Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ZENDING EN EVANGELISATIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ZENDING EN EVANGELISATIE

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De RoomsGhe Kerk en ds Missie.

II.

Daar is een onderdeel van heel den Missiearbeid, dat onze bijzondere aandacht moet hebben, waar het ook zelf in Roomsche kringen zich in steeds grooler belangstelling mag verheugen. Het is het terrein van den wetenschappelijken Missie-arbeid. De „Missiologie" wordt de laatste twintig jaren systematisch uitgebouwd'.

De grondlegger van deze Missie-wetenschap is de in 1911 aan de Universiteit te Munster opgetreden Professor J. Schmidlin. Als hoofdredacteur van het „Zeilschrift für Missionswissenschaft" is hij nog altijd de leidende figuur op dit terrein.

Het is zeker de eer van de Protestantsche Zending, dat zij het eerst het nauwe verband tusschen Zending en wetenschap heeft zien liggen. In ons eigen land waren het de mannen der Afscheiding die reeds op hun Synode van 1872 dit vraagstuk onder oogen zagen. Het Curatorium der Theologische School, toen al bedacht op uitbouw dezer School, kwam met het voorstel om een specialen leerstoel voor de Zending te stichten, vooral met het oog op de opleiding der a.s. zendelingen, maar ook om de zending binnen den wetenschappelijken gezichtskring der studenten te zetten. De Synode is op dit voorstel niet kunnen ingaan. De beslissing werd uitgesteld.

In Duitschland is de eerste Zenduigshooglee'raar in Kalle opgetreden, Gustav Wameclï. Zijn wetenschappelijke arbeid en niet het minst zijn vaak felle requisitoren tegen de „ultra-montaansche" Missie-actie hebben Rome pijnlijk doen voelen den achterstand, dien zij op dit gebied hadden in te halen.

Zoo zijn er dan ook in korten tijd na elkaar verschillende leerstoelen gesticht, oentra van wetenschappeUjken Missie-arbeid, i) Daarnaast zijn enkele speciale Instituten geopend, het bekendste wel, het in 1932 in Rome gebouwde Missie-instituut. Zelfs heeft men aan de Gregoriaansche Universiteit een volledige faculteit voor Missiologie ingericht, met het recht tot het verleenen van wetenschappelijke graden.

Hand in hand hiermee gaat de actie ondelr de Roomsche studenten, , die ieder jaar hun internationaal Missie-Congres houden. Een van de bijzondere program-punten van deze Congressen is de zorg voor de studenten uit het Oosten, die in Europa komen studeeren. Alle moeite wordt genomen om deze studenten op te vangen en in contact te brengen met Roomsche kringen. In de Roomsche studenten-wereld worden ze altijd met bijzondere warmte ontvangen.

Wianneer men daarnaast vergelijkt wat onze studentenkringen in dezen éiosa, dan moet wel geoonstateerd, dat de uitheemsche student daar nog veel te veel een zeldzame vogel is. Rome heeft •scherp gezien, welke mogelijkheden hier liggen om de a.s. leiders der Oostersche volkeren te brengen onder het beslag der Roomsche Kerk. Zij heeft in de eerste plaats de eigen studenten voor deze taak verantwoordelijk gemaakt.

Dan zijn er verschillende Missie-Congressen, waarvan het jaarlijksch Congiies te Leuven wd het belangrijkste mag worden genoemd. Zooeven verscheen het verslag van dit Congres, onder den titel: „Expectatio Gentium", de verwachting der Volkeren. Opvallend is weer de optimisüsohe toon, die hier werd aangeslagen. Het Congres stond onder den indruk van de „groote geestelijke ischalten, die door de bekeerlingen van andere rassen de Roomsche Kerk worden binnengedragen".

Zoo wordt ook de wetenschap meer en meer in dienst gesteld van het groote doel der Missie, de verovering der wereld voor de Roomsche Kerk.

Want daarom gaat het: de vestiging der Roomsche Kerk.

Daarvoor heeft Rome heel de niet-christelijke wereld verdeeld in apostolische praefecturen en vicariaten. Hierdoor komt de directe leiding van heel het Missie-werk in het betreffende gebied in één hand', of van den praefect of van den apostolisch en vicaris.

Het groote voordeel is dan, dat de direct verantwoordelijke leiding op het terrein zelf zetelt. Wel blijft deze natuurlijk afhankelijk van de Propaganda in Rome, maar alleen bij zeer belangrijke 'beslissingen wordt bet oordeel van Rome zeil gevraagd. Ontegenzeggelijk heeft Rome hierin iets voor op de Protestantsche Zending. Bij deze immers berust de leiding van het werk bij de Deputaten der zendende kerken of bij de Zendingsdirectoren.

Vooral toen de verbindingen met de Zendiugsterreinen nog niet zoo snel tot stand kwamen als tegenwoordig, bracht 'dit vaak moeilijkheden met zich.

Onder de leiding der praefecten en vicarissen staan de missionarissen, naar het Roomsche kerkrecht alleen Missie-priesters. Naast deze zendt Rome uit de Missie-zusters. Aan hun arbeid hecht zij groote waarde. Dit blijkt ook uit een der jongste beslissingen van de Curie. Tot dusver was aan de meeste nonnen-orden op het Missie-terrein mtsluitend de zieken-verzorging toegestaan. De uitoefening der eigenlijke medische practijk was haar verboden. Thans zijn verordeningen uitgevaardigd, dat zusters ook als vrouwelijke artsen en vroedvrouwen mogen werkzaam zijn.

Hierdoor zal stellig het contact met de inheamsche vrouwenwereld geweldig versterkt wordend- De Protestantsche Zending zal nu meer dan ooit het werk onder de vrouwen systematisch moeten gaan aanvatten, en Rome ook op bet terrein van de wijkverpleging enz. moeten vóórkomen.

Voor heel de Roomsche Kerk in de Missiegebieden is echter niets van zoo groote beteekenis als de eigen inbeemsche priesterstand. De laatste Missie-encycliek wijst in verband daarmee op het groeiend verlangen der inheemsche volkeren naar zelfstandigheid, waaraan de Missie gehoor moet geven.

Alle beschikbare krachten zijn daarom ook geconcentreerd op de opleiding van inheemscliio priesters. Dat het Rome ernst is, blijkt bijv. wel in Azië. Bij gelegenheid van de wijding van vijf iniheemsche bisschoppen voor Azië in 1933, hooren we dat reeds zestig procent van alle Roomschen in Azië onder eigen priesters staat en twintig procent onder eigen bisschoppen.

Voor Afrika gelden deze cijfers nog niet. Maar ook daar schijnt men de eerste moeilijkheden te boven te zijn. Wel steUen daar het celibaat en de door de encycliek geëischte volle theologische opleiding aan velen nog te zware eischen, maar het meerendeel der seminaristen bereikt tocii de eindstreep.

In den Congo is in 1934 de eerste neger tol priester gewijd. Onder geweldig enthusiasme celebreerde hij zijn eerste mis. Meer dan 20.00Ö negers zouden .hierbij tegenwoordig zijn geweest. Meerderen volgden reeds.

Momenteel zijn over heel het Roomsche Missiegebied meer dan 16.0(X) seminaristen in opleiding. In China is de uitbreiding het grootst. Daar zijn reeds twintig Chineezen tot bisschop gewijd. Over het algemeen duurt de voorbereiding tot bet ambt lang. Twee Koreanen, die tot priester werden gewijd, hadden 14 en 15 jaar studie achter den rug. Maar Rome kan ook anders. Toen er op een gegeven oogenblik gebrek was aan inheemsche priesters werden er twee gewijd, die nog geen drie jaar gestudeerd hadden.

Zoo komt Rome tegemoet aan den steeds sterker wordenden drang naar eigen leiders ook in de kerk. Het hiërarchisch systeem der Roomsche Kerk, dat zijn afspiegeling ook vindt op het Missie-terrein, is voldoende waarborg, dat de leiding LQ handen van Rome zelf blijft.

Wij zagen hoe de eerste priester'wljdingen op de inheemsche bevolking groeten indruk maakten. De ervaring der Protestantsche Zending, dat de inheemsche goeroe's meer ingang vinden bij de volksgenooten dan de Europeesche arbeiders, wordt Mer bevestigd. Van bijna alle Missie-velden

wordt gemeld, dat na de wijding van de eerste inheemsehe priesters een nieuwe beweging naar jiet Christendom ingezet is. Vanuit Afrika komt zelfs dit getuigenis: „Men zou wanen dat de heilige Xaverius zelf in het land gekomen is, zulk ©en invloed oefenen de zwarte geestelijken op de bevolking."

Aaii den anderen kant is men ook niet blind voor de gevalden, die in deze nieuwe waardig'heid en de opleiding daartoe voor menigen inheemschen jongen gelegen zijn. Een van de beste kenners der Missie-terreinen schrijft: „Daar nu eenmaal het Europeesche priester-ideaal als norm geldt, wordt de, naar dit voor hem vreemde model gevormde priester naast zijn Europeeschen collega gesteld en maakt dan over het algemeen den indruk van oen niet in alle deelen geslaagde copie. Daaruit ontstaan ook de moeilijkheden, die de samenwerking tusschen beide vaak met zich brengt.

Maar toch zet Rome doelbewust door. Overal stijgt het aantal der inheemsehe bisschoppen en van bijna alle velden komen berichten over bouw en groei der priester-•seminaria.

Daarnaast groeien de eigen inheemsehe orden en religieuze genootschappen, waardoor Rome zulk een sterken band weet te leggen tusschlen. groote groepen leeken en hen zoO' weet in te schakelen in het een of andere practische werk.

Dit alles doel ons iets ervan zien met welk een krachtsontplooiing Rome in de Missie streeft naar het groote doel: heel de wereld voor Rome. Dit sluit ook in, dat zij het oog gericht ^houdt op de Protestanten in de Missie-landen. Zij' ook •moeten voor Rome gewonnen worden. Ja het heeft soms den schijn, alsof zij het eerste Missieobject zijn.

Maar al zal da'arvoor het gevaar wel niet zoo heel groot zijn, wij zullen toch een open oog moeten blijven houden voor de geweldige moeilijkheden, die uit deze doelstelling van Rome kminen voortvloeien. Moeilijkheden, waarmede nu al op onze eigen terreinen onze zendelingen het zwaar te verantwoorden hebben.

Toch is er geen enkele reden om te wanhopen. De Zending heeft het gebod. Het gaat in de laatste plaats niet om een zichtbare overwinning, maar om de prediking van het Evangelie in de geheele wereld tot een getuigenis allen volkeren.


1) Zie Bergema's bespreking van een Roomsch Standaardwerk. Febr. '37 e. v. ..

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 april 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

ZENDING EN EVANGELISATIE

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 april 1937

De Reformatie | 8 Pagina's