Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

FATHER INDIA, a reply to MOTHER INDIA.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FATHER INDIA, a reply to MOTHER INDIA.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Daar ik onlangs een tweetal artikelen in deze rubiiek gegeven heb over Mof hér India, waarin Mejuffrouw Katharine Mayo, de Amerikaansche reizigster, die .Britsch-Indië tot object van onderzoek had gemaakt, spreekt van vreeselijke toestanden daar, voel ik me nu ook verplicht om hier iets te zeggen over het antwoord, dat de Brahmaan C. S. Ranga Iyer hierop ter verdediging van zijn vaderland en ter weerlegging van Miss Mayo heeft geschreven in zijn Father India.

En dan moet ik beginnen met te zeggen, dat het eerste gedeelte van lyers boek mij zeer zwak schijnt. Hij volgt een methode, die sommige schooljongens ook toepassen: op een beschuldiging antwoorden ze niet met de weerlegging er van, maar wijzen op de fouten van den aanklager zélf. En helaa& v deze methode is niet beperkt tot schooljongens. Men zegt wel eens, dat vooral de schoone sexe aan deze onlogische behandeling van zaken mank gaat, maar hoe dit ook zij, dat ook de mannelijke logica wel eens zoek is, blijkt o.a. uit dit boek van Ranga Iyer.

Want dat er in de United States, het vaderland van Miss Mayo, afkeurenswaardige toestanden zijn, vooral op het gebied van het sexueele leven, bewijst natuurlijk niet in het allerminst, - dat het in Britsch-Indië minder erg zou wezen, dan de Amerikaansche het in haar werk voorstelt.

Als verdediging van Indië is dit eerste gedeelte dan ook als mislukt te beschouwen.

Wat niets afdoet van het feit dat, door te wijzen op de gegevens van den Amerikaanschen jeugdrechter Lindsey, zooals hij die heeft neergelegd in zijn boek Revolt of Modern Youth, de Brahmaan Ranga Iyer ons wel schaamrood kan maken over onze Westersche „beschaving".

Hetwelk, al zegt het niets ter refutatie van Mother India, toch zijn nut kan hebben in een andere richting: om te maken dat de Miss Mayo's in Amerika en onder ons niet al te hoog van den toren zouden blazen in het vellen van een oordeel over andere volken.

En wèl kan Ranga Iyer ons bescheidenheid leeren, wanneer hij onze aandacht vestigt op de uitlatingen van rechter Lindsey.

Deze rechter, die kan 'bogen op een vijf en twinligjarige observatie van de Amerikaansche jeugd in zijn ressort — de stad Denver — en heel veel gesprekken' met hen heeft gehad, waarin zij geheimen onthulden, die anders in den regel verborgen blijven, wijst vooral op de moderne dansen als oorzaak van de zedelijke verwording van de leerlingen der Middelbare Scholen.

De jonge meisjes veroorloven aan de jongens, die hun geven wat zij noemen „a good time" bij het dansen, allerlei vrijheden, niet, alleen om hen te omhelzen en te kussen, maar ook grootere intimiteiten.

„Tenminste vijftig percent", zoo citeert Ranga Iyer rechter Lindsey, „die beginnen met pakken en kussen, beperken zich daartoe niet, maar gaan verder, en geven zich over aan andere sexueele vrijheden, welke tot dusver altijd als schandelijk ongepast gegolden h.ebben".

„Deze familiariteiten, afgezien van het in het oog springende gevaar, dat ze zullen leiden , tot andere dingen, zijn verantwoordelijk voor veel moei-

lijkheden van nerveuzen aard bij jonge meisjes, en voor het heerschen van zekere physieke kwalen die hun bijzonder eigen zijn. Dienaangaande zijn de meeste ouders en leeraren absoluut onwetend."

De rechter geeft dan als de raeening van eminente dokters, dat , , voor zoover de zedelijke en physieke gevolgen betreft, de uitwerking van zulke halverwege-gaande onwelvoeglijkheden op deze jonge meisjes precies even gevaarlijk is, als wanneer ze zich heelemaal gaven". Het maakt hen lichamelijk en geestelijk tot wrakken.

„Vijftien tot vijf en twintig percent", zoo laat de Brahmaan den Amerikaanschen jeugdrechter verder spreken, „van hen die beginnen met pakken en kussen, gaan ten slotte tot over de uiterste grens. Dit beteekent in de meeste gevallen niet^ dat zij het bij herhaling doen, of zich absoluut overgeven aan vrij geslachtelijk verkeer, maar het gebeurt toch wel."

Dit gaat dan over meisjes van veertien tot zeventien in Denver, maar rechter Lindsey beweert, dat het in de andere steden van Amerika minstens even erg is.

En volgens hem gaat het initiatief meer uit van de meisjes dan van de jongens, wat in overeenstemming zou zijn met de theorieën van George Bernard Shaw, die altijd heeft beweerd, dat de vrouw is de jager en de man het wild.

Maar het zijn toch, zegt Lindsey, de jonge mannen van het Amerikaansche leger aan het Europeesche front geweest, die, in hun vaderland teruggekeerd, aan hun meisjesvrienden de bereidwillig-Jieid hunner Europeesche zusteren als een voorbeeld hebben voorgehouden, waardoor een sfeer werd geschapen bij de Amerikaansche meisjes, ook bij de jongere, die maakte dat, waar vroeger een , , iiice" girl beleedigd zou zijn geweest door avances van de genoemde soort, zij ze nu, al zal zij weigeren er aan toe te geven, toch in de meeste gevallen niet kwalijk zal nemen. De Amerikaansche ' jeugd is het als iets gewoons gaan beschouwen, en daardoor is een sterke 'barrière er tegen gevallen.

In hoeverre deze beweringen van rechter Lindsey juist zijn, kan ik niet controleeren. Maar wij hebben den laatsten tijd genoeg gehoord over de funeste gevolgen van de moderne danswoede, ook van de zijde van hen, die principieel volstrekt niet vijandig tegenover het dansen staan, om niet geneigd te wezen aan te nemen, dat ze op waarheid gegrond zijn.

Deze dingen te verbloemen is, meen ik, grooter gevaar dan openlijk het kwaad te signaleeren. Misschien worden leeraren en ouders, van wier onkunde en laksheid rechter Lindsey treffende staaltjes geeft, wakker, en kunnen ze de jeugd door nauwlettender acht op hen te geven, en door weer, in den goeden, ruimen zin van het woord, tucht te oefenen, voor geheelen of gedeeltelijken ondergang bewaren.

Het gevaar is bij ons blijkbaar ook aanwezig, al weiger ik voorshands te gelooven, dat de ontstellende cijfers, die rechter Lindsey voor Amerika geeft, ook in hoofdzaak wel zoo ongeveer bij ons zouden gelden.

Om op Ranga Iyer en zijn Vader indië terug te komen, natuurlijk zijn de door rechter Lindsey geschetste toestanden in Amerika hem aanleiding om te zeggen: dan is het toch beter in Indië; beter een kindei'huwelijk, dan een zoodanige onwettige omgang tusschen jongelui als in Amerika en in Europa blijkt te bestaan. Maar aangezien hier volstrekt geen sprake is van een „entweder oder", blijft dit gedeelte van lyers boek, hoe belangwekkend ook, zonder resultaat voor; het in de eerste plaats beoogde doel.

Verder bespreekt deze Brahmaan, die goed op do hoogte blijkt te zijn met de Engelsche literatuur en ook veelszins met onze Westersche toestanden en beschaving, verschillende zaken, die Miss Mayo heeft aangeroerd, en waarop hij een ander licht tracht te laten vallen dan zij. Wie in dezen gelijk heeft, valt voor een outsider moeilijk te beoordeelen. Wel kan ik den lezer aanraden: lees Mother In dia, maar dan, billijkheidshalve, daarna ook Father India.

Over het geheel lijkt Ranga lyers boek mij niet erg overtuigend, zelfs niettegenstaande een heel rijtje van menschen, die hij aan het slot van zijn betoog laat aantreden om gen gunstig oordeel over Indië en (of) een ongunstig oordeel over Miss Mayo's werk uit te spreken. Als ik daartusschen ook Mevrouw Annie Besant zie staan, van wie men vooraf weet, dat ze het op zal nemen voor het volk harer idealen, dan weet ik niet meer, wat voor waarde ik aan de anderen moet toekennen.

Ook kan ik mij niet goed voorstellen, dat een aangrijpend boek als Moeder Indië, dat den klank der echtheid in zich heeft, zou moeten toegeschreven worden aan min edele motieven, zooals Ranga Iyer ons wil doen gelooven.

Mijn indruk bij het onbevooroordeelde lezen van Mother India was geweest, dat ik daarin hoorde de harteschreeuw van een vrouw, die Indië in al ^ijn ellende had zien nederliggen en nu niet zwijgen kon, om Indië zelf niet en om de wereld niet, van wat ze gezien had.

Mijn indruk van Vader Indië is, dat we hier te doen hebben met het werk van een hooghartigen. gladden Brahmaan, die met fluweelen handschoen het wapen van den spot en van de verdachtmaking hanteert, om Miss Mayo's woorden van hun kracht te berooven.

Maar ik kan het wel mis hebben. En ik moet erkennen, dat Ranga Iyer ook rake dingen zegt. Eén er van heeft mij werkelijk even geschokt in mijn vertrouwen in Miss Mayo. Zij vertelt ons n.l. op gezag van , , een Amerikaan met een langdurige ervaring", aan wiens waarheidsliefde, naar zij gelooft, nooit getwijfeld is, dat hij in 1920 een van de belangrijkste Indische vorsten bezocht, die lot hem zei — 't was in het jaar, dat er hardnekkige geruchten in Indië liepen, dat de Engelschen zich uit het land zouden terugtrekken-—: „Als de Engelschen werkelijk gaan, zal er drie maanden later geen ropij ^) en geen maagd meer zijn in Bengalen".

Met kennelijk genoegen nu deelt Uanga lyer mee, dat dit gesprek, indien, ooit, twintig jaar vroeger moet hebben plaats gehad, en ons reeds verhaald wordt in Ramsay Macdonald's boek, genaamd Awakening of India. Handelende over een van de Indische vorsten, schrijft Macdonatld daar: „Hij is hét, die naar men meent gezegd heeft, dat binnen enkele uren nadat de Britten zich uit Indië zouden hebben teruggetrokken, er geen ropij en geen maagd meer zijn zouden in Bengalen".

De overeenkomst is werkelijk te treffend dan dat men zou kunnen aannemen, dat men hier met twee verschillende gesprekken te doen had.

Maar natuurlijk, dit behoeft nog niet te wijzen op opzettelijk bedrog van de zijde van Miss Mayo. Het kan zijn, dat ten onrechte nog nooit was getwijfeld (naar Miss Mayo teimiinsle geloofde) aan de waarheidsliefde van den Amei'ikaan, die haar het verhaal deed. Maar in elk geval maakt een vergissing als deze, dal we met. ietwat mindÈr vertrouwen Miss Mayo's zegslieden tegemoet treden. Waar tegenover staat, dat een groot deel van haar betoog gebaseerd is op authentieke Stukken, die niet zoo 'gauw weg te redeneeren zijn.

Ik meen nu aan beide belangwekkende boeken. voldoende recht te hebben gedaan, om hier te kunnen eindigen.

Britsch-lndië staat wel betrekkelijk plotseling in het centrum van onze belangstelling: Mother India, P'ather India, The Christ of t li e Indian Road, Christ at the Round Ta bl e (evenals het voorlaatste ook van' Stanley Jones), zij allen boeien onze aandacht voor dat mysterieuze oude land, waar een vierde van de bevolking der aarde woont. Laten ze niet aan ons mogen voorbijgaan. Hel zou tot onze schade zijn.

VELDKAMP.


') Indische munt, +80 ot.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juli 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

FATHER INDIA, a reply to MOTHER INDIA.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juli 1928

De Reformatie | 8 Pagina's