Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Deformatie van het Heiligheidsbegrip; in de Roomse Kerk en Theologie - pagina 41

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Deformatie van het Heiligheidsbegrip; in de Roomse Kerk en Theologie - pagina 41

1. De Deformatorische ontwikkeling tot de Scholastiek...Vóór Augustinus - Augustinus - Dionysius pseudo Areopagita - Maximus Confessor en Johannes Scotus Eriugena...2. De Deformatorische Ontwikkeling in de Scholastiek...Anselmus van Canterbury - Albertus Magnus - Alexander van Hales - Bonaventura - Thomas van Aquino - Johannes Duns Scotus - Meester Eckhart - Willem van Ockham...

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

de heiligen verdiensten door eigen verdiensten en door overwinning op de vijanden. 1 2 2 ) „ W a n t zoals er volgens de n a t u u r in één lichaam één geest is, zo is er in het éne Lichaam van Christus één H . G . , die in het L i c h a a m leven en deugd brengt en m a a k t d a t alles wat eigendom is van de ledematen gemeenschappelijk is". 123 ) De heiligen zijn pelgrims „zij bouwen in dit leven geen grote paleizen, m a a r d a t ze de eeuwige paleizen v e r w a c h t e n " ; d a t zij altijd het eind van h u n leven beschouwen en zich zo min mogelijk belasten; niet zorgen voor kostbare kleding, m a a r slechts voor de noodzakelijke; d a t ze zich van sterk schoeisel voorzien; d a t ze dagelijks n a g a a n hoe h u n leven te besteden; d a t ze zich aansluiten bij de goeden en een afkeer hebben van slecht gezelschap of het zo veel mogelijk ontvluchten; d a t ze nauwkeurig n a a r de weg vragen. 1 2 4 ) In het sterven is er verschil tussen hen, die heiligen zijn en de kroon ontvangen en de onreinen. 1 2 5 ) De zielen der heiligen worden in dit leven veranderd, in de opstanding verkrijgen de lichamen de gelukzalige rust; goeden en slechten verrijzen gemeenschappelijk in onbederfelijke staat, m a a r niet allen worden verheerlijkt. 126 ) De heilige wordt in de dood met vreugde vervuld; zij, die h e m als deelgenoten aan het goddelijk leven na staan, prijzen hem gelukkig; zij brengen hem naar de bisschop, die de plaats van God inneemt, o m de beloning te ontvangen voor het goede, d a t hij gedaan heeft. Het lijden der heiligen draagt vrucht. 1 2 7 ) Ook de tranen zijn verschillend, o m d a t men kwaad gedaan heeft, het goede niet gedaan heeft, om de bestraffing, om inwendige verzoekingen en om de pelgrimstocht. 1 2 8 ) Duidelijk blijkt h e t moralisme van Albertus uit12) „ d e ware verering der heiligen is h u n navolging". Maken we n u de conclusie op over Albertus Magnus. Zijn exegese van de Schrift is verwrongen door de aristotelische wijsbegeerte; zelfs grijpt hij dikwijls op Aristoteles i.p.v. op de Schrift terug. Ook het Intellectualisme zal op rekening van Aristoteles komen. Dezelfde wijsgerige invloed doet zich kennen in de eigenaardige omschrijving van de Drieëenheid en in het moralisme. M a a r het meest uitgesproken is deze invloed in het sanctitas per essentiam afgeleid uit het neut r u m en de heiliging als vorm, die het stempel op de ziel d r u k t ; Schepper en schepsel zijn in één universalistisch systeem opgesloten; ook de bijzondere positie v a n Christus wordt in dit systeem geconstrueerd; het altijd actief zijn van de heiligheid komt uit het vorm-karakter voort. De vier trappen in de opstijging bij Albertus (emundatio, clarificatio, magnificatio en mirificatio) herinneren a a n de vier causae van Aristoteles (in Physica I I ) : causa materialis, formalis, efficiens en finalis. De omschrijvingen die Albertus van de eerste heiliging geeft, maakt de indruk, d a t we hier te doen hebben met de complete eigenlijke heiliging, d.w.z. de materieel complete heiliging (causa materialis.) In de omschrijving van de tweede heiliging, gaat het niet om de heiliging van de mens als mens, m a a r de reiniging van de aardse relaties (causa formalis). Bij de omschrijving van de derde "*) ,u ) '") "») "*) '»') "') "•)

Band Band Band Band Band Band Band Band

19. c o m m . kleine prof. Zefanja 2:9. 38. D e Eucharistia IV.3. 17. c o m m . ps. 118: 54 (119: 54). 14. comm. o p Hier. Eccl. van Dionysius I V §. 1. 14. c o m m . op Hier. Eccl. van Dionysius V I I . 2 en 5. 26. c o m m . op I Sent. D. 48. 38. c o m m . op Ev. v. J o h . 7 : 1 7 . 36. De laudibus B. M a r i a e Virginis II.c.6.

Dit artikel werd u aangeboden door: Willem de Zwijgerstichting

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1957

Reformatorische stemmen | 66 Pagina's

De Deformatie van het Heiligheidsbegrip; in de Roomse Kerk en Theologie - pagina 41

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1957

Reformatorische stemmen | 66 Pagina's