Een pastorale gemeente - pagina 20

verschillen k u n n e n w o r d e n o p g e h e v e n . Er zitten in Bucers definitie n o g meer elementen die van b e l a n g zijn. E e n ervan w i l l e n w i j er n o g n o e m e n . O p alle leden der g e m e e n t e in het bijzonder w o r d t een appèl gedaan. Elk heeft eigen 'ambt en werk', elk moet denken aan de anderen en zo aan het geheel. Bij ' l i c h a a m ' denkt Bucer niet slechts aan een totaliteit, hij heeft o o k de a f z o n d e r l i j k e 'leden' v o o r o g e n . Het is de v r a a g of er o n d e r de reformatoren ook m a a r i e m a n d is geweest die dat zo n a d r u k k e l i j k heeft g e d a a n als Bucer. Maar hierin is Bucer in elk geval één geweest met alle andere r e f o r m a t o r e n dat h i j in zijn d e f i n i t i e v a n de kerk is u i t g e g a a n van de kerk als een gééstelijke eenheid, als het l i c h a a m van Christus. D u s niet van een instituut, zoals de kerk van R o m e was. T r o u w e n s , o o k niet v a n een christelijke g r o e p staande o n d e r het g e z a g v a n een c h a r i s m a t i s c h e leider, zoals bij de dopers het geval was. A l s Bucer de kerk definieert, dan gaat h i j uit van haar wezen. D a a r i n was het beeld v a n het ' l i c h a a m ' hem zeer lief. H i j heeft het ontleend aan de brieven van P a u l u s . De kerk het l i c h a a m , C h r i s t u s het H o o f d , en alle g e l o v i g e n de leden, die er zijn met elkaar en voor elkaar; elkaar moeten dienen en h e l p e n . De kerk is, zoals Bucer o o k w e l eens zegt, de communio Christi. Er is allereerst de g e m e e n s c h a p met H e m en het d e e l h e b b e n aan H e m , en er is v e r v o l g e n s het één zijn onder elkander, w a n t de kerk is ook de communio sanctorum, de gemeenschap der heiligen. Er is geen sprake van dat bij Bucer, o m d a t hij uitgaat van het wezen der kerk de kerk een vage g r o o t h e i d zou zijn. H o e 'algemeen' zij ook is, zij is t e g e l i j k ' p l a a t s e l i j k ' ; zij neemt gestalte aan ter plaatse w a a r zich christenen bevinden. Zij onderscheidt zich v a n 'secten' en 'rotten', twee u i t d r u k k i n g e n die men niet alleen bij Bucer maar ook bij de andere hervormers n o g a l eens tegenkomt, en waarmee dissidente g r o e p e n zijn a a n g e d u i d . O v e r a l w a a r het W o o r d G o d s en de sacramenten recht bediend en gebruikt worden, krijgt de kerk een concrete gestalte. Bucer j o e g w a a r l i j k niet een s c h i m na, als h i j zich zozeer i n s p a n d e voor de kerk. De kerk v a n Straatsburg, dat was v o o r h e m de kerk, w a a r i n h i j in eerste instantie zijn werk had te verrichten. V o o r haar schreef h i j dit boek over de ware zielzorg. O v e r i g e n s , g i n g het over de kerk dan w a s Bucer uitermate r u i m h a r t i g . H i j o n t k e n d e niet dat er o o k onder het p a u s d o m in zekere zin v a n 'kerk' g e s p r o k e n k o n worden. 3 9 M a a r daarmee was voor hem allerminst de tyrannie van pausen en bisschoppen gerechtvaardigd. Verder, h i j , de Zuidduitser keek zowel naar Zürich als naar Wittenberg. H i j ervoer de verschillen, en dan n o g wel het meest omtrent

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen