Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vrij in postchristelijke tijden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrij in postchristelijke tijden

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Joep Dohmen & Maarten van Buuren

De prijs van de vrijheid

Denkers en schrijvers over moderne levenskunst

Amsterdam: Ambo, 2011

286 pagina’s

ISBN 9789026323362

De prijs van de vrijheid, het boek dat Joep Dohmen en Maarten van Buuren recentelijk samen schreven, maakt een wondermooie promenade langs een aantal filosofen en schrijvers die als mijlpalen kunnen gelden voor ons moderne denken over vrijheid. Het werd een tocht van een tiental haltes, gaande van Montaigne aan wie we onze moderne scepsis te danken hebben, tot Houellebecq die haar een typisch laatmoderne wrangheid meegeeft. Toch is wrangheid niet het gevoel dat de lezer aan het boek overhoudt. Daarvoor maakt het rijtje De la Rochefoucault, Dostojevski, Nietzsche, Musil, Sartre, Foucault, Taylor en Bieri de reisweg te meerstemmig, te genuanceerd.

De compositie van het boek, zo blijkt al uit de opsomming, is lineair historisch. En dit geldt ook voor elk van de essays. Het zijn stuk voor stuk inleidingen in het leven en het werk van de betreffende schrijver of filosoof, inleidingen die op zichzelf staan en die je gerust kunt lezen los van het grotere verband waarin ze in het boek zijn samengebracht.

Op dat grotere verband wordt niet uitdrukkelijk ingezet. Er is geen essay dat het expliciet tot thema neemt. Maar het grote verband is wel aanwezig. En het doorkruist op gepaste wijze de gevolgde historische lijn. Niet toevallig opent het ‘Woord vooraf’ met de anekdote van een jongeman die in het bezette Frankrijk van de vroege jaren veertig Jean-Paul Sartre een dilemma voorlegt: “Sluit ik mij aan bij het verzet, dan moet ik mijn alleenstaande moeder aan haar lot overlaten; kies ik echter voor haar, dan ben ik de lafaard die de moed niet heeft om de misdaden van zijn collaborerende vader goed te maken.” Sartres antwoord is bekend: “Ik kan je niet zeggen wát je moet doen […] het enige wat ik kan zeggen is dát je iets moet doen. Kies wat je hart je ingeeft.” (p. 9)

Voor Sartre stelt vrijheid een absolutum: het is een daad waar je in laatste instantie altijd ‘blind’ toe beslist, terwijl die beslissing ten volle jouw verantwoordelijk blijft. Kiezen is beseffen nergens aan gebonden te zijn om zich vervolgens vanuit die absolute ongebondenheid ergens aan te binden of het erop te wagen.

Voor Peter Bieri (net als Sartre én filosoof én romanschrijver, zij het dat laatste onder het pseudoniem Pascal Mercier) is vrijheid helemaal niet absoluut. Het is niet een soort duik in het niets waarna je alles als ten volle het jouwe op je neemt. Aan het begin van Merciers (Bieri’s) bekende roman, Nachtreis naar Lissabon (2007), neemt de hoofdfiguur weliswaar zo’n beslissing. Van de ene op de andere seconde stapt hij uit zijn leven als leraar, wandelt de klas uit en reist naar Lissabon om er een nieuw iemand te worden.

Aan het eind van het boek blijkt echter dat de vrijheid niet in die absolute wending lag, maar in het vermogen zich over te geven aan de grilligheid van het leven en zelfs aan die van het ‘ik’: “Ik woon nu in mijzelf als in een rijdende trein. Ik ben niet vrijwillig ingestapt, had geen keus en weet niet waar we heen gaan.” (p. 253)

Vrijheid als een sprong in het niets als in een absolutum, vrijheid als soepel meedansen met het relativum van het leven: tussen die twee polen fluctueren de opvattingen over vrijheid die in Dohmens en Van Buurens boek de revue passeren. En daarin treffen de beide auteurs hun eigenlijke onderwerp: de levenskunst. Of je de vrijheid nu als relatief dan wel als absoluut beschouwt, het komt erop aan die leefbaar te maken en dat eist cultivering, cultuur, ‘kunst’. Vrijheid bestaat maar in zoverre de mens de kunst verstaat haar te stileren en vorm te geven.

Daar is het de auteurs om te doen, ook waar ze hun licht laten schijnen op schrijvers en filosofen die vooral het problematische van de vrijheid naar voren schuiven, zoals Dostojewski, Nietzsche, Musil en Houellebecq. Uit hun werken blijkt hoe prijselijk de vrijheid wel is, maar ook hoe de vrijheid die prijs waard is. Ook daar zoeken Dohmen & Van Buuren naar wat die prijs kan bijbrengen aan de “vrijheidspraktijk” van de moderne levenskunst.

“Levenskunst als vrijheidspraktijk”: het is meer dan alleen de ondertitel van Joep Dohmens essay over Michel Foucault. Het is tevens het perspectief van waaruit alle besproken auteurs zijn doorgelicht. Maar Dohmens hoofdstuk over Foucault thematiseert dat perspectief uitdrukkelijk. Hij legt uit hoe het thema van de vrijheid pas relatief laat in Foucaults oeuvre verschijnt. Tot diep in de jaren zeventig analyseerde dat oeuvre vooral hoe de moderne mens in weerwil van zijn zelf-beeld onderworpen blijft aan de heersende discoursen. Ook al houdt die mens zich graag voor een autonoom en vrij subject, de facto blijf hij onderworpen aan – in het Frans: assujeti à, of in het Engels: subjected to – de subtiele machtsclaimen die in die vertogen verankerd liggen.

Medio de jaren zeventig, als hij zich voorneemt een ‘geschiedenis van de seksualiteit’ te schrijven, onderzoekt Foucault de mogelijkheden van een positieve, vrije manier om zich in de discoursen te bewegen waaraan men als subject ‘onderworpen’ is. Die discoursen functioneren weliswaar als een ‘wet’, maar laten tegelijk een zekere ruimte om zich tegenover die wet te verhouden en zijn leven zelf actief vorm te geven. Meer nog, in bepaalde tijden kan die wet zelf zo zijn opgezet dat hij het subject ertoe aanzet om van zijn leven een kunstwerk te maken. Dit is wat Foucault ontdekt in de codes waarnaar de seksuele ethiek van het Antieke Griekenland luistert. Zij verraden een verlangen op de juiste manier ‘gebruik te maken van de lust’, net zoals de seksuele codes van de Romeinse cultuur een paar eeuwen later een ‘zorg voor het zelf’ te kennen geven.

‘Zorg voor zichzelf’: dit is wat levenskunst is. In het spoor van Foucault lezen Joep Dohmen en Maarten van Buuren die ‘kunst’ in de lange moderne traditie van westers denken over vrijheid, van Montaigne en De la Rochefoucault tot Taylor en Bieri. Het boek is geen strikt filosofisch boek. Het beperkt zich bij het uiteenzetten van de ideeën tot de uitgekozen auteurs. Maar wie het aandachtig leest, krijgt de juiste dosis dissonantie aangereikt om zelf tot een filosofische problematisering geprikkeld te worden. Het foucaultiaanse perspectief geeft die prikkel een welkome oriëntatie.

Het boek bevat geen uitdrukkelijk verwijzing naar het christelijke denken over vrijheid. Begrijpelijk, omdat ook de besproken auteurs dit niet – of hooguit louter negatief – doen. Toch is dit spijtig. Het christendom kent in deze immers een lange traditie, van de ‘vrijheid van de christen’ die Paulus propageert, over de vrijheidstheorieën van Augustinus en Thomas van Aquino, tot en met de recente bevrijdingstheologieën. Op een gediversifieerde manier wordt in die traditie gereflecteerd op de fundamenteel ‘gesitueerde’ en ‘eindige’ conditie van de vrijheid, en dit zonder het absolute van de vrijheidsclaim te veronachtzamen. Een aangehouden referentie aan dit denkspoor had vooral het nietzscheaanse karakter dat uit vele essays van de bundel spreekt sterker uit de verf doen komen. Het had de auteurs tevens gedwongen die referentie kritischer te bevragen.

Dr. M. (Marc) De Kesel is docent filosofie aan de Arteveldehogeschool Gent en senior onderzoeker aan de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. E m.dekesel@rs.ru.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.forumc.nl/radix

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2011

Radix | 80 Pagina's

Vrij in postchristelijke tijden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2011

Radix | 80 Pagina's