Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zending in een geglobaliseerde diaspora

Bekijk het origineel

Zending in een geglobaliseerde diaspora

Christelijke zending niet mogelijk zonder opwekking en vernieuwing (3)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christelijke zending in een geglobaliseerde diaspora. Zon zin vergt uitleg en toelichting. In drie artikelen zal ik proberen voor de lezer duidelijk te maken wat ik daaronder versta. Ik geef een analyse van de wereld van de 21ste eeuw, die ik kortweg aanduid met de geglobaliseerde diaspora. Verder maak ik duidelijk wat naar mijn mening de roeping van de christelijke zending is en de daaraan verbonden uitdagingen. De conclusie zal zijn dat deze roeping niet is te vervullen zonder een opwekking en vernieuwing van het Europese christendom, gewerkt door de Heilige Geest.

c. De zending in een postmoderne wereld
Het postmodernisme is de sceptische en cynische levensbeschouwing van het geseculariseerde Europa en Noord-Amerika van het einde van de 20ste eeuw. Een levensbeschouwing die tegelijkertijd postchristelijk en posthumanistisch is. Reeds zijn we het postmodernisme tegengekomen als een radicale vorm van de morele diaspora, als een levensbeschouwing die losgekoppeld en vervreemd is van haar religieuze, culturele en morele wortels.
Het postmodernisme gelooft in geen enkele absolute waarheid, van welke aard dan ook, religieus, filosofisch of ideologisch, omdat het alle weten tot informatie reduceert. Het is relativistisch en tegelijk pragmatistisch. Het postmodernisme laat zich niet leiden door het verleden, noch door verwachtingen aangaande de toekomst. Het meest zorgwekkende verschijnsel van de postmoderne samenleving is de crisis van de opvoeding. Het blijkt onmogelijk op te voeden zonder overeenstemming over waarden en normen.
Het postmodernisme twijfelt ook aan de basisgedachten van de moderne wereld en verwerpt de verantwoordelijkheid voor deze wereld, echter, zonder alternatieven te bedenken. Al met al is het postmodernisme religieuzer dan het modernisme. Het modernisme was het project om te leven zonder God, postmodernisme echter, hoewel het niet gelooft in de waarheid van God, speelt met de gedachte van de illusies van God.
Tegelijk reserveert het voor zichzelf het recht om inhoud te geven aan deze illusie. En door op deze wijze het eigen geloof en ook de eigen ethiek steeds weer te ontwerpen, verhevigt het postmodernisme het syncretisme van de geglobaliseerde diaspora. Het zoekt geen gemeenschap gebaseerd op overeenstemming aangaande de inhoud van het geloof, maar stelt zich tevreden met geloven in iets. Ieder gelooft wel iets, en dit gezamenlijke geloven is de spiritualiteit van het postmodernisme.

Invloeden van het postmodernisme op de zending en de kerk
In de kerk en in de zending leeft het gevoel van een onoverbrugbare kloof tussen het postmodernisme en het christelijk geloof, het gevoel van onvermogen het evangelie te verkondigen aan postmoderne mensen.
En dit niet eens vanwege openlijke vijandigheid tegen het christelijk geloof, maar omdat in het postmodernisme de functie van het geloof – voor zover we het geloof van de menselijke kant kunnen bezien – in feite buiten werking is gezet.
Het postmoderne scepticisme deconstrueert niet alleen de inhoud van het geloof, maar ook de functie van het geloof en daardoor ook die van het ongeloof. Het sluit de mogelijkheid uit dat geloof ooit eeuwige waarheden kan kennen of bevatten.
De christelijke kerk in Europa maakt deel uit van de postmoderne wereld. Ze ervaart dieper dan de wereld zelf de godsverduistering van onze tijd, de uitputting en ontoereikendheid van de tradities en de morele crisis.
Ze lijdt eraan dat theologische systemen vervangen worden door een eclecticisme en experimenteel geloof, en ook door – paradoxaal genoeg – de schijnzekerheid van het fundamentalisme.
Alle kerken ervaren de crisis van de ambten en het uiteenvallen van de kerkelijke gemeenschap door het religieuze consumisme, de overgang van een dogmatisch geloof in meer dichterlijk poëtisch geloof, spontaan, emotioneel en visionair, vaak zeer frivool.
Verder de beperking van de betekenis van het dogma, van de theologie, de antropologie, de soteriologie tot metaforen en beelden.
Hoe kan de kerk haar zending vervullen in deze omstandigheden zonder dat ze geheel ondergaat in het scepticisme en cynisme van de postmoderne tijd? Ik geef antwoord in drie delen.

a. Identificatie met mensen die waarheid, zingeving, gemeenschap en integriteit zoeken
De postmoderne mens begrijpt ternauwernood het traditionele appel van de kerk op zijn geloof, op de rede of op het geweten, op verantwoordelijkheid, schaamte of vrees. Geloof en rede zijn voor de postmoderne mens slechts mogelijkheden om de waarheid te benaderen maar kunnen nooit dienen om haar te ontvangen of te begrijpen.
De postmoderne ethiek heeft geen interesse in absolute waarden die in alle eeuwen geldig zouden zijn, maar ze beperkt zich ertoe eisen en voorwaarden te formuleren die betrekking hebben op de integriteit en de vrijheid van elk individu.
De prediking van het Woord van God tot de postmoderne wereld moet rekening houden met deze voorwaarden. Ze kan niet vertrouwen op de grote tradities, maar moet adequate vormen zoeken om heel de Raad van God te verkondigen aan de postmoderne generatie. Daarbij kan ze niet het geloof in de eeuwige waarheid van God opofferen maar wel moet ze beseffen dat deze woorden voor de postmoderne generatie geen betekenis hebben.
De prediking van het evangelie in de postmoderne wereld moet daarom beschikken over een grote culturele gevoeligheid om zich identificeren met deze generatie en haar latente geestelijke en morele noden welke zijn de behoefte aan een transcendente waarheid, de behoefte aan zingeving, aan gemeenschap en aan persoonlijke integriteit.
Tegelijk moet ze beschikken over een diep theologisch en geestelijk begrip ervan hoe deze behoeften eerst levend en actueel gemaakt kunnen worden, om er later een Bijbels antwoord op te geven.

b. Een herontdekking van de geschiedenis van Jezus Christus
In het Europa van de 21ste eeuw wordt voor het eerst in de geschiedenis zending bedreven in een geheel postchristelijke wereld. Daardoor kan ze niet zoals in andere delen van de wereld Jezus Christus verkondigen als een voorheen onbekende Zaligmaker en Verlosser en een betere toekomst door het geloof in Hem.
Evenmin kan ze, zoals de inwendige zending gedurende een groot deel van de 19de en 20ste eeuw, een appel doen op een slapend bewustzijn van God, om dat te doen ontwaken, appelleren aan zeker geloof in God, een zekere hoop op Hem, vrees voor Hem. De zending in het Europa van de 21ste eeuw, postmodern, multireligieus, met een syncretistische spiritualiteit heeft de zware taak het evangelie te verkondigen in een situatie die resistent is geworden tegen het evangelie.
Het postchristelijke Europa is in feite voorbij aan het evangelie.
Ze is niet nog niet christelijk, maar veeleer nooit meer christelijk. En dit betekent dat het christendom in Europa een verleden vertegenwoordigd, dat verlopen is.
Reeds zagen we dat postmodernisme ongevoelig is voor de pretenties van alle denksystemen die een absolute waarheid verkondigen. Evenwel, postmodernisme is zeer gevoelig voor persoonlijke ervaringen.
Om die reden is de beste wijze om Christus te verkondigen in de postmoderne wereld het vertellen en opnieuw vertellen van Zijn geschiedenis, en tegelijk de geschiedenis van de Bijbelse figuren.
Daarbij komt dat het vertellende getuigenis de meest geëigende wijze van verkondiging van het evangelie is. Ze staat toe dat het evangelie zijn eigen methode is, zelfs kracht Gods tot zaligheid, zoals Rom.1.16 zegt. Een woord met tegelijk apologetische, profetische en pastorale kracht.

c. Het evangelie is kracht van God
De geneigdheid van het postmodernisme tot pragmatisme verplicht de kerken en de zendingen tot de hoop op de kracht van het evangelie om te bemoedigen, te helpen, te vernieuwen en zelfs te genezen.
Daarbij moeten we deze aantekening maken dat deze kracht – in plaats van irreële verwachtingen te scheppen – in zwakheid wordt volbracht (2 Cor. 12.9).
De kracht van het evangelie heeft de vorm van het kruis. Dit betekent dat ze zichtbaar wordt als de discipelen van Jezus Christus Hem werkelijk navolgen in Zijn leven, in Zijn dood en in Zijn opstanding tot nieuw leven.
Verder krijgt de kracht van het evangelie concreet gestalte als de kracht van het Woord van God zichtbaar wordt in geloof en bekering, in de heilzame gemeenschap van de gelovigen, in de kracht van het gebed, de kracht van de volharding, de kracht om te genezen en te reinigen door de nieuwe gehoorzaamheid aan Christus door de Heilige Geest, de macht om de boze te weerstaan door een krachtige ethiek met positieve gevolgen voor het eigen leven en voor de relaties waarin we leven.

Samenvatting en conclusies
We zagen in de inleiding van deze bijdrage twee vormen van vreemdelingschap: de mens bevindt zich ten oosten van Eden. Hij is een zwerver en een vreemdeling op de aarde.
Een christen is als volgeling en leerling van Jezus Christus een uitverkorene aan wie God grote voorrechten toekent. Evenwel, vanwege deze uitverkiezing is hij een vreemdeling op aarde.
Daarna onderzochten we de vormen van de zending aan het begin van de 21ste eeuw. In de geglobaliseerde wereld worden de mogelijkheden en beperkingen van de zending bepaald door de vrije beweging van goederen, mensen en ideeën en door het democratische begrip van macht.
De zending is van richting veranderd. Ze is niet meer een zending van de christelijke wereld naar buiten, maar een wederzijdse dienst in heel de geglobaliseerde wereld van kerken aan kerken.
We zagen dat de roeping van de zending in de context van de geglobaliseerde diaspora is: a. de prediking van het Koninkrijk van God en van de Naam van Jezus Christus aan immigranten en autochtonen opdat ieder een nieuwe identiteit vindt in Hem, b. het helpen, bijstaan, (her)onderwijzen, zorgdragen voor, gastvrijheid bieden aan migranten opdat ze nieuwe stabiliteit vinden als volk van God temidden van de kerk, c. stimuleren dat de christenen nieuwe vormen vinden van wat we noemden katholiciteit als stijl van leven: leven in een open gastvrije kerkelijke gemeenschap waarin ieder in zijn eigen taal, en niet belemmerd door traditionele vooroordelen de grote werken van God hoort.
De geglobaliseerde diaspora weerspiegelt zich in de religieuze pluraliteit en de syncretistische spiritualiteit, twee verschijnselen in onze wereld die het syncretisme stimuleren. De uitdaging van de zending te midden van het syncretisme is mensen te maken tot discipelen van Jezus Christus door hen op te voeden in geloof, hoop en liefde. Tegelijk eist de morele diaspora van onze tijd, dat de kerken en alle christenen afzonderlijk zich inspannen om het geloof aan de volgende generatie door te geven.
We vatten de uitdagingen van de zending in de postmoderne wereld kort samen als: 1. identificatie met mensen die waarheid, zingeving en waarden zoeken te midden van relativisme en cynisme, 2. herwaardering van de vertelling van de geschiedenis van Jezus Christus en 3. het vertrouwen in het evangelie als kracht van God.
We moeten concluderen dat de genoemde uitdagingen de krachten van de Europese kerken te boven gaan. We hebben hulp nodig, maar ook de stimulans en de correctie van kerken en gelovigen uit andere delen van de wereld, in de hoop op een opwekking en vernieuwing van het Europese christendom, een vernieuwing van uitgeputte tradities, door de Heilige Geest.


Bibliografía
1. David Bosch, Misión en Transformación. Cambios de Paradigma en la Teología de la Misión. Grand Rapids (Michigan 2000);
2. Michael Pocock, Gailyn van Rheenen, Douglas McConnel, The Changing World of Missions, Engaging contemporary issues and trends (Grand Rapids 2005)
3. Samuel Escobar, Evangelizar hoy (niet gepubliceerde lezing, Sociedad Bíblica de España, El Escorial, Madrid, 2008)


Dit is deel 3 van een drieluik over christelijke zending in een geglobaliseerde diaspora. Deze drieluik is een bewerking van een rede, die ds. B. Coster heeft uitgesproken tijdens de jaarvergadering van de Spaanse Evangelische Zending, gehouden in Sliedrecht op 24 april 2010.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 november 2011

Protestants Nederland | 32 Pagina's

Zending in een geglobaliseerde diaspora

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 november 2011

Protestants Nederland | 32 Pagina's