Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het lastige waardje valt mee in 't gebruik

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het lastige waardje valt mee in 't gebruik

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar nu zitten we, zal de lezer zeggen, toch nog In de maag met dat lastige woordje, dat zooeven (in de eerste %* over Greg. v. N.) erkend werd, aanwezig te zijn. Dr Dankbaar zal toch niet uit zijn duim gezogen hebben, dat volgens Gregorius van Nyssa het brood wordt OMGEZET m Christus' lichaam?

Och neen, het is niet uit zijn duün gezogen. Zoo'n woordje staat er.

Maar de vertaling van dat woordje, die hebben anderen uit hun duim gezogen; en dr Dankbaar is op die anderen wat al te gauw afgegaan.

Noodig was dat met geweest. Want het heele hoofdstuk, waaruit die paar woordjes uitgelicht zijn, krioelt van dat woordje „metapoiein" (of - eisthai). Een knap man, die overal, waar, in dit hoofdstuk „metapoiein" voorkomt, mij kan duidelijk maken, dat we met de vertaling „omzetten in" iets kunnen beginnen.

We doen een greep, hier en daar.

Deze maal beginnen we bij het begin. Gregorius betoogt, dat de mensch uit tweeërlei is opgebouwd: lichaam en ziel. Dus moet datgene, zegt hij, wat de menschen tot het leven leidt, ook door middel van die beide in het bezit komen van hen, die behouden worden.

Een redeneering, die eenigszins herinnert aan het artikel onzer belijdenis, waar staat (art. 18), dat, omdat zoowel lichaam als ziel van den mensch verdorven zijn, Christus beide aannam, een lichaam dus en een ziel, opdat Hfl beide tezamen zou behouden.

Nu is voor de ziel het gelóóf gegeven.

Maar het lichaam dan?

Daé, r is een andere manier voor aangewezen. Is er in het lichaam gif gebracht, dan moet er een tegengif komen; een ènder „medicament". Dat andere medicament moet de kracht (dunaims, werktag) van het verderf brengende gif ultblusschen.

Zóó nu moet óók de doodende werking van wat ons lichamelijk verderft, worden overwonnen daardoor, dat de KRACHT (dimamis) van hetgeen ons nuttig is, van wat ons helpt, door heel ons lichaam heengeleid wordt. Wat zou dit anders zijn, vraagt hij, dan dé, t lichaam, öat niet alleen bewezen Is krachtiger te zijn dan de dood, maar ook de aanvang te z^n van óns leven? Want het is, zooals de apostel zegt, in 1 Cor. 5:6: en w^nlg zuurdeeg verzuurt het geheele deeg.

Ja, zóó vertalen wg dien tekst van Paulus.

.Maar Gregorius houdt er zijn eigen woordenboek op na, en beweert dus, dat volgens den apostel dat kleine beetje zuurdeeg het heele deeg aan zich gelijk maakt (exhomoloi pros heautên).

Dat heeft natuurlijk geen zweem te maken met wezensverandering, of zoo iets. Het is een woord, dat beteekent: doordringen, en: aan zyn eigen werkingskracht onderhevig maken.

Welnu, zegt Gregorius, ZOO, op die manier (houtoos), moet ook dat lichaam, dat door God zelf aan den dood onderworpen werd (eenmaal, aorlstus), in ons lichaam Ingebracht zijnde, heel dat lichaam tot zichzelf gaan „metapoieln" en „metatithenai". D.w.z. het moet ons heelemaal doordringen met zijn KRACHT, denk aan het beeld van het zuurdeeg.

Wordt nu het zuurdeeg in zijn ELEMENTEN veranderd, en b.v. gelijk gemaakt aan de ELEMENTEN van het deeg? De man denkt niet aan zoo'n dwaasheid. Zuurdeeg blijft zuurdeeg, en brooddeeg blijft brooddeeg. Maar die KRACHT, die WERKING, die dunamls, dié gaat overheerschen. Hóe, — dat is 'n tweede vraag. Zóó is het nu óók mét Christus' lichaam, dat den dood overwonnen heeft. De KRACHT daarvan, dié dringt in ons lichaam in, en die KRACHT geneest ons. Aldus Gregorius van Nyssa.

Of ik het daarmee eens beu?

Och, 't is maar de vraag, hoe ge het opvat.

Een magische werking? Neen. Wèl een werking, die aan het geloof gebonden is. Het is het oude, maar ook gereformeerde lied: wij ETEN toch (maar dan met den geestelijken mond) Christus' lichaam; en wC drinken toch, maar dan weer met den geestelijken mond (het geloof) zijn bloed.

Maar het is dezen keer niet de vraag, of wij het met Gregorius van Nyssa eens zijn. Het loopt alleen over de vraag: is Gregorius begrepen door dr Dankbaar? Dan zeggen we: neen. Laatstgenoemde durft vast en zeker niet zeggen, dat Gregorius bij den bakker van Nyssa binnengeloopen is, met de leer: goeie man, dat zuurdeeg van jou zag zijn ELEMENTEN omgezet, het zuurdeeg werd brooddeeg, zijn elementen werden VERANDERD. Want Gregorius heeft met die theorie geen enkelen nysseenschen bakker onrustig gemaakt. Maar dan moet men óók niet zeggen, dat volgens Gregorius bij. het avondmaal de ELEMENTEN zijn veranderd. Men kan wel tobben over de vraag, hoe Christus' lichaam naar Gregorius' opvatting met dat brood in verband gezet is; maar voor het cogenblik zeggen we: het woord „metapoieln" bewijst niets van een elementen-verandering.

Eerder zouden we vragen: waarom vergeet U dat woord ; , - dunamls", KRACHT? U beweert, dat de eerste christenschrijvers de HANDELING hebben op den achtergrond geduwd, om het „ZIJN" (van die elementen) naar voren te schuiven. Dat lijkt me onrechtvaardig. Want als het < op een „dunamis", een „kracht" aankomt, die in alle deelen van ons bestaan moet doordringen, wat Is dat dan anders dan een HANDELING? Van den levenden God? Eu den aanwezigen Christus?

Er is meer, maar we willen voor ditmaal hier afbreken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

Het lastige waardje valt mee in 't gebruik

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's