Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het primaat van de paus - pagina 49

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het primaat van de paus - pagina 49

1. Historische uiteenzetting...Het pauselijk gezag tot Leo I - De ontwikkeling in de middeleeuwen - Conciliarisme en papalisme - Concilie van Constanz, 1414 - 1418, en zijn nasleep - Luther - Calvijn - De oosterse en anglicaanse kerken - De contra reformatie tot de 19e eeuw - Het eerste en tweede Vaticaans concilie...2. Schriftuurlijke gegevens...3. Conclusies...

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de constitutie Pastor aeternus worden de volgende leeruitspraken gedaan. „Indien iemand derhalve zegt, dat de gelukzalige Petrus niet door Christus de Here is aangesteld als vorst van alle apostelen en het zichtbaar hoofd van de gehele strijdende kerk of dat hij alleen een ere (primaat) ontvangen heeft, niet echter het primaat van de ware en eigen rechtspraak van onze zelfde Here Jezus Christus direct en onmiddellijk ontvangen heeft, die zij uitgesloten (D.S. 3055). Voorts: „Indien iemand derhalve zegt, dat het niet is door de instelling van Christus de Here zelf, of uit goddelijk recht, dat de gelukzalige Petrus in het primaat over de kerk onafgebroken opvolgers heeft, of dat de paus van Rome niet de opvolger is van de gelukzalige Petrus in datzelfde primaat, die zij uitgesloten"(D.S. 3058). Verder D.S. 3064: „Indien iemand derhalve zegt, dat de paus van Rome slechts het ambt van toezicht en leiding heeft, echter niet de volle en hoogste macht van rechtspraak over de gehele kerk, niet alleen in zaken, die tot geloof en zeden, maar die tot de tucht en regering der kerk behoren, die over de hele wereld verbreid is, of dat hij slechts het belangrijkste deel, niet echter de ganse volheid van de hoogste macht heeft, of dat die macht niet gewoon is een onmiddellijk, over allen en de afzonderlijke kerken en over allen en de afzonderlijke herders en gelovigen, die zij uitgesloten. Dit is duidelijke taal. Men kan zich na deze uitspraken van 1870 terecht afvragen of er wel enige plaats is voor de macht van de bisschoppen naast die van de paus. De laatste heeft toch gewone en onmiddellijke macht over alle en de afzonderlijke herders en gelovigen. Dus ook over de herders, over de bisschoppen en de pastoors. 7 8 ) Die staan hier dus niet naast, maar onder de paus. En inderdaad is de practijk na 1870 wel zo, dat de bisschoppen in de practijk ondergeschikten zijn van de paus. Hij regeert uiteindelijk in de bisdommen. Sixtus V stelde in de laatste decenniën van de 16e eeuw de bezoeken van de bisschoppen ad limina verplicht in. Dit geldt nog tot op de huidige dag. Om de vijf jaar moeten de bisschoppen in Rome verschijnen om bij hun „chef" te rapporteren. En dit is toch wel iets anders dan collegialiteit. 79 ) Dr. B. Delfgauw klaagt er over dat Rome de bisschoppen tot een soort marionetten degradeerde. Er kwamen in de bisdommen visitatoren, die theologen ontsloegen in wie de eigen bisschop wel vertrouwen had. Maar een visitator uit Rome heeft het uiteindelijk toch te zeggen. Dezelfde schrijver zegt, dat de verhouding van paus en bisschoppen niet erg leek op die van de primus inter pares, en de voorzitter van de liefdebond. Het leek meer op de verhouding van de Führer tot zijn Gauleiter, of de perzische koning tegenover zijn satrapen. 80 ) 7 8 ) E i g e n a a r d i g dat hier staat „herders en g e l o v i g e n " . Men zou zich even a f vragen of de bisschoppen en andere herders dan geen gelovigen zijn. D i t is n a t u u r lijk k w a a d w i l l i g e uitlegging, m a a r men moet toch zorgvuldig formuleren, z o d a t er geen misverstanden kunnen o n t s t a a n , vooral als het om zulke belangrijke uitspraken gaat. 7 9 ) Zie over de v e r p l i c h t e bezoeken aan R o m e H o l l i s a.w. pag. 158. 80) D r . B . D e l f g a u w in zijn o p s t e l : „ H o e ziet de hedendaagse k a t h o l i e k het pauselijk g e z a g " in het al meerdere malen genoemde boek „ D e paus van R o m e " pag. 171/2.

Dit artikel werd u aangeboden door: Willem de Zwijgerstichting

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

Reformatorische stemmen | 84 Pagina's

Het primaat van de paus - pagina 49

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1966

Reformatorische stemmen | 84 Pagina's