Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Psalmmelodieën en liet Rhytbmiscb Zingen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Psalmmelodieën en liet Rhytbmiscb Zingen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Niet zonder grond mogen we ondersteilen, dat degenen, die deze rubriek geregeld volgen, ook

belangstelling hebben voor hetgeen in "het z.g.n. Liturgierapport staat over de bovengenoenide onderwerpen.

Hoewel de meeste lezers bedoeld rapport wel in hun bezit zullen hebben, en we aanschaffing daarvan ook om hetgeen over het „vrije kerklied" geschreven wordt, met allen aandrang aanbevelen, kunnen we met meer vrucht onze beschouwingen geven als zij den tekst van het rapport in het volledig verband op den voet kunnen volgen. Vooral ook omdat de nauwelijks twee bladz. druks, voor beide onderwerpen samen noodig, een compact geheel vormen.

Op bladzijde 51 en 52 lezen we dan als volgt:

„Betreffende de psalmmelodieën besloot de synode van Utrecht (Acta 'art. 157 III) deputaten te henoemen met de opdracht te onderzoeken, in hoever liet verzoek van Arnhem (punt C, g~ï van het agen.dum) voor inwilliging vatbaar is; waartoe zij alle op deze zaak betrekking hebbende stukken, die bij haar inkwamen, in handen stelde van genoemde deputaten.

Blijkens het agendum waren dit:

lo. een voorstel vaa de kerk van Arnhem van dezen inhoud: „wij verzoeken de synode te willen bevorderen het rhythmisch zingen van onze psalmen in de kerken, opdat de schoonheid onzer psalmwijzen werkelijk uitkome";

2o. een voorstel van de kerk van Bolsward A, welke gaarne zou zien, dat de Synode mocht besluiten sonnnige zangwijzen van psalmen aan een herziening te onderwerpen;

3o. een door de particuliere Synode van Groningen zonder meer doorgezonden voorstel van de classis Appingedam, om aan deputaten op te dragen de psalmen, ook wat sommige zangwijzen aangaat, beter geschikt te maken voor kerkelijk gebruik;

4o. een door de particuliere Synode van Groningen eveneens zonder meer doorgezonden voorstel van de classis Groningen om de melodieën van de psalmen te herzien; en

5o. een missive van de firma Zomer en Keuning te Wageningen, waarbij dezen de aandacht vestigen op de door haar uitgegeven bewerking der psalmen voor rhythmisch gebruik van de hand van Dr J. C. de Moor, en verzoeken, dat de Synode de daarin gebruikte indeeling den Iterken aanbevele, wanneer deze tot het invoeren van het rhythmisch zingen mochten overgaan.

De commissie van voorbereiding der Synode van 1923 achtte de zaak zoowel van het rhythmisch zingen als van de wijziging van psalmenmelodieën nog niet rijp voor beslissing. Dit gevoelen berustte o.a. op de overweging, dat hier niet slechts liturgische 'beginselen, maar ook sterk uiteenloo-pende musicaJe opvattingen in het spel z'ijn. Niettemin achtte zij de zaak alleszins een nader onderzoek waard, welk onderzoek aan uw deputaten is opgedragen.

Wat de vijf genoemde voorstellen of verzoeken aangaat, zijn de sub. 2, 3, en 4 genoemden van de verste strekking, omdat zij bedoelen een herziening van sommige zangwijzen of zelfs van de melodieën der psalmen. Afgedacht van ove^rwegingen, die aan de tijdsomstandigheden te onüeenen zijn, schijnt het uw deputaten een groot bezwaar, dat deze voorstellen in het geheel niet motiveeren waarom, of preciseeren, waarin de psalmmelodieën gewijzigd zouden moeten worden. En de beteekenis van dit gemis wordt aanstonds duidelijk, wanneer men bedenkt, dat steeds een groot verschil van gevoelen zich openbaart, zoodra men gaat vragen, welke psalmwijzen het zijn, die voor moeilijk te zingen worden gehouden. De proeven, welke in Znid-Afrika dienaangaande zijn genomen, hebben allerminst den indruk gevestigd, dat het in onze dagen zou gelukken zulke melodieën te componeeren, die ook maar in de schaduw zouden kunnen staan der classieke zangwijzen, in wier bezit wij ons mogen verheugen, en die ook bij wisseling der gebruilde berijming in gebruik zijn gebleven. De klacht, welke men soms kan beluisteren over de bezwaren aan het zingen van sommige wijze verbonden, lijkt uw deputaten niet algemeen en gegrond genoeg, om de voorstellen, sub. 2, 3 en 4 bij u aan te bevelen. In het algemeen genomen zouden zij der Synode niet aanraden zich te mengen in een zaak, die zeker wel beteekenis heeft voor de liturgie, maar toch zoozeer van musicalen aard is, dat de Synode beter doet met zich van een uitspraak te onthouden en deze gansche aangelegenheid in de vrijheid der kerken te laten. Onze Synodes hebben zich nimmer in deze dingen gemengd. Zij hebben wel bepaald, wat in de kerken gezongen zou worden, maar nimmer iets besloten over de melodieën, welke daarbij te gebruiken zouden zijn. Evenmin maakten zij eenige bepaling over de wijze, waarop deze melodieën gezongen zouden worden. Hoewel dit oorspronkelijk zeker rhythmisch was, is het even lang aanhouden van alle noten in gebruik gekomen zonder eenige kerkelijke beslissing, en evenmin viel ooit een besluit over den duur van de noten, of men langzaam dan wel vlug zou zingen. Waar geen noodzaak dwong, hebben onze Kerken steeds ondergeschikte zaken overgelaten aan de praktijk en de beslissing der plaatselijke Iterken. Het komt uw deputaten gewenscht voor deze gewoonte te blijven volgen, en derhalve meenen zij, dat het niet op den weg der Synode ligt de kerken voor te schrijven in welke rhythme liaar gezang moet plaats vinden. Trouwens heeft deze gansche zaak te weinig de volle belangstelling van onze kerken, en zijn de meeningen over het al of niet gewenschte van den rhythmischen zang zeer gedeeld. Om deze reden kan naar het oordeel van uw deputaten ook niet worden ingegaan op het sub 5 genoemde verzoek.

Concludeerende stellen uw deputaten der Synode voor zich aldus uit te spreken:

I. Wat betreft de zangwijzen der psalmen:

De Generale Synode, overwegende, dat onze kerken nimmer over de te gebruiken psalm-melodieën eenige uitspraak hebben gedaan, wenseht zich ook thans van iedere bemoei'mg met de zangwijzen der psalmen te onthouden;

II. Wat betreft het rhythmisch der psalmen: zingen

In nauw verband met de voorgaande conclusie wenseht de Synode zich eveneens van een beslissing inzake het al of niet rhythmisch zingen der psalmen te onthouden, en dit 'in de vrijheid der kerken te laten".

Ziehier de meening der deputaten over ons onderwerp. Benieuwd naar de wijze waarop de Synode deze voorstellen zal ontvangen, willen wij ze vóór den beslissenden dag eens wat nader bekijken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 januari 1930

De Reformatie | 8 Pagina's

De Psalmmelodieën en liet Rhytbmiscb Zingen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 januari 1930

De Reformatie | 8 Pagina's