De Encycliek “Humani Generis” - pagina 9
Betekenis – De ‘nieuwe theologie’ – de kritiek der theologen op de nieuwe Stroming – ‘Humani Generis’ en de Reformatie
w o r d t uitgedrukt. Deze uitdrukkingswijze vertoont in h a a r terminologie en begrippen duidelijk het stempel van de scholastieke denkmethode. Is het n u noodzakelijk allen, a a n wie men de christelijke waarheid predikt, deze zelfde denkmethode bij te brengen, of m a g men deze beschouwen als een bepaalde uitdrukkingswijze van het Christendom, die zeker h a a r w a a r d e heeft gehad en nog heeft, m a a r waarnaast toch andere vormgevingen mogelijk zijn. H e t laatste was de mening b.v. van Daniélou. Hij sprak over de mogelijkheid, dat verschillende „incarnaties" van het Christendom naast elkaar staan. Naast de Aristotelisch-Thomistische vorm kan z.i. een J a p a n s e of een Chinese worden gesteld. J a niet alleen acht hij het noodzakelijk voor de landen in het verre Oosten de christelijke prediking te vertolken op een wijze, die aansluit bij de d a a r gebruikelijke denkstructuur. Immers ook de ontkerstende wereld van West-Europa verstaat de kerkelijke prediking niet meer. Ook d a a r is aanpassing nodig bij de gewijzigde geestesgesteldheid. Idealisme of existentialisme moeten daarbij h u n hulp verlenen, zoals vroeger het Aristotelisme. Daniélou wil d a a r m e e zeker niet het Christelijke geloof prijsgeven a a n de relativiteit. Zijn bedoeling is, dat bij wezenlijke continuïteit der prediking toch de vormgeving kan veranderen, de uitdrukking er van in begrippen en woorden. Ook de opleving v a n de historische theologie bracht tot de gedachte, dat de in de R . K . Kerk tot stand gekomen verbinding van Christendom en scholastiek denken een toevallig verschijnsel was. Deze verbinding h a d zeker grote betekenis gehad, m a a r men moest deze toch ook weer niet overdrijven, zo meende men. M e n kreeg oog voor de onvolkomenheid der scholastieke synthese, voor h a a r beperkt karakter. „Terugkeer n a a r de b r o n n e n " , ging veler arbeid kenmerken. M e n wilde achter de scholastiek doordringen en ging zoeken n a a r nog onontgonnen of vergeten schatten in de H . Schrift en in de liturgie en traditie van de voormiddeleeuwse kerk. I n de bestudering van d e H . Schrift voelde men een grote achterstand vergeleken met de Protestantse theologie. M e n poogde die in te halen ook met behulp van door niet-R.K. theologen gevonden resultaten. Toen zo de bestudering van de Bijbel en de geschriften der kerkvaders en oude theologen (vooral de Griekse) niet langer uitsluitend de betekenis had de scholastieke theologie verder uit te bouwen en te bevestigen, m a a r ook om die te critiseren en aan te vullen, kreeg men oog voor het feit, dat de geschiedenis van de theologie allerminst een geschiedenis van theologische vooruitgang is. De geschiedenis wees uit, dat nu eens het ene en dan weer het andere aspect der Christelijke waarheid meer de a a n d a c h t heeft getrokken en dat de latere synthese lang niet steeds de vroegere geheel in zich opnam. De bedoeling van de nieuwere richting is nu niet te zeggen, dat b.v. de scholastieke theologie objectief een geringer waarheidsbezit in zich sluit dan de vertolking van het Christendom, die thans is
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1952
Reformatorische stemmen | 44 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1952
Reformatorische stemmen | 44 Pagina's