Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Zending op de Synode.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Zending op de Synode.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

In een tweede en laatste artikel willen wij nog op eenige zendingszaken, die op de synode te Middelburg werden behandeld, de aandacht vestigen.

Allereerst richten wij het oog naar Soemba. Daar werd de behoefte gevoeld aan een doopsformulier, geschikt voor de Soembaneesche kerken. Reeds was op de synode van Arnhem een concept daarvoor aanwezig, ontworpen door de Afzonderlijke vergadering van missionaire dienaren des Woords op Soemba. Men voelde echter daar, dat dit concept nader moest worden onderzocht; Prof. Honig werd aangewezen om verschillende wijzigingen en aanvullingen aan het oordeel der broeders te Soemba te onderwerpen. Van die taak heeft hij zich gekweten, en het resultaat van het onderling overleg is geweest, dat de synode van Middelburg nu het Soembaneesche doopsformulier unaniem kon aanvaarden.

Het is een mooi stuk werk. Wel vertoont het een eigen karakter, maar zooveel mogelijk volgt het toch den gang van ons doopsformulier. Het ligt voor de hand, dal de bestrijding van Westersche ketterijen er in ontbreekt; zoo is ook een verdediging van den kinderdoop hierin niet opgenomen. Het is een verblijdend teeken, en het wijst op den voortgang van den missionairen arbeid op Soemba, dat een eigen doopsformulier werd begeerd en kon worden verkregen.

Gaan wij nu naar Java, dan willen wij iets zeggen over de gezangen-kwestie, of liever over het zingen van psalmen en gezangen. Een paar jaar geleden hebben wij aan deze kwestie in deze rubriek reeds een paar artikelen gewijd, maar wij moeten er nu, zij het ook kort, op terug komen.

Gelijk wij ons wellicht herinneren, had onze zending op Java in samenwerking met de zending op Oost-en Noord-Java een liederenboek samengesteld, te zingen in alle Javaansche kerken, waarin echter maar enkele psalmen waren opgenomen, verstrooid door den bundel heen, alsof zij als gezangen op één lijn stonden met de andere liederen. Daartegen v/as Ds K. van Dijk, toen te Keboemen, in ernstig verzet gekomen. Op de synode van Arheni is zijn protest behandeld, maar over die behandeling is hij zeer slecht te spreken geweest.

En te zijner verdediging had hij nu op de synode van Middelburg een Apologie ingezonden, welke voluit in de Acta is opgenomen.

Deze Apologie is een merkwaardig stuk, bij het lezen waarvan men zich afvraagt, wat op de Arnhemsche synode in deze zaak zich heeft afgespeeld. Ds van Dijk zegt ronduit, dat aan die synode een verkeerd prae-advies gegeven werd, omdat sommige personen aan de synode een zeer onjuiste voorstelling van zaken hebben gegeven, zoodat de synode er toe gekomen is, om een handeling op, het zendingsterrein, die duidelijk in strijd is met de uitgesproken bedoeling onzer kerken, te sanctioneeren. In plaats dat die handeling werd afgekeurd, werd het doen van Ds van Dijk berispt.

En nog zou Ds van Dijk zich die onrechtvaardige beoordeeling hebben laten welgevallen, indien niet de synode van Middelburg geroepen was opnieuw een uitspraak te doen in de kwestie van wat in de vergaderingen der Inlandsche gemeenten op het •zendingsterrein, onder voorgang van de missionaire predikanten zou worden gezongen. Wij weten niet of deze Apologie op de synode is voorgelezen; het schijnt mij toe, dal alleen de commissie voöt.^ de zendingszaken er kennis van nam; maar wij ^ hopen dat onze lierken, met name in Friesland, dit waardige stuk zullen lezen; het is voor ons inderdaad een raadsel, dat te Arnhem over Ds van Dijk zoo onjuist kon worden geoordeeld.

Maar wij laten deze kwestie nu maar verder rusten, en gaan over tot hetgeen de synode inzake het zingen op ons zendingsterrein besloot. Dit besluit luidt volgens art. 217 als volgt:

„De commissie adviseert het voorstel der Afzonderlijke vergadering van missionaire predikanten op Midden-J ava aan te nemen en derhalve te besluiten :

Ie dal voorloopig in de godsdienstoefeningen op hel zendingsterroin gebruikt mogen worden het psalmboek in de berijming van Ds van Dijk, en het liederenboek, samengesteld door de verschillende conferenties van zendelingen onder de Javanen; en

2e dat zij er op aandringt, dat de Afzonderlijke vergadering van missionaire predikanten, in verband mei de synode van de Javaansche kerken op Midden-Java, met de andere corporaties die onder de Javanen arbeiden en met de Javaansche kerken op Oost-en Noord-Java trachte te komen lot een gemeenschappelijk liederenboek, waarin de 150 psalmen opgenomen zijn."

Ds van T)ijk had zich 'eerst met dit nu door de synode aangenomen voorstel kunnen vereenigen, maar was daarop later teruggekomen, zoodat hij aan de synode voorstelde, dat alleen gebruik gemaakt zou worden van de door hem op rijm gebrachte 150 psalmen en „eenige gezangen", tenminste voorloopig; en dat de Afzonderlijke vergadering van missionaire predikanten zou trachten te komen tot een psalmboek, met eenige meerdere gezangen, door de synode nader Ie beoordeelen.

Commissie VI, welke op de Middelburgsche synode ook de zendingszaken onderzocht, bracht bij monde van Ds Douma van Arnhem rapport uit over deze beide voorstellen. Het schijnt ons toe, dal dit rapport de beide voorstellen niet juist heeft onderscheiden. Immers wij lezen in dat rapport:

„Het verschil tussclien deze twee voorstellen ligt hoofdzakelijk hierin;

Ie de Afzonderlijke vergadering wenscht voorloopig beide gebruikt te zien...; Ds van Dijk wenscht, dat voorloopig alleen gebruik gemaakt worde van zijn psalmboek inclusief de 8 daarbij opgenomen gezangen".

Wij achten deze voorstelling in strijd met wat de algemeene vergadering voorstelde en de sy-

node nu heeft besloten. Neen, de Afzonderlijke vergadering wenschte niet beide gebruikt te zien, maar vroeg alleen dat beide gebruikt mogen worden; men blijft dus vrij om ook één van beiden te gebruiken; en alzoo is door de synode het gebruik op verschillende zendingsterreinen van Midden-Java gewettigd om alleen van het liederenboek gebruik te maken met terzijdestelling van het psalmboek van Ds van Dijk.

Daarom betreuren wij het eerste deel van het besluit van de sj'node; indien zij het voorstel van Ds van Dijk niet had kunnen aanvaarden, had zij toch minstens moeten bepalen, dat naast het liederenboek het psalmboek moet gebruikt worden.

Maar ook tegen het tweede deel van het synodaal besluit hebben wij bezwaar.

Immers, de Afzonderlijke vergadering moet trachten te komen tot een gemeenschappelijk liederenboek voor alle Javaansche kerken, waarin de 150 psalmen opgenomen zijn. Maar was 't niet noodig geweest hierbij te bepalen, dat de psalmen afzonderlijk worden opgenomen als een apart geheel, maar niet, zooals met die enkele psalmen in den tegenwoordigen liederenbundel het geval is, met de liederen dooreengemengd, waardoor wordt uitgesproken, dat de psalmen ook maar gewone liedei'en zijn? Voorts heeft de synode hiet bepaald, wat er zal geschieden, indien de poging, om de 150 psalmen opgenomen te krijgen, mislukt; en evenmin, of de synode zich voorbehoudt om te oordeelen pver den liederenbundel, waarmee de 150 psalmen één geheel zouden moeten vormen.

Zoo achten wij het besluit van de synode niet goed om zijn inhoud èn om zijn kortheid; het is onjuist èn onvolledig.

Tenslotte nog over een zendingskwestie in het vaderland; het betreft de aansluiting bij den Nederlandschen Zendingsraad. Over die aansluiting is heel wat te doen geweest.

Op de synode van Arnhem 1930 was toch het besluit gevallen, dat onze kerken zich niet konden aansluiten bij dezen Raad, omdat deze lid is van den Internationalen Zendingsraad; als dus de Nederlandsche Raad geheel vrij op zichzelf stond, dan zou aansluiting mogelijk en gewenscht zijn geworden. Het bezwaar tegen den Internationalen Zendingsraad was tweeërlei: hij wil zonder nadere keur elke zendingscorporatie vereenigen, en hij heeft onjuiste opvattingen inzake de taak der zending op sociaal en politiek gebied.

Wel vond de Arnhemsche synode het goed, dat enkelen der deputaten als buitengewone leden zitting namen in den Nederlandschen Zendingsraad, „zonder dat daardoor de Gereformeerde Kerken in eenig opzicht door de besluiten van den Raad worden gebonden of verantwoordelijk zijn", en dat alsdan een evenredig deel van ; de kosten van den Raad zou worden bijgedragen.

Een paar jaar geleden hebben wij over dit besluit op deze plaats ons leedwezen 'uitgesproken; wij komen daarop nu niet terug. Op de synode van Middelburg hebben de deputaten rapport uilgebracht over deze kwestie; in hun rapport deelen ze mee, dat er tusschen den Nederl. Zendingsraad en de deputaten over en weer „nog al wat misverstand heeft bestaan"; voorts, dat die Raad prijs stelde op contact met onze zending, en dan ook saarne zien zou, dat er een paar van onze zendingsdeputalen gis buitengewnnn \zié.h aail den arbeW Van dêii l^aad deefnamen. Het blijkt dus, dat de Nederl. Zendingsraad gezwicht is voor het besluit van de Arnhemsche synode; en in aansluiting daarmee nam de synode van Middelburg o.a. het volgende besluit:

„Uit te spreken, dat eenig contact tusschen den Nederlandschen Zendingsraad en de zending van de Gereformeerde Kerken wel gewenscht is; " ... „dit contact te oefenen door aan enkelen hunner (n.l. van de zendingsdeputaten) vrijheid te verleenen, om als buitengewone leden zitting te nemen in-^en Nederl. Zendingsraad, en aan diens arbeid deel te nemen, zonder dat daardoor de Gereformeerde Kerken in eenig opzicht door de besluiten van den Raad worden gebonden of daarvoor verantwoordeUjk zijn; en

zoolang deze medewerking duurt, een evenredig deel van de kosten te betalen uit de generale kas."

Deze zaak is dus ten einde gebracht. Onze zending werkt gelukkig mede met den Nederl. Zendingsraad, en betaalt haar aandeel in de kosten.

Over verschillende andere besluiten ware nog heel wat te zeggen, maar wij willen het hierbij laten. Uit alles blijkt, dat onze generale deputaten hun veelomvattende taak consciëntieus verrichten. Moge op al hun arbeid in het belang van de komst van Gods Koninkrijk door de zending onzer kerken Gods onmisbare zegen rusten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1934

De Reformatie | 8 Pagina's

De Zending op de Synode.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1934

De Reformatie | 8 Pagina's