De preek in discussie - pagina 40
of men weigert. Maar dit laatste ligt zeker niet hieraan, dat de verkondiging van het W o o r d de menschen maar met rust laat. Overigens is het een noodlottige misvatting, dat het toepasselijk element in zijn v e r w o r d i n g alleen maar beperkt moet w o r d e n tot de uitloopers van een geijkte „gestaltelij k e " preek. Is er w e l zoo heel veel zakelijk verschil, als de preek zich dan w e l niet aanpast aan de behoeften van het bevindelijke hart, maar des te gereeder referentie betuigt aan de c u l t u u r i n h o u d e n , die de m a n o p den Kansel w e l w i l l e n d bij de schare v e r o n d e r s t e l t ? B e w a a r ons v o o i de preek, d i e v ó ó r alles literair m o e t zijn ! Of die v ó ó r alles p s y chologisch m o e t zijn ! Of die v ó ó r alles „ o p de h o o g t e v a n zijn tijd moet zijn" en demonstreeren, dat de prediker inderdaad veel kranten gelezen h e e f t ! Wat w e e r niet zeggen wil, dat de preek o o k w e e r geen k i n d van zijn tijd z o u m o e t e n zijn. M a a r de p r e e k is géén stukje literatuur en géén psygologisch opstel en géén g e s p r o k e n dagblad. A l d e r g e l i j k e gedienstigheden aan de p r a c fijk b e t e e k e n e n tenslotte een valsche „toepasselijkheid", die maar danig c o n c u r r e e r t m e t de g r o o t e actualiteit v a n h e t W o o r d zelve. Wij w i l l e n dan o p eigen manier m a a r w e e r eens het W o o r d a c t u aliseeren. En de waardemeter is dan w e e r de stampvolle kerk, die onze ijdelheid zoo begoochelend streelt. Waarlijk ik kan de bitterheid van een e e n z a m e o n d e r de p r e d i k e r s verstaan, die verzuchtte: „zoolang de dominee's maar v o l l e kerken hebben, zien zij niet dat het volk verloren gaat". Is dat niet de groote deceptie ook van Van Oosterzee geweest ? Wie zelf het kerkpubliek wil vasthouden verliest de gemeente. Die raakt op den duur „uitgerangeerd". Maar w i e bezeten is d o o r de b o o d s c h a p , die hij brengt, al doet hij het nóg zoo literair-krom, al mist hij de subtiele p s y c h o l o g i e w a a r m e e m e n „ k a r a k t e r s uit de B i j b e l " w e e t te d o o r g r o n d e n , al is hij te weinig anecdotisch aangelegd o m „het l e v e n " te schilderen met een journalistieke vaardigheid — h e t doet e r niets toe: de man zal de k e r k vergaderen. G o d s p r o f e t e n h e b b e n w e l m e e r in a r m o e d e geleefd. W a n t het k a n de v r a a g zijn, of de prediking op den duur van deze vrijwillige a r m o e d e niet m e e r zegen v e r w a c h t e n mag, dan dat zij in cultureel opzicht rijk en verrijkt g e w o r d e n is en geen dings g e b r e k heeft. Mits die vrijwillige a r m o e d e dan m a a r niet een pose zij, m a a r het spontane g e v o l g is van de actueele r i j k d o m van het W o o r d zelf. Maar dan zal een dergelijke vrijwillige a r m o e d e zich o o k nooit v o o r d o e n als h o o g m o e d i g e nederigheid, die tenslotte onuitstaanbare aanstellerij is. Wat m e n bij dichters aantreft, dat h u n v e r z e n na h u n bekeering de gloed en de v e r v e missen van v ó ó r hun bekeering — adres aan Jan L u i k e n — geldt o o k v o o r de p r e e k van zoo menig kanselrede-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947
Reformatorische stemmen | 52 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947
Reformatorische stemmen | 52 Pagina's