Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

door J. C. RULLMANN.

X

De teerling was dus geworpen. Buiten staat .om de logische juistheid van Utrechts opmterking te ontzenuwen, berustte de Synode stilzwijgend in het verzet van den kerkeraad, en gaf daai-meei het verbindend gezag van haar reglement op-kerkvisie taiie prijs.

Voior Utrechts kerkeraad werd dit gewichtig resultaat eerst officieel bekend, toen hem! ook in het jaar 1868 op gewone wijze en zonder eenige aanmerldng nieuwe tabiellen ter jnvnlling werden toegezonden.

De vraag ontstond nu voor den kerkeraad, welke gedragslijn hi| thans te volgen had? ' Naar de wet „de vragen der kerkvisitatie beantwoorden overeenkom'stig het reglement", kon hij tih-ans evenmiin als ten vorigen jare, want zijn hezwaar: „de houding der Synode" had eer gewonnen dan verloren in wicht.

Maar hoe dan? Kon hij^ doen, wat hij' ten vorigen jare nog deed: — de overige vragen beantwoorden en in de kolom voor de hoofdvraag: zijn verklaring herhalen? Onliiogelijk, zoO' hij' zijn waardigheid niet wilde prijsgeven. Immers, de stand van zaken was juist doior het g^ebeurde van het vorig jaar geheel veranderd. Toen legde m'en die verklaring juist af, om de Synode harerzijds tot verklaring te dwingen.' Toen leefde mten nog onder de volle verbind])aarheid van het neglement, en kwani' ïn verzet op eigen risic'o en perikel. Toen wilde m-en de leugein uit de kerkvisitatie nog wegnemen, door de Synode tot het houden van werkeiijike visitatie te nopen. Thans echter was alles andeirs gewoirden. De Synode had zich doior haar houding verldaaxd. De verbindbaarheid van het Beglemient was door haar prijsgegeven. Tot werkeiijike keiikvisitatie had ziegetopnd niet te kunnen koanten.

Accepteerde de kerkeraad nu toich de zoogenaamde kerkvisitatie, dan z.ou. hij! m'ede schuldig zijn geworden aan het kennelijk streven der Synode, om aan de kerkvisitatie haar geestelij-k karakter te oniLn-emien, en met den titel van kerkvisitatie te versieren, wat naar het eenparig getuigenis der geschiedenis en de eigen vroegere verklaringen der Synode geen kerkvisitatie was.

Op voorstel vaar zijn jong'sten predikant, Dr IA. Kuyper (al de overige predütanten stemden tegen) besloot de kerkeraad dan ook • op 15 April 1868 om' de vragen, in de tabellen vervat, onbeantwoord te laten^ „omdat dez'ö vragen hem gedaan worden namens een Synodei, met wier tegenwoordige waardigbeidsbekleeders de kerkeraad geein gemeenschap des geloofs en der belijdenis heeft."

En .hiermede zou de geheele zaak der kerkvisitatie ten einde zjjn geloopen, zoo niet het Claissikaal Bestuur, bij schrijven yan 3 Juni 1868, onder bedreiging met tuchtmiddelen en onder - ft'aarschuwing voor de bedroevende gevolgen van izijn stap', den kerkeraad alsnog verzocht had de blanco teruggezonden tabellen te willen invullen. Maar de kerkeraad volhardde biji zijin weigering in een door Dr Kuyper ontworpen igemiotiveerde opgave van de iredenen, die tot het nemen van dat besluit hadden geleid. Als hoofdreden werd opgegeven, dat de Synode zelvei aan haar kerk-visitalie elk karakter van een ernstigigemeend onderzo'ek ontnomen had. De dusgenaam'de kerkvisitatie als zoodanig afvVijzende, verklaarde de kerkeraad zich echter beireid alle gewenschte inlichtingen van statistischen en administratieven aard te willen geven, mits niet onder den vorm van kerkvisitatie.

Het , Classikaal Bestuur, den kerkeraad wijzende op de gevolgdn van elen blijvend verziet, ver'maande heffi nu „der u'stvan^hiet Keirkgenoio tschap' ni et in gevaar te br'eingen". Waarop de kerkeraad antwoordde: „dat hier alles afhangt van, de vraag, of men tot lelken prijls het ge no ot s o ha p wil handhaven, al ging daarbij' de Kerk' te loor; of wel, dat m'en vóór alles dq Keirk wil redden, ook al kon de rust van 't genootschap daarbij' niet ongedeerd blijven, •— en dat hij! voor zich alleen de laatste giedragslijh knet 'den eisch van plicht en geweten overeenkomistig acht."

Door-deze vaisthoudeadheid in vertwijfeling gebracht, zond het Classilcaal Bestuur de stukken nu aan het Provinciaal Kerkbestuur. En dit Bestuur meende niet te mogen berusten in deze onvoldoende uitkom; st der schriftelijke kerkvisitatie, ma, ar besloot alsnog een persoonlijik onderzoek naar den toestand der gemeente te doen instellen. Daartoe werden nu twee leden van het Classikaal Bestuur afgevaardigd, die tevens in last hadden om de niet aanwezige fcerkeraadsleden (de leiders der beweging) later afzonderlijk in verhoor te nemen. Doch de Utrechtscbe 'kerkeraad bleef op zijin stuk staan, en in een uitvoierige miemorie, kennelijk door dr Kuyper opgesteld, werd uiteengezeit, waarom tot deze geheel onwettige acte gelen'medewerking kon worden verieiend.

De spanning nam hierdoor natuurlijk' toe, fen met belanlgstelling wachtten velen den afloop' af. Het ^-vaar to'ch was niet denkbeeldig, dat, terwijl de moderne Dr Zaalberg in Den Haag. geh.andhaafd werd, de orthodoxe Dr Kuypiex te 'Utrecht, als de eenige priedikant die voor bet voorlstel van den kerkeraad had gesteimd, zou worden afgezet.

Bij de kerkvisitatie echter, die in 1869 te Utrecht gehouden werd, was de houding aldus: Er waren verschillende gevoelens, die hoofdziakelijk tot v i e r-d er lei resultaat teidden. Vele leden, o'nder welke drie predikanten, vertegenwoordigden bet standpunt vóór 2 jaren .door den kerkeraad ingeno'mien, van te antwoorden op alle vragen, uitgenomen wat de belijdenis aangaat. Eenige ajideren m'et één pïe^ dikant legden zich neer bij de antwoorden, die de kerkers^ad wilde 'geven, inaar met reaerve ten opzichte van de belijdenis. Een .aantal anderen, waarbij.de Oiverige predifc'aJnten, hebben evenals zijl vroeger gewoon waren, nu oiok op alle vragen geantwoord. En eindelijk was', lei' één lid, die in 't geheel nie-ts geantwoord 'wilde hebbien.

In de Synodale Handelingen van 1869 vinden we islechts een kort verslag van het gebeurde in Utrecht. Aan het slot daarvan leizen w; ij!: „Doch wij eindigen, na hier nog tö hebben bijigevoegd, dat uit de later ingekojnen veMsla'gen van het Kerkbestuur van Utrecht blijkt, dat te Utrecht de vragjen gedaan bij de persoonlijke of schrifteljjke kerkvisitatie beantwoord waren, en wij^ de uitdrukkehjke verklaring van genoemd Kerkbestuur yinden, dat de kerkeraad van Utrecht op den weg van gehoorzaamheid aan .de kerkelijke vero'rdenin'.gen was teruggekeerd, en dat hét nu meende heit gebeurde des voorgaanden jaars te miogen en Ie moeten voorbijzien."

Intussclhen vond de Synode jelen uitweg tot oploiSsing van de gerezien moeilijkheden, door miet den aanvang van het volgende j.aiair de, bepaling in werldng te doen treden, dat de schriftelijke , kerk'visitatie voortaan slechts zou streldken tot het verikrijgen van statistieke opgaven, en dat bij de perso: onlijke kerkvisitati'e dan alleen een onderzoek naar belijdenis len wandel zö«i worden mgesteld, wanneer het verlangen daarnaat door een 'der kerkeraadsleden z.ou zijn te kenneü gegeven.

Zoo liep deze beweging dood, en dat te meeir, toicn Dr Kuyper, de ziel der bewegiag', in 1870 het beroep aannam naar Amsterdam.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's