Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

CHRISTUS VOOR MENS EN MENSHEID

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

CHRISTUS VOOR MENS EN MENSHEID

Opvoedig is kernbegrip in theologie van Petrus Hofstede de Groot

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De negentiende-eeuwse theoloog Petrus Hofstede de Groot (1802-1886) was de voorman van de befaamd geworden Groninger godgeleerden en heeft zich naast zijn werk als hoogleraar aan de Groninger universiteit met grote ijver ingezet voor kerk en onderwijs. Tevens was hij een sociaal bewogen mens die zich ook zeer verdienstelijk heeft gemaakt op het gebied van de inwendige zending.

Over Hofstede de Groot als theoloog en zijn medegeleerden, die een grote invloed hebben uitgeoefend op kerk en theologie van de negentiende eeuw, schreef Vree in 1984 zijn proefschrift De Groninger godgeleerden. De oorsprongen en de eerste periode van hun optreden(1820-1845). Zijn nu voor ons liggend boek Kerk, huis, school en staat. Leven, werk en vriendenkring van P. Hofstede de Groot (1844-1886) is een vervolg hierop.

De titel van zijn chronologisch opgezet werk heeft Vree ontleend aan de door De Groot zelf geformuleerde leus: ‘In kerk, huis, school en staat het Christendom, niet zonder, maar met en in en uit Christus.’ In het tweede deel van deze leus, zo schrijft Vree, zijn de kern en karakter van De Groots streven samengevat, van zijn denken waarin de opgestane Heer Jezus Christus centraal stond.

Niet de leer over de Christus, maar zijn Persoon moet het middelpunt van kerk en theologie beide zijn. Zo ook op andere terreinen van het leven: ‘Christus in kunst en wetenschap, in aardsch bedrijf en handwerk, in woord en leven! ... Zoo [zal] ook door ons het aardsche leven worden, wat het zijn moet, een aanvang van het hemelsche!’

Belijnde dogmatiek

De Groot was wars van een al te vast belijnde dogmatiek, een positie die hem heel zijn leven lang de negatie en het wantrouwen van de orthodoxie opleverde. Hij bleef hieronder niet onverschillig, hij leed hieronder. Naar aanleiding van de verschijning van zijn Duitstalig boek (1867) over de gnosticus Basilides had de Réveilman Koenen hem in november 1867 aangeboden voor de Revue Chrétienne hierover een artikel te schrijven.

De Groot was hiermee weliswaar ingenomen, maar in zijn antwoord brak niettemin bitterheid door.

Nadat hij Koenen erop had geattendeerd dat de hoofdzaak van Basilides sinds 1866 in Waarheid in Liefde, het tijdschrift van de Groninger godgeleerden, had gestaan, maar deze er echter eerst nu kennis van scheen te hebben genomen, uitte hij zijn teleurstelling over het feit dat men in de Stemmen voor Waarheid en Vrede, in de Vereeniging, in vele weekbladen der orthodoxen, zijn werk ignoreerde.

Hoe anders ware het geweest wanneer orthodoxe theologen als Doedes, Van Oosterzee of Chantepie de la Saussaye de vondst hadden gedaan welke de Heer hem had gegeven te doen, welk een gejubel zou er van orthodoxe zijde zijn opgegaan. Nu echter niets van dit alles: ‘Want de ketter, die geen geloof en geene wetenschap mag hebben, kwam er mede voor den dag.... Intusschen welk eene schade voor de kerk van Christus wordt erdoor gesticht!’ ‘Hoeveel sterker zou de kracht des Evangelies zijn, indien men ons als vrienden ervan erkende, en het ons niet tot zonde toerekende, dat wij de termen drieënheid, voldoening, enz. niet gebruiken, dewijl wij ze niet in den Bijbel vinden; terwijl wij niemand veroordeelen, die ze wel gebruikt. Waarom Doedes, v.[an] Oosterzee, enz. geprezen en aangehaald, ons gesmaad of afgewezen, daar zij niets hebben geschreven in vele jaren, waarop wij niet ja en amen zeggen? Ik moest mijn hart eens lucht geven. ’t Is mij de grootste smart in mijn leven, dat de hand, die ik reik, van de orthodoxen met wantrouwen wordt terug gestooten’.

Op dezelfde bodem

In het vervolg van zijn brief benadrukte De Groot dat hij met Koenen, de orthodoxen, afgescheidenen, Lutheranen en zelfs met roomsen tegenover de modernen op dezelfde bodem stond. Men kan inderdaad niet aan de indruk ontkomen dat door tegenstanders niet altijd recht aan de Groninger godgeleerden is gedaan, getuige bijvoorbeeld de woorden van de ethische theoloog J.H. Gunning Jr. wanneer hij schrijft: ‘Ofschoon belangrijk van hen in opvatting van de christelijke waarheid verschillende, wensen wij nimmer te vergeten de grote diensten, door hen aan de gemeente bewezen door op de levende Christus (hoe dan ook opgevat) de aandacht te vestigen; en nimmer in te stemmen in de toon van minachting en soms van laaghartige spot, die in onze dagen door sommigen omtrent hen aangeslagen wordt’.

Deze levende Christus was voor De Groot ook het fundament van een christelijke ethiek. ‘Er is slechts één beginsel dat zuiver, edel en krachtig genoeg is om daarop een werkelijk christelijke zedenleer te grondvesten .Hierbij gaat het niet om een woord, een gebod, een stelsel van Jezus Christus, een principium of grote gedachte van Hem waaruit allerlei plichten konden worden afgeleid, maar het is onze Heer en Heiland zelf die in alles de Princeps is en als het principium der zedelijkheid ook het principium der zedenleer.’

‘Alleen Jezus Christus, Hij die alle mensen liefheeft, omdat Hij God liefheeft en één is door de liefde met de Vader, weet in de harten der mensen een onuitblusbare wederliefde te wekken die ook de ergste en meest verstokte zondaar overwint en uiteindelijk alle knie voor Hem doet buigen, tot heerlijkheid van God de Vader, en zo ontstaat het Godsrijk der Liefde.

Een kernbegrip van De Groots theologie is de opvoeding die hij zag als Gods voornaamste werk en het doel van Zijn openbaringen aan ons. In haar kan de kracht van het christendom en van alle godsdienst, en dus ook van het wezen der beschaving, duidelijk en voelbaar worden gemaakt; zeker in onze eeuw die zoveel waarde hecht aan de opvoeding van kinderen en volkeren.

Kweeker der humaniteit

De grote zedelijke betekenis van het christendom beperkte zich echter niet tot de opvoeding, maar strekte zich uit tot heel de mens en samenleving. De Groot was er diep van overtuigd dat het christendom als kweeker der humaniteit een unieke waarde had. Dit op tweeërlei wijze. Ten eerste bevorderde het de humaniteit door de gezonde, harmonische en veelzijdige ontwikkeling van de mens tot waarlijk mens, dit door positieve beïnvloeding van het huiselijk leven, het dagelijks bedrijf, de maatschappelijke samenwerkingtussen zowel individuen als natiesen de geestelijke beschaving.

Het christendom veredelde en volmaakte bovendien de humaniteit door haar verheffing tot diviniteit. Dit dankzij Jezus Christus ‘het middenpunt, de kracht en het leven onzer godsdienst, van wien, als aller eenigen en eeuwigen Heiland, alles afhangt, ... de Zoon des menschen, mensch bij uitnemendheid, maar ook de Zoon van God, boven alle menschen verheven, die uit hoogere kringen neerdaalde, om in menschelijke vormen te openbaren- goddelijke volkomenheid.

Vree heeft een mooi boek geschreven over een bezield en gedreven man voor wie een waarlijk mens en een werkelijk humane samenleving ondenkbaar was zonder de verheven Persoon van Jezus Christus en van wie steeds weer de rijkdom en weidsheid van denken treft. Men neme en leze dit werk over een van onze belangrijke en nobele geleerden. Meer nog: een christen in wie vroomheid en geleerdheid samengingen.


Naar aanleiding van:

Kerk, huis school en staat. Leven, werk en vriendenkring van P. Hofstede de Groot (1844-1886). door Jasper Vree. Uitgeverij Verloren, Hilversum , 2017. ISBN 987 90 8704 641 5; 824 blz.; €59,00.


Door dr. O.W. Dubois te Berkenwoude

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 mei 2018

Protestants Nederland | 24 Pagina's

CHRISTUS VOOR MENS EN MENSHEID

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 mei 2018

Protestants Nederland | 24 Pagina's