De Bijbel en arbeid (5)

Zwart werken

Het Koninklijk Nederlands Ondernemersverbond presenteerde op 10 maart jl. zijn actieplan ter bestrijding van het zwart werken. Het zwarte circuit maakt 15% uit van hetgeen we met z'n allen verdienen. In guldens uitgedrukt betekent dit een bedrag van 25 miljard. De oorzaak van de enorme vlucht van het zwarte circuit is gelegen in de hoge belastingtarieven en de sociale lasten. Door illegale bijverdiensten zien massa's mensen hun huishoudbudget flink toenemen.

Het zwart werken is een maatschappelijk kwaad van de eerste orde geworden. De overheid derft zeven miljard gulden aan belastingen en zes miljard aan premies. Weinigen staan er bij stil dat de staat op zo grote schaal wordt benadeeld. Het gelag moet worden betaald door een slinkende groep mensen 'witwerkers' die ieder het zijne willen geven - ook de fiscus - vanuit de overtuiging dat belastingbetalen een morele plicht is voor iedere burger. Ik las ergens 'Zo is de zwartwerkerij een nationale sport geworden, die in populariteit onbetwist op de eerste plaats komt'.

Het betalen van belastingen is inderdaad een morele plicht van iedere burger. Niet alleen omdat die plicht uit de wet voortvloeit, maar vooral en alleen al omdat Gods Woord ons dat zegt. Ik wil daar straks verder op ingaan.

Gevoelig

Belastingontduiking door zwartwerken of door anderszins bepaalde inkomsten (rente bijvoorbeeld) niet aan de fiscus op te geven komt in aUe lagen van de bevolking voor, ook bij reformatorische christenen, die er in het algemeen voor bekend staan dat ze zich aan de burgerlijke wetten wensen te houden.

Daarom is het schrijven over zwartwerken een hachelijke zaak, die erg gevoelig ligt. Dat mag echter geen reden zijn er dan maar over te zwijgen.

Maatschappelijke en persoonlijke zonde

De Farizeeën en Herodianen vallen de Heere Jezus aan met een vraag over het betalen van schatting aan de keizer (Matt. 22:15-22) Zij vragen Hem: 'Is het geoorloofd de keizer schatting te geven of niet? '

Wijzende op het beeld en het opschrift van de Hem getoonde penning, antwoordt de Heere Jezus: 'Geeft dan de keizer dat des keizers is en Gode dat Gods is'. Wij kunnen hieruit leren dat het de plicht van de onderdanen is aan de overheid te geven, wat haar rechtens - volgens de wet - toekomt. Het is de wet die bepaalt wat de overheid toekomt en als dat bepaald is, dan gebiedt Christus ons het haar te geven.

Ook Romeinen 13, handelende over de taak en de macht van de overheid, spreekt duidelijke taal. Belastingontduiking is dus in strijd met het goddelijk gebod.

Zwartwerken is belastingontduiking, is daarom niet alleen een maatschappelijk kwaad, maar ook een persoonlijke zonde voor degene die zich daaraan schuldig maakt en voor degene, die de gelegenheid daartoe geeft. Er zouden immers geen illegale bijverdieners zijn als er geen opdrachtgevers waren, die geen 'dief van hun portemonnee' willen zijn. Iemand die zwart werkt weet ook wel dat dat eigenlijk niet kan. Toen onlangs ergens in een groot gebouw een schoonmaakploeg aan het werk was en er een fotograaf op het toneel ver­ scheen, doken een groot aantal mensen weg of hielden de hand voor hun gezicht!

Bezwraren

We horen tegenwoordig veel bezwaren tegen dit beroep op de Bijbel om zwart werken te veroordelen. Een paar van die bezwaren wU ik trachten te bespreken en te weerleggen.

Het eerste bezwaar is dat de belasting- en premiedruk in ons land zo hoog is, dat de overheid zelf uitlokt tot belastingontduiking.

Ontegenzeggelijk is het waar dat de belasting- en premiedruk een ongekende hoogte heeft bereikt. De schier onbetaalbare verzorgingsstaat vergt hoge offers van de onderdanen. Legaal bijverdienen wordt afgestraft. Extra inspanning wordt niet beloond. Het is immers niet aantrekkelijk van elke extra bijverdiende gulden de helft of meer aan de fiscus te moeten afdragen. De hoge belasting- en premiedruk werkt belemmerend. Dan toch maar zwart? Je wilt toch wat overhouden aan extra inspanning? Toch is dit niet de weg. Belastingontduiking is ethisch niet goed te praten. Een beroep op de geldverslindende overheid vermag het goddelijk gebod niet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen