Christus; Een weg of de Weg - pagina 35
1. Inleiding. - Vormen van syncretisme...2. Het Hindoeïsme...3. De Islam. - Jezus in de koran - Messias - De plaatsvervanger...4. Tweetal opvattingen. - H. Küng - J.D. Kraan...
moeten toespitsen. Christenen en Moslims k u n n e n dus veel van elkaar leren. 'De b o o d s c h a p van de koran zou wezenlijk verrijkt k u n n e n worden, wanneer de Bijbel serieus g e n o m e n zou worden. Omgekeerd zou de b o o d s c h a p van de Bijbel bevrijd k u n n e n worden van latere toevoegingen en overdrijvingen, w a n n e e r de w a a r s c h u w i n g e n van de koran (i.c. tegen de Triniteitsbelijdenis) serieus g e n o m e n zouden worden' 5 . Voor een Christelijke h o u d i n g tegenover Moslims betekent dit concreet: geen missionering, maar wederzijdse informatie, u i t d a g i n g en tenslotte wederzijdse transformatie. Niet zoals vroeger, d e n k e n d in antithesen (Jezus öf M o h a m m e d ) , m a a r d e n k e n d in synthesen (Jezus èn Mohammed) 6 . 4.2.1. Achtergrond van Küngs visie Kiing gaat uit van de onderstelling dat de Bijbel niet is 'zonder fouten en gebreken, v e r h u l l i n g en verwarring, beperkingen en vergissingen' 7 . T e n aanzien van de Bijbelse overleveringen m a a k t hij een kritisch onderscheid tussen geschiedenis en mythe, authentieke en niet-authentieke, oorspronkelijke en afgeleide elementen. Zo moeten b.v. de b o v e n n a t u u r l i j k e wonderen, als het lopen over het water door Jezus en door de Boeddha als legendarische toevoegingen en verfraaiingen worden beschouwd. Het is dus, volgens Küng, niet meer vol te h o u d e n dat de grens tussen waar en o n w a a r loopt tussen het Christendom en de andere godsdiensten, ' m a a r minstens gedeeltelijk, dwars door elke afzonderlijke godsdienst heen'. Dit is een gebruik van de H. Schrift dat lijnrecht indruist tegen de g r o n d l i j n e n die de Schrift Zelf trekt. We hebben ons te wachten voor een boekverering, zoals ons wel verweten wordt. We hoeven niet, zoals de Joden in h u n synagogen, de heilige wetsrollen te kussen. Maar eerbied voor het Woord van God moet er zijn, als de boeken die ons van Godswege betrouwbaar zijn overgeleverd. De Schriftopvatting van H a n s K ü n g is mede bepalend voor zijn visie o p de Christus der Schriften. W a n t in dat Woord wordt ons de betrouwbare weg gewezen die leidt tot het heil in Christus. 'Het formele gezag van de Schrift (haar autoriteit als boek) kan nooit losgemaakt worden van haar materieel gezag (de boodschap van het heil)' (A.D.R. Polman). Door zijn Schriftbeschouwing ziet K ü n g aan de diepste zin van Christus' lijden voorbij. Nergens spreekt hij over de noodzaak van verzoening. Jezus noemt h i j enkel 'het oervoorbeeld van de zinloos-lijdende'. Als dat de diepste betekenis is van Jezus, is Zijn o p s t a n d i n g inderdaad niet noodzakelijk. W a n t al ontkent hij de o p s t a n d i n g van Christus niet expliciet, toch geeft een citaat o p pag. 18 te denken: 'Christus
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990
Reformatorische stemmen | 48 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990
Reformatorische stemmen | 48 Pagina's