Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ondernemingsraad en ontslag

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ondernemingsraad en ontslag

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is de ondernemer niet toegestaan de dienstbetrekking van een in de onderneming werkzame persoon die lid is van de ondernemingsraad (OR) of van een ÓR-commissie te beëindigen behalve

door mr J.W. Ooibekkink

Aldus luidt het begin van artikel 21 tweede lid van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Het artikel is ingegeven om zodoende tot een betere uitoefening van de taken van een ondernemingsraad te komen. Ontslag van een lid van de OR of van iemand die anderszins betrokken is bij medezeggenk schap in een onderneming is aan bijzondere regels gebonden.

Onlangs werd er bij een bedrijf in Zeeland een ingrijpende reorganisatie doorgevoerd. Aan gedwongen ontslagen viel daardoor niet te ontkomen. Voor een aantal mensen werd ontslag aangevraagd bij het regionaal bureau voor de arbeidsvoorziening. De voorzitter van de OR was een van de ongelukkigen. Daardoor trad artikel 21 van de WOR in werking. Om de voorzitter toch te kunnen ontslaan diende de werkgever de kantonrechter te verzoeken de arbeidsovereen- I komst te ontbinden.

De wetgever heeft dit artikel opgenomen in de wet om de OR-leden te beschermen. Om verschillende redenen acht de wetgever ontslagbescherming voor OR-leden gewenst. De hoofdreden is dat een OR-lid niet de dupe moet worden van zijn getoonde bereidheid om zitting te nemen in de OR en zodoende zich in te zetten voor het bedrijf. Een OR-lid stelt zich daardoor extra kwetsbaar op. Daarnaast is het in bepaalde gevallen zo dat een werkgever de inspanningen van een OR-lid niet altijd in dank afneemt. De extra ontslagbescherming ontneemt de werkgever de mogelijkheid om iemand louter vanwege diens lidmaatschap van de OR of activiteiten namens de OR te kunnen ontslaan.

De werkgever zal in het verzoek aan de kantonrechter tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst aan moeten geven dat het lidmaatschap van de OR of de OR-commissie geen rol speelde bij het voornemen tot ontslag.

Wanneer een werknemer zich erop beroept dat er naar zijn mening wel een verband is tussen ontslag en OR-lid dan zal de werkgever aannemelijk moeten maken dat zulks niet het geval is. Uiteindelijk zal een rechter pas overgaan tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wanneer het ervan overtuigd is dat lidmaatschap van de OR of van een OR-commissie direct noch indirekt een rol heeft gespeeld bij de wens van de werkgever om de betrokken persoon te ontslaan.

Naast personen die lid zijn van een OR geldt een beperkte ontslagbescherming voor de volgende personen:

• een werknemer die op een kandidaatlijst voor OR-verkiezingen is geplaatst; • een werknemer die korter dan twee jaar geleden lid is geweest van een OR; • een werknemer die lid is van een OR-commissie; • een werknemer die korter dan twee jaar geleden lid is geweest van een OR-commissie.

Wanneer een werkgever om welke reden ook voornemens is een ontslagvergunning aan te vragen voor bovengenoemde personen, dan dient eerst toestemming gevraagd te worden aan de kantonrechter De werkgever moet bij zijn verzoek aangeven dat de voorgenomen beëindiging van de arbeidsovereenkomst geen enkel verband houdt met de bovengenoemde activiteiten rond medezeggenschap.

Wanneer de toestemming is verkregen kan er pas een ontslagvergunning worden aangevraagd bij het regionaal bureau voor de arbeidsvoorziening. Deze instantie beoordeelt of er anderszins bezwaren zijn tot het verlenen van toestemming genoemde werknemers te ontslaan.

Zoals gebruikelijk bestaan er op bovengenoemd ontslagverbod verschillende uitzonderingen. De eerste is al genoemd. Wanneer de rechter zijn toestemming geeft eindigt de arbeidsovereenkomst, het ontslagverbod ten spijt. Daar­ naast kan de arbeidsovereenkomst eindigen wanneer het betrokken OR-lid schriftelijk met zijn ontslag instemt. Eveneens eindigt de arbeidsovereenkomst wanneer de activiteiten van het bedrijf of van een deel van het bedrijf waar de betrokken persoon werkzaam is worden beëindigd.

Tot slot eindigt de arbeidsovereenkomst ook wanneer het OR-lid op staande voet wordt ontslagen. Hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer het OR-lid een greep uit de kas van het bedrijf doet, wanneer hij met opzet, ondanks waarschuwing, eigendommen van de werkgever beschadigt, of zich schuldig maakt aan bedrog of andere misdrijven waardoor hij het vertrouwen van de werkgever onwaardig wordt.

De conclusie is gerechtvaardigd dat ontslag van OR-leden extra nauwgezet dient te geschieden en niet op oneigenlijke gronden mag plaatsvinden.

De auteur Is als stafmedewerker werkzaam bij de RMU

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorische Maatschappelijke Unie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1995

RMU Contact | 32 Pagina's

Ondernemingsraad en ontslag

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1995

RMU Contact | 32 Pagina's