Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De bezwaren tegen den kindertoeslag.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De bezwaren tegen den kindertoeslag.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs werd mij' de vraag gedaan, of ik in deze rubriek eens wilde uiteenzetten, welke bezwaren tegen het z.g.n. „kindergeld" worden ingebracht, en hoe die bezwaren ondervangen en bestreden kunnen woiden. Nu schreef ik over deze quaestie reed; s vroeger in.een ander orgaan, doch ik herhaal hier gaarne, wat ik toen over dezen loonfactor, waarmeEi Ühans weer in sterke mate gerekend wordt, opmerkte. En dan wil ik b-eginnen, met te .herinneren, hoe op het tweede ChriStelijfe • Sooiiaal Congres, in 1919 te Amsterdam gehouden, door het .Kiamerliid Mr. Dr. Schokking in zijta referaat over hiet. Gezinsloon een lans is gebiTokeW \'0or hiet : z.|g.n. kindergeld. Hij' ging daarbij uiit van.deze grondstelling, dat het denkbeeld van ge^ zinsloon fe; ijn grondslag vindt in de juiste gedachte, dat (het gezin de voornaamste grondvornr is van het tnaatschappelijk leven, en, al naoest hij er-, Ivemïeto, dat het relatieve gezinsloon niet voor algeinteene doorvoering vatbaar is, toch aarzelde hij' niet om uit te spreken, dat het gewenscht was in de loonsbepaling met het kindertal te rekenen, en dus niet alleen den gepraesteerden arbeid', doch ook de behoeften van het gezin aJs factor te laten gelden. Het Congres beeft zich met deze zienswijze vereenigd, want bet slot der tweede resolutie luidt aldus: „Ook rèkene zij' (d.i. de Overheid), bij de vaststelling van de loonen met de samenstelling van het gezin", en dit „rekene" is niet als een kunnen of mogen bedoeld; heen, op ©en opmerking van Dr. 'Kromsigt, die het laatste zinnetje wat mat vondi, en als zijn meening uitsprak, dat er van moeten sprake moest zijir, antwoordde de voorzitter onder applaus van de vergadering, dat de bedoeling geen andere kon zijn.

Met deze resolutie van bovengenoemd congi-es zijn echter de bezwaren, die menigeen tegen het kindergeld heeft, , niet weggenomen, en deze bezwaren komen ongeveer hierop neer. In de eerste plaats beweert men, dat wanneer bij de vaststelling Van het loon met het aantal kinderen gerekend wondt, ook andere subjectieve factoren in aanmerking komen. Dan zou ook bij ziekte of andere tegenslagen in het gezin.het loon verhoogid moeten worden, en zelfs dé omstandigheid, dat de arbeider voor zijn ouders heeft te zorgen, poiee spieken, en van al deze subjectieve dingen mag het loon niet afhankelijk gemaakt worden. Bovendien is bet voor een patroon, of een directie onmogelijk met al deze speciale toestanden der werklieden te rekenen, en daarom alleen is de gedachte van het „kindergeld" onuitvoerbaar. Doch bij al deze gravamina vergeet men, dat ziekte en ongeval een abnormaal kaï'akter dragen, terwijl gezinsvorming nog' altijd in de normale lijn ligt, terwijl bel m.i. nog een groote vraag is, of een patroon niet geroepen is om bij ziekte in de speciale nooden te voorzien. Dit zal wel niet gemakkelijk gaan, maar van uit Christelijk en bai-mhantigheidsstandpunt beschouwd, is dit laatste niet een overdreven eisch, doch met deze aangelegenheid komen wij' op het terrein der barmhartigheid, en tot dat territoir behoort het kindergeld niet, hetwelk door Prof. 'Aengenent m.i. terecht als een eisch van sociale rechtvaardigheid is verded.igd-

Een tweede bez.waar is„ dat door het „kindergeld" afgunst en wrijving tusscben de arbeiders of b.v. de ondea-wijzers zal ontstaan, van wie de ongehuwde bet niet zal kunnen uitstaan, dat zijn collega, die hetzelfde werk doet, en geen ander „prae" heeft dan dat hij, gehuwd is en kinderen heeft, meer loon ontvangt. De klassenstrijd', zegt Dr. V. d. Waeiiden, zal er door verzv/akken, en het soli'da.riteitsgevoel verflauwen, want de eene kring van werknemers, die gezamenlijk moest optreden, zal door jalousie jammerlijk verdeeld zijn. Dit bezwaar kan voor ons...niet ernstig wegen, en-wij zouden onze Christelyk© arbeiders l^eleedigen, indien wij z.ulk een nijd-bij hen veronderstelden. Zij, die bet gezin en den kinderzegen beschouwen in. het licht van IsHeeren Woord, zulI^^HHr 119 len niiét afgunstig zijn op hen, die, wegens meer kinderzoi'gen grooter loon verdienen, maar zij zullen ten opzichte van die kameraden gaarne dei wet der liefde betrachten. Trouwens, is van zulk een jalousie, nu van staatswege kindertoeslag gegeven woi-dt, weinig te mierken, en in de predikantenwereld, waarin dit stelsel hoe langer hoe meer ingang nndt, is van dit gevreesde kwaad nimmer iets gevonden.

Een derde grief is deze, dat de kinder-, en ook de huurtoeslag belemmerend werken op de verbooging van het minimumloon. Wanneer dergelijke verhoogingen worden ingevoerd, zullen, zoo meent men, de minima gedrukt worden, zoodat de ongehuwden schade lijden, en er alleen van een behoorlijk salaris' sprake is, wanneer een aantal kinderen bet minimum aanmerkelijk vermeerdert. Dit biezwaar ka, n echter met evenveel recht ingebracht worden tegen de mieerdere bezoldiging wegens dienstja.ren en acten van bekwaamheid, en bet is nog niet gebleken, dat deze verhoogingen de minima op laag peil hebben gehouden. Wie zich aan dit bezwaar vastklemt, moet consequent een uniform salaris willen voor allen, wat niemand voorstaat, terwijl ter anderer zijde met alle ktacht dient te worden va& tgehouden, dat bel „kindergeld" alleen mogelijk' is op de basis van een voldoend, .toereikend minimum-loon.

Een niet minder ernstig bezwaar is dat door het stelsel van kinder-en huurtoeslag het verband, tusschen het loon en de waarde van den arbéidi' wordt verbraken. Loon is, zoo beweren velen, slechte betaling voor geleverd werk. Het loon mag alleen bepaald .jvorden door de waardij van het gepraesteerde, en waar gelijk werk is .geleverd, moet ook gelijk loon uitbetaald worden. Deze bestrijding; schijnt verplefcterenidï te zijn, maar in de praktijk komt van al deze leuzen niets terecht, want bet betalen van den arbeid is onmogelijk zuiver uit te voeren, en in geen enktelen kring wordt deze maatstaf consequent gevolgd. Overal vindt men nog andere loensfactoren dan die der arbeidspraestatie. Hier kent men premies voor buitengewone diensten. Daar beeft men uitkeeringen bij ziekte of ongeval. Ginds ontvangt men tegemoetkoming in den huurprijs, of is men in bet bezit van een vrije woning, en in de onderwijswereld b.v. zou men de periodieke venboogingen niet gaarne miïgsen. De praktijk aelve wijst dus aan, dat de stelregel: „de dienstverrichting alleen gewaardeerd", beslist ontoeneifcend is voor een rechtvaardige toonregeling, en dat, wanneer men alleen den arbeid wil betalen, men in een wereld van moeilijkheden en onbillijücbeden verward raakt.

Het laatste argmnent, hetwelk de tegenstanders, van het „kindergeld", aanvoeren, laat niet na bij het eci-st© hoeren indnik' te maken. Wanneer, zoo zegt men, het aantal kindenen meetelt in de loonregeling, zal dit geheel het omgekeerde uitwerken

van wat men met den „kinderbijslag" beoogt. Hiermedie wordt immieis de veraorgiag tier groote gezinnen, en de bestrijding van bet Neo-Malthusianisme bedoeld, maar bet resultaat zal zijn dat juist de ouders met meerdere kinderen in 't gedrang komen, em de ongehuwden overal den voorrang genieten. De patroons zullen bijj' dit stelsel omzien naar kinderlooze arbeidena; op de kantoren wordt aan de omgebuwden de voorkeur gegeven; bi| bet onderwijs zullen voor een benoeming zij het eerst in aanmerking komen, die den kinderzegen missen, en zoo worden de groote gezinnen in ernstige verlegenheid gebracht, de gehuwden op badenkelijk© wijze bemoeilijkt, en het Neo-Malthusianisine ziet zich door zijii eigen vijand in de baaud gewerkt. In deze redeneering ligt helaas eenige waaxbeid, en zij vindt steun in bedroevende feiten. Bij onderscheidene benoemingen wordt er' eerst op gelet of de sollicitanten, die jn aanmeAing komein, ook kinderen rijk zijn, want men bondt liie& it de groote gezinnen op een afstand, en zelfs is het bezit van veel kroost voor menig predikant een hinderpaal om van een grootere gemeente een beroep te ontvangen.

Maar... mag om deze praktijken het geven van „kindergeld" veroordeeld worden? Verdient een wet op zij te worden gezet, omdat .zij tot ontduikin|g] aanleiding .geeft? Kuninen v/ij in onze Christelijke kringen voor zulke bezwaren uit den \Veg gaan, en dies dit bedrijf bestendigen? Ik meen van neen. Voor alle dingen hebben wij, op grond der Heilige Schrift, het bezit van kindei-en een zegen te achten, en wanneer nu dat kinderbezit niet begeerd wordt, om de meerdere kosten die zij medebrengen, is dit niet te wij'len aan het stelsel, dat voor de kinderen zorgen wil, maar aan een hardigheiid' des haxten, die tot verkeende praktijken voert. Door een afzonderlijk „kindeigeld" in te voeren, geven wij van onze waardeeri, ng van het gezin blijk, en het is dan ook niet te verwonderen, dat de commissie van den Algemeenen Bond van R. K. Ki& svereenigingen, die in 1912 rapport uitbraoht over de onderwij'zerssalarissen tot deze conclusie kwam: „Een voldoend aanvangssalaris, periodieke verhoogin§, bijlslag voor het vei-krijgen van bij-aoten, hoogere bezoldiging voor het hoofd der school, tegemoetkoming in de huishuur voor gehuwde onderwnjzers en weduwnaars met kinderen, ©en regeling van het wachtgeld, ten slotte bijslag bij het groot brengen van een meer dan gemiddeld gezin, dat zijn de regelen, die de toelcom-Btige wetgever voor pogen zal hebben te houden."

Om al deze redenen is de kindertoeslag éen factor in de loonsbepaling, die terdege moet gelden, en ik meen dit gezinsloon te kunnen verdedigen, krachtens , het verband tusschen arbeid en loon. De arbeid is ons door God gegeven, pm ons leven, en dies jbet leven van ons gezin, jn stand te houiden, en het loon, dat we als vrucht van dien arbeid pntvangen, moet toereikend wezen om dat doed te verwezenlijlken. AVelnu, dan mag en most ook met grootte van het gezin gerekend wordien, en in menig. gezin zijn door den kindertoeslag de zorgen verlicht en de faioeilijkheden verm'indei< d. En het is een verblijdend verschijhsel, dat hoe langer hoe meer de noodzakelijkheid van het „kindergeld" w: oidt gevoeld, en de wensch van het Tweede Christelijk Sociaal Congres vervuld wordt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 januari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De bezwaren tegen den kindertoeslag.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 januari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's