlees en bloed) wil zeggen dat wie Christus’ lichaam en bloed eet en drinkt, wordt verbonden met de persoon van Christus door zijn mensheid, en aldus ook wordt opgenomen in de eeuwige liefdesrelatie tussen de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Hóe brood en wijn in het lichaam en bloed van Christus kunnen veranderen zonder ook te veranderen van aanzien, is – in de roomse opvatting – één van de geloofsmysteriën die buiten het begripsvermogen van de mens liggen, net zo als het concept van de Drie-eenheid. Is eenmaal het brood in het lichaam veranderd, dan blijft het ook het lichaam van Christus.

Symbolische handeling
Een geconsacreerde hostie (een stuk brood dat door het gebed van de priester is veranderd in Christus’ lichaam) mag daarom niet worden weggegooid of voor iets anders dan de eucharistie gebruikt. Hosties die na de viering van de mis zijn overgebleven worden dan ook in een zogenaamd tabernakel op het altaar van de kerk bewaard. De protestanten beschouwen daarentegen de viering van het heilig avondmaal in meer of mindere mate als een symbolische handeling. Johannes Calvijn, wiens opvattingen in de Nederlanden veel invloed hadden, zag deze viering vooral als een handeling ter nagedachtenis, waarbij de gelovigen zich door het eten van het brood en drinken van de wijn verenigen met Christus door de Geest. Dat wil zeggen dat er alleen sprake is van een geestelijke, maar niet van een werkelijke tegenwoordigheid van Christus in brood en wijn. De opvatting van Maarten Luther ligt tussen die van de katholieke Kerk en Calvijn in. Volgens hem was Christus, zolang de viering duurt, tegenwoordig ‘in, met en onder’ het brood en de wijn (de zogenaamde consubstantiatie). Na de viering worden brood en wijn weer gewoon brood en wijn, en hoeven dus niet bewaard te worden.

Poussins schilderij
Het schilderij van Nicoals Poussin toont het laatste avondmaal op een manier die in de 17de eeuwse schilderkunst bijzonder was. Christus en zijn discipelen zitten namelijk niet aan tafel, maar liggen. Dat was inderdaad de gewoonte in Israël ten tijde van Christus, maar in later eeuwen was er een traditie ontstaan om het avondmaal uit te beelden alsof het plaatsvond op de eigentijdse, zittende manier. Uit Poussins bijzondere weergave blijkt dat hij ernaar streefde de bijbelse gebeurtenis zo ‘historisch correct’ als mogelijk was uit te beelden. Vanuit dat streven valt een aantal zaken op. Opmerkelijk is bijvoorbeeld, dat de discipelen allemaal (behalve Johannes en Petrus, naast Christus) een stuk brood met de hand in de mond stoppen. Daarmee verwijst Possin naar de discussie die in de 17de eeuw binnen de katholieke Kerk speelde (en die heden ten dage weer speelt), of men het brood (de hostie) moet ontvangen op de tong of op de hand. Volgens Cyrillus van Jeruzalem (ca. 350) ontving men in zijn tijd de hostie op de hand. In later tijden werd het echter gebruik om de hostie op de tong te ontvangen. Blijkbaar wil Poussin in zijn schilderij duidelijk maken dat de Kerk daarmee afwijkt van de oorspronkelijke gewoonte.

Een ander interessant detail is aan de linkerkant te zien, waar Judas min of meer ongemerkt het avondmaal verlaat. Het feit dat hij dat op dit moment doet, wil zeggen dat hij geen deel heeft aan het brood en de wijn die Christus deelt. Daarmee verwijst Poussin naar een andere discussie die binnen de Kerk gaande was, over de vraag of Judas daadwerkelijk had deelgenomen aan de ‘communie’ tijdens het laatste avondmaal, of dat hij misschien alleen bij de instelling aanwezig was geweest, of misschien zelfs al daarvóór was weggelopen. Want wat zou het betekenen als de verrader Judas had deelgenomen aan het breken en delen tijdens het laatste avondmaal? De Rooms-Katholieke Kerk leert immers dat men niet ter communie mag gaan met ernstige zonden op het geweten. Daarom moet men eerst biechten. In overeenstemming hiermee heeft de zondaar Judas in Poussins schilderij geen deel aan het breken en delen. Deze boodschap wordt versterkt door andere verwijzingen naar de staat van zuiverheid waarin men het brood en de wijn dient te ontvangen. Rechts zijn namelijk de bekkens te zien die Christus heeft gebruikt voor de voetwassing, zodat de discipelen in reine staat aan de maaltijd zouden deelnemen.

‘Historische onnauwkeurigheden’
Ondanks deze ‘historische nauwkeurigheden’, heeft Poussin in de vormgeving het laatste avondmaal sterk laten lijken op het ritueel van de eucharistie in de 17de eeuwse Kerk. De manier waarop Christus de beker ophoudt doet sterk denken aan de wijze waarop een priester de kelk met wijn opheft, en het gebaar van Johannes, links van Christus, verwijst naar het gebed van de gelovigen tijdens de eucharistie. Aldus maakt Poussin het rechtstreekse verband duidelijk tussen het laatste avondmaal en de viering van de eucharistie. De lamp boven Christus zal Poussin zeker ook met een specifieke bedoeling hebben aangebracht. Er branden drie kaarsen in: een verwijzing naar de Drieeenheid van Vader, Zoon en Heilige Geest, in wier eeuwige liefdesrelatie de gelovigen door de eucaristie worden opgenomen en waarvan het mysterie, net als dat van de transsubstantiatie, het menselijk begrip te boven gaat.


Gepubliceerd in: Protestantse Kerkbode van de provincie Groningen, 6 december 2008


N.b: wie meer wil weten over de verschillende opvattingen over de betekenis van de eucharistie en het laatste avondmaal, kan terecht op de volgende webites:
http://www.eucharistie.nl/
http://www.protestant.nl/themas/kerk/begrippen/eucharistie http://www.katholieknieuwsblad.nl/actueel/kn1644c.htm

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 2010

Protestants Nederland | 24 Pagina's

Het geloofsmysterie van de eucharistie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 2010

Protestants Nederland | 24 Pagina's