Kuyper Hoedemaker en de Doleantie - pagina 54
1. De jonge Kuyper. - Beesd - Utrecht - Amsterdam...2. Doleantie..Proponentsformule en attestenkwestie - het 'Tractaat'...3. Kuyper en Hoedemaker. - 1886: van schorsing naar Doleantie - Hoedemakers positiebepaling...
Ontknoping Maar wanneer werd de trein op de rails gezet? Spoedig! Het liep wel anders dan Kuyper en Rutgers zich hadden voorgesteld. Op 23 maart 1885 viel het besluit de attesten aan lidmaten, die zich elders wilden laten aannemen, niet af te geven. Een door dezen ingesteld beroep bij het Classicaal Bestuur baatte niet. Dat was, op voorstel van dr. G.J. Vos, van oordeel dat het reglement het afgeven van de attesten niet voorschreef. De gedupeerden togen naar het Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland. Dit besliste dat het Classicaal Bestuur ten onrechte had geoordeeld dat er geen verplichting bestond de attesten af te geven. De Synode had er meermalen op gewezen. Het vernietigde daarom op 21 oktober 1885 het besluit van het Classicaal Bestuur. Het werd nu kort dag. Op 5 november 1885 nam de kerkeraad de uitspraak van het Provinciaal Bestuur in behandeling en besloot daartegen beroep aan te tekenen bij de algemene synodale commissie, een Synodus Contracta die uitspraak in geschillen had te doen. Op voorstel van Kuyper en drie andere kerkeraadsleden nam de kerkeraad een verstrekkend besluit. Hij tekende tegen het besluit van het Provinciaal Bestuur beroep aan op grond, 'dat genoemde beslissing nietig is als in strijd met Gods Woord'. In de discussie verdedigde dr. Vos het besluit van het Classicaal Bestuur, zijn eigen besluit. 'De ganse toeleg [van het Prov. Bestuur] was slechts daarheen gericht om leervrijheid in de kerk te importeeren'. Ouderling C. Ingwersen stelde voor de uitspraak van het Provinciaal Bestuur voor kennisgeving aan te nemen, maar dr. Rutgers verdedigde het ingediende voorstel. De kerkeraad moest nu aan het Provinciaal Bestuur berichten: 'wij kunnen u niet gehoorzamen'. De kerkeraad van Amsterdam nam het voorstel aan en riskeerde daarmee een breuk. Het voorstel tot cassatie van het provinciaal bestuursbesluit ging nu naar de Algemene Synodale Commissie. Deze zette vaart achter de zaak. Onder dagtekening van 24 november berichtte ze de kerkeraad dat op grond van een reeks reglementaire overwegingen vernietiging van de uitspraak van het Provinciaal Kerkbestuur niet mogelijk was. Het was het eindbesluit in deze zaak. Dit keer voegde de synodale commissie een 'Vermaanbrief' aan deze beslissing toe. De leden van de commissie waren zich ten volle bewust van de ernst van de situatie. De vermaanbrief kreeg daardoor een sterk pastorale kleur, die we niet gewend zijn bij uitspraken van de bestuurslichamen in die tijd. In enkele korte woorden vatte ze de hele zaak nog eens samen. 'Het verzoek, om elders te worden aangenomen, is het natuurlijk gevolg van de, in ons 47
48
49
50
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986
Reformatorische stemmen | 100 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986
Reformatorische stemmen | 100 Pagina's