Zegen ons met Uw licht - pagina 38
Gezegend en tot zegen. Liturgische beweging - rituelen - bijbels-theologische lijnen - Bileamsgeschiedenis - priesterzegen - zegenen van kinderen - zegenen in het dagelijkse leven - zegen als liturgische handeling - casualia - doop - uitvaart - ambt en charisma
ze dan ook door de gemeente beantwoord worden. De zegen is eenzijdig: de gemeente die weggaat, wordt gezegend. Zij ontvangt de zegen. Dat kan ze in stille eerbied doen, maar ook door middel van een gezongen ‘amen’. Niet door nog eens de zegen als bede te zingen, zoals in sommige gemeenten gebeurt. In het ritueel van de zegen gaan woord en gebaar samen. Zo ook in de ambtelijke zegen aan het slot van de kerkdienst. De handen worden opgeheven en over de gemeente uitgespreid. Deze vorm van handoplegging drukt uit dat de Naam van de Here God op de gemeente wordt gelegd in het vertrouwen dat Hij zal zegenen. Bij de casualia Met de term ‘casualia’ (gelegenheidsdiensten) worden verschillende kerkelijke rituelen aangeduid, die bij een bepaalde gelegenheid (‘casus’) plaats vinden en daardoor worden gestempeld. We moeten dan denken aan doop, bevestiging in het ambt, belijdenis, huwelijk en uitvaart(dienst). Hier richten we de aandacht op de doop en op de uitvaart. a. Bij de doop Wat de doopdienst betreft, komt in het Dienstboek van 1955 de zegen ter sprake in de onderwijzing waarin het zegenen van de kinderen door Jezus (Marc. 10:13-16) wordt aangehaald als Schriftbewijs dat ook de kleine kinderen erbij horen. Het gaat in dat Schriftgedeelte weliswaar niet over de doop, maar wel over de toezegging dat het koninkrijk Gods voor zodanigen (zulke kleinen) is. De wijze waarop het rijk van God kan worden binnengegaan, is volgens Jezus zelfs: het als een kind ontvangen. Na de doophandeling heft de voorganger de handen omhoog en spreekt een zegenend woord over gezin en kind uit, bij voorbeeld: De HERE zal uw uitgang en uw ingang bewaren van nu aan tot in eeuwigheid (Ps. 121:6). De gemeente zingt hierop een lied, waarin ook van de zegen gezongen wordt (bijv. Ps. 134; Gez. 335 Lvdk). In de doopdienst zal zeker het zegenen van God eveneens een plaats hebben. Als de Gever van nieuw leven in schepping en herschepping wordt Hij geprezen. ‘Gebenedijd zijn grote naam’ (Ps. 100:3, nieuwe berijming). In het nieuwe Dienstboek II wordt de doophandeling, aan volwassenen en aan kinderen (nu in deze volgorde), met meer handelingen omringd. De
37
100011 W.deZwijger vd Meulen.indd
37
woensdag03-maart-2010
11:51
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 2010
Reformatorische stemmen | 54 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 2010
Reformatorische stemmen | 54 Pagina's