Mag het?; Tegen het evolutiedogma - pagina 10

derheid, w a n t de geschiedenis leert, d a t de w a a r h e i d niet wordt u i t g e m a a k t d o o r m e e r d e r h e i d van s t e m m e n ; en bovendien zijn er onder die enkelingen geleerden van gezag.' Zij g r o n d e n h u n scepticisme grotendeels op de speculatieve n a t u u r van het object; op wantrouwen ten aanzien van de chronologische opeenvolging van aardlagen, die i m m e r s veelal d o o r de a a n w e zigheid van b e p a a l d e o r g a n i s m e n r e s t e n (gidsfossielen) w o r d t b e p a a l d ; voorts op w a n t r o u w e n in de continuïteit tussen microen macro-evolutionistische uitkomsten.' Hij erkent: 'Inderdaad moet men toegeven, dat evolutie een n w A h y p o t h e s e is, die de basis v o r m t tot diverse evolutietheorieën.' 'Die werkhypothese staat op zichzelf niet sterk; zij kan eigenlijk slechts w o r d e n verdedigd uit het ongerijmde; d a t alle andere d e n k b e e l d e n d a n het a a n n e m e n van een correlatie tussen geologische tijdperken e n t o e n e m e n d e differentiatie tot a b s u r d e verklaringen moeten leiden, bijv. dat er één of m e e r scheppingen h e b b e n plaats g e h a d — de c a t a s t r o f e n of cataclysmenhypothese van Cuvier.' (blz. 182.) H e t o n t g a a t mij, wat voor 'absurds' er steekt in meer dan één 'schepping', zoals G e n . 1 schijnt aan te d u i d e n in 't telkens opnieuw spreken van G o d . E n dat er k a t a s t r o f e n en kataclysm e n zijn geweest, blijkt niet slechts uit wetenschappelijk vastgestelde feiten, m a a r eveneens uit het o n d e r bijna alle volken in één of andere v o r m voortlevende verhaal o m t r e n t de zondvloed. - ) Zienswijze

van dr. H.

Bavinck.

I k d e n k hierbij ook a a n wat Bavinck schreef in zijn Dogmatiek deel II blz. 5 3 6 v.v.: ' O f s c h o o n de aardlagen, w a a r en zover zij ergens v o o r k o m e n , in zekere orde gelegen zijn, toch is het evenzeer een feit, d a t zij nergens alle bij elkaar en compleet v o o r k o m e n , m a a r sommige worden hier. a n d e r e elders 2 ) Ook al heeft dr. Lever mogelijk gelijk, dat de zondvloed zich niet heeft uitgestrekt over heel de aard bol (a.w. blz. 12) — maar wie kan iets weten omtrent die 'praehistorische wereld'? — dan nog werd de beperkte en niet sterk verspreide mensheid op enkelen na, verzwolgen mét het toen levende gedierte. Dat er al 15.000 soorten vogels waren, gelooft Lever noch ik.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen