een ongewenst voorbehoedmiddel

Na de recente successen van tegenstanders van fluoridering begint het erop te lijken, dat menigeen in Nederland wordt wakker geschud en de gevaren ervan gaat zien. Toch probeert het ministerie van Volksgezondheid en milieuhygiëne — en wel zo snel mogelijk — de drinkwaterfluoridering een wettelijke basis te geven om, zoals minister Vorrink het uitdrukt, de lacune in de Waterleidingwet op te vullen. Bij het parlement is nu een wetsontwerp ingediend, dat „voorlopig" de bestaande drinkwaterfluoridering moet wettigen. Daartoe zou in de Waterleidingwet een nieuw artikel moeten worden opgenomen, waardoor (krachtens een door de minister verleende vergunning) fluorverbindingen aan het drinkwater kunnen worden toegevoegd. De tot dusever verleende vergunningen zullen worden geacht krachtens het nieuwe artikel te zijn verstrekt. Het wetsartikel zal slechts gedurende drie jaren na de inwerkingtreding gelden. Het is echter nog niet zover. De volksvertegenwoordiging moet het wetsvoorstel nog goedkeuren.