„Omdat hij alles al wist"

Elders In ons blad leest men Iets over het boek „He-Teformeerden, waarheen? " (Bouman-Booy). Daarin droomt men (279) van een kerk, die „de scherpslijperij heeft afgeschait". Niet maar de verkeerde, doch alle scherpslijperij. Men droomt er den droom van 'n gereformeerd volk, dat Parijs naast Ulrum noemt en Weenen naast Kampen.

In het verlengde dezer droomen haalt de heer Thijs Booy een „iets gewijzigd" versje aan („een grafschrift uit een studenteualmanak", maar hij vergist zich):

Hier ligt vriend Heel netjes in zijn kist. De hemel kon hij niet in, Omdat hij alles al wist.

De heer Booy heeft dit verhaaltje overgenomen — weten we wel haast zeker — uit het blad van de nederlandsche kerk-vader-zeggers-tegen-Barth, genaamd: „In de Waagschaal". Hij verminkt het een beetje; maar dat is niet erg. Het versje, dat den barthianen zooveel deugd deed, betreft iemand, die een boek schreef over den hemel. Ook een over de hel trouwens. Maar dat wisten de broedere waarschijnlijk niet. Gelijk ze allicht geen van die twee gelezen hebben.

We halen het verminkte rijmpje alleen maar aan om den geest van het boek te typeeren. Als je tracht weer te geven wat de Schrift zegt over den hemel (of de hel, of de verzoening), dan zeggen de barthianen: foei. „De Schrift leert geen gezaghebbenden Inhoud". •

En dat is nu precies de ongeformuleerde opinie van den harthiaanschen jeugdopvoeder Thijs Booy. Opvoeder der tegen ons , , beschermde" jeugd. Het zij den Ridderbossen-Grosheides tot leering: geen H. J. Schilder in de classis Gorlnchem. Wèl den heer Booy. Dubitatio generalis!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen