Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dichter moet eigen tranen verhullen in taal en vorm

Bekijk het origineel

Bladerweergave niet beschikbaar
+ Meer informatie

Dichter moet eigen tranen verhullen in taal en vorm

HELDERE STUDIE OVER POËZIE-VISIE VAN M. NIJHOFF:

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Martinus Nijhoff, een onzer belangrijkste 20e-eeuwse dichters, heeft ook een belangwekkend kritisch en beschouwend oeuvre nagelaten —kritieken, opstellen, voorwoorden, inleidingen en brieven — waarin hij zijn poëzie-opvattingen verwoordt. Al dit materiaal — de zogenaamde versexterne poëtica — heeft W. J. van den Akker nauwkeurig onderzocht en hij heeft zijn bevindingen neergelegd in een proefschrift waarop hij enige maanden geleden aan de Rijksuniversiteit te Utrecht promoveerde.

U heeft geen rechten om dit artikel te lezen Premium Artikel

Dit artikel is exclusief leesbaar voor abonnees met een RD-abonnement, een zesdaags abonnement op het RD of op de e-paper. Dit artikel lezen? Log in op uw EMG-account of neem een abonnement.

Inloggen Neem (proef)abonnement

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 mei 1986

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Dichter moet eigen tranen verhullen in taal en vorm

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 mei 1986

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's