Het huwelijk in het licht van de Reformatie - pagina 20

van 1571 besluit al: 'Niemand die nog onder de macht zijner ouders staat of van degenen, die in de plaats van de ouders zijn, behoort zichzelf zonder hun bewilliging in de huwelijke staat te begeven. Een huwelijksbelofte zonder hun consent gedaan, is van geen waarde.' 7 5 Het gaat er de kerk verder vooral om dat de huwelijkssluiting een openbare aangelegenheid is en niet maar een beslissing van mensen in de privé-sfeer. Op dit punt waren er in de vóór-reformatorische tijd immers al te veel ontsporingen geweest. We kunnen ons de gang van zaken rondom de huwelijkssluiting ongeveer alsvolgt voorstellen. Het begon met de verloving. Daaronder verstond men de wederzijdse trouwbelofte van de bruid en de bruidegom. Dit moest met toestemming van de ouders (of voogden) en ook in tegenwoordigheid van getuigen gebeuren. Daarna moesten de namen van het bruidspaar drie keer worden afgekondigd, hetzij door de kerk, hetzij door de overheid. Men kwam dan 'onder de geboden'. 7 6 Vervolgens vond de bevestiging \an de trouwbelofte plaats. Het bruidspaar bevestigde het jawoord van hun huwelijk in het openbaar, waardoor het rechtskracht kreeg. We zouden het de officiële huwelijkssluiting kunnen noemen. Behoorde men tot de Gereformeerde kerk, dan liet men dat meestal in de kerk doen: men trouwde dan voor de kerk. Behoorde men niet tot de Gereformeerde kerk, dan liet men het door de overheid toen: men trouwde voor de overheid." Trouwde men voor de kerk, en dus in de kerk, dan volgde na de bevestiging de inzegening van het huwelijk. Dit was de eigenlijke taak van de kerk: temidden van de gemeente werd Gods zegen over het huwelijk gevraagd met gebruikmaking van een huwelijksformulier. Dat kon in een gewone kerkdienst gebeuren, op enkele uitzonderingen na, bijvoorbeeld in avondmaalsdiensten. 78 We willen nu het klassiek-gereformeerde huwelijksformulier bezien. Het biedt een weerspiegeling van de gang van zaken bij de huwelijkssluiting en bevat theologische opvattingen over het huwelijk ervan, zoals we die reeds tegenkwamen in de Reformatie. 3.5. H e t huwelijksformulier'' 1 Het klassiek-gereformeerde huwelijksformulier is afkomstig uit de Hollandse vluchtelingengemeente in Frankenthal in de Paltz. Het is samengesteld door Petrus Datheen ( 1 5 3 1 - 1 5 8 8 ) en verscheen voor het eerst achterin zijn uitgave van de Psalmberijming in 1566. De belangrijkste onderdelen zijn afkomstig uit de Cliristelicke Ordinantiën van M. Micron te Londen (1554) 8 0 en de Kerkordevan de Paltz (1563). 8 1 De tekst, zoals die eeuwenlang

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen