Goede acht op de huishouding

Dat ook in het vanouds behoudende deel van de gereformeerde gezindte tal van veranderingsprocessen gaande zijn, lijkt inmiddels buiten kijf. "Ladders in de zwarte kous", kopte dagblad Trouw op 14 juni 2001, aan de vooravond van een eerste congres over kinderopvang, in Hardinxveld-Giessendam. Onlangs meende dezelfde krant te moeten constateren: "Ladders in de zwarte kous? Zeg maar rustig blote benen." Hoe het zij, opvattingen én praktijk verschuiven. In steeds minder opzichten lijkt de reformatorische gezindte zich nog te onderscheiden van de Nederlandse maatschappij als geheel. Zo ook op het punt van de verhouding man en vrouw en dat van de keuze kind en/of baan. Meer en meer moeders vinden dat het mogelijk moet zijn ook een (parttime) baan buitenshuis te hebben. De vraag naar (reformatorische) kinderopvang neemt toe. Is het fulltime moederschap anno 2003 nog wel nodig? Welke taken hebben ouders -de moeder, de vader-, ook waar het gaat om de godsdienstige opvoeding? Welke bijbelse lijnen vallen hier te trekken? In het kader van de bezinning op deze thematiek reikt A. M. P. C. van Hartingsveldt-Moree uit Elspeet enkele overwegingen aan. Van Hartingsveldt is afgestudeerd orthopedagoge, moeder van vijf jonge kinderen en actief voor onder meer de rubriek Ouder & Kind in het blad GezinsGids.