Een koninklijk priesterschap; De betekenis van 1 Petrus 2:9 voor de opbouw van de gemeente - pagina 49

gemeenschap functioneert het bijzonder a m b t . In een a m b t sta je tegenover iets anders of tegenover anderen. Gelovigen hebben naar elkaar toe geen ambt. Overigens wil van R u l e r niets afdoen van betekenis van de notie van het algemeen priesterschap, waarin z.i. het bijzonder a m b t 'rust'. K. R u n i a , 'De Heer n u is de Geest' in J.P. H e e r i n g e.a., De Kerk verbouwen (Leidse lezingen), Nijkerk 1989, blz. 36-37 deelt de bezwaren van Van Ruler. 66 Eastwood (1960), o.e., p. 74-78. 67 Eastwood (1960) o.e., p. 90. Zie ook P.J. Rossouw, 'Aspekte van die ampsbeskouing van Calvijn' in P.J. Rossouw (red.). Gereformeerde Ampsbediening, Pretoria 1988, blz. 128-148. 68 Zie over Spener H-M. Barth, o.e., S. 54-78. 69 Zie over Wesley en het m e t h o d i s m e Eastwood (1960), o.e., p. 183-237; E.W. van der Poll, Sociaal Reveil, Den H a a g 1984, blz. 55-68. O.J. de J o n g , a.w., blz. 249-251. 70 O m h u n n a d r u k o p discipline - het leven van de bekeerden diende te verlopen langs strakke lijnen - werden J o h n en Charles Wesley al spoedig 'methodisten' (afgeleid van methode) genoemd. 71 Zie Eastwood, o.e., p. 202ff; 219ff. 72 Zie Barth, o.e., S. 79-103; J. Winkler, In Gods Naam, Acht levens voor anderen, Amsterdam 1964, blz. 57-79. 73 Barth, o.e., S. 88. 74 Barth, o.e., S. 97-98. 75 Zie over T r e n t e Voss, o.e., S. 189-198; E. Schillebeeckx, Pleidooi voor mensen in de kerk, Baarn 1985, blz. 196vv. 76 Vgl. A.J. Bronkhorst, 'Het Ambt' in H . Berkhof e.a., Protestantse Verkenningen na Vaticanum II, 's-Gravenhage 1967, blz. 142-145. 77 Zie voor de tekst in duitse vertaling K. R a h n e r / H . Vorgrimler, Kleines Konzilskompendium, 5e Aufl., Freiburg-Basel-Wien, 1968, S 105-200. 78 Zie Barth, o.e., S. 104-133. R a h n e r / V o r g r i m l e r , o.e., S. 383-422 (het decreet over het lekenapostolaat). 79 Bronkhorst, a.w., blz. 145. 80 Barth, o.e., S. 127ff. 81 Barth, o.e., S. 129-130. 82 Zie o.m. F. Haarsma, Morren tegen Mozes, Kampen 1981 en het in noot 75 genoemde werk van E. Schillebeeckx. 83 Vgl. over de basisbeweging Barth, o.e., S. 134-160. 84 Zie M. Herbst, Missionarischer Gemeindeaufbau in der Volkskirche, S. 182ff; S. 340. 85 Zie Herbst, o.e., S. 192ff. 86 Zie over de Lima-tekst M. Gosker, Het kerkelijk ambt in het Lima-document (IIMO Research-Publikation), Utrecht-leiden 1990, vooral blz. 151vv. 87 Voss, a.w., S. 206f. 88 A. Ehrensperger, Gottesdienst, Visionen, Erfahrungen, Schmerzstellen, Zürich 1988, S. lOlf; 109f; 90 Vgl. H-M. Barth, o.e., S. 191. Zie ook M. Herbst, Missionarischer GemeindeAufbau in der Volkskirche, Stuttgart 1987, S. 343 over de s a m e n h a n g tussen geloofsverbondenheid en algemeen priesterschap. 'Das allgemeine Priestertum darf eben nicht als gegeben vorausgesetzt werden, aber es darf als verheiszen erhofft werden' (ibidem). 91 Barth, o.e., S. 198ff. 92 Zie de bespreking bij Bolkestein in zijn commentaar o p blz. 20-21; Anders Van H o u w e l i n g e n , a.w., blz. 20-21. We menen dat Van Houwelingen zich

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen