Kleuteronderwijs

knipsel rubriek

"VASTE GROND ONDER KLEINE VOETJES"

Onder deze titel verscheen enige tijd geleden een door C.den Hollander geschreven artikel in het maandblad "De Wereld van het Jonge Kind".

Voor degenen die te maken hebben met de oprichten en/of inrichting van een nieuwe school, of zij die advies geven bij verbouwing of verbetering van scholen (met name kleuterscholen) is het onderstaande artikel zeer interessant. Anderen kunnen het ook lezen.

Vlie in zijn woning vloerbedekking moet kiezen, vraagt zich allereerst af waar de betreffende woonruimte voor dient. Afhankelijk Van de mate waarmee de vloerbedekking betreden wordt, wordt de keuze gemaakt. Zo vraagt men zich af welke hardheid geprefereerd Wordt en komt doorgaans tot de keuze dat in de slaapkamer iets zachts en warms prettig is en in de keuken iets stevigs, dat water kan verdragen en makkelijk schoon te houden is. Opvallend is dat niemand een gladde vloerbedekking kiest, alhoewel deze faktor nooit in een wensenpakket wordt opgenomen omdat het als vanzelfsprekend wordt aangenomen. Met "glad" wordt bedoeld glad-als-ijs en dus niet glad in de zin van 'zonder profiel'. Immers op een dergelijke gladde vloer zou niemand zich meer normaal kunnen bewegen zonder voortdurend uit te glijden, hetgeen in een huishouden ondenkbaar zou zijn.

Hieruit kan ondermeer afgeleid worden, dat de grond (vloerbedekking) mede de wijze van bewegen van de mens (en het dier) bepaalt. Iemand die staande op een grasveU in staat is een bal behoorlijk ver weg te gooien, kan dat niet op een ijsvlakte. Op het moment, dat er kracht moet worden gezet, glijden de voeten weg, de bal Valt uit de handen en dB werper ligt op het ijs'. Denken wij in dit verband aan het jonge kind, dat zich al bewegend nog moet oriënteren in de ruimte om hem heen, dan moet het duidelijk zijn dat de bodembedekking bij die ontwikkelingsreis een grote rol speelt.

Buiten treft het kind tegels, gras en zand aan. Op iedere soort gaat het kind zich anders bewegen. Op de tegels lopen ze, op het gras rollen ze en in het zand graven ze (met de handen het liefst). Daarin vergist een kind zich eigenlijk nooit. De aanschaf van materiaal voor het spel buiten is hier dan ook op afgesteld. Bij de inrichting binnen het schoolgebouw ligt de zaak niet zo eenvoudig. Voor een speellokaal is een vloer zonder reliëf, die redelijk stroef en enigszins verend is, gewenst.

Kleur en dessin van de vloer zo neutraal mogelijk

Het kurklinoleum voldoet nog het beste aan deze eisen al zullen nog andeve soorten vloerbedekking er langzamerhand wel hij komen. Af te raden is om tapijtbedekking in een speellokaal aan te brengen. Deze te ver doorgevoerde stroefheid is onnatuurlijk en ongewenst bij het bewegend bezig zijn van kinderen (en ouderen).

Inplaats van een natuurlijke aorreatie te bieden op een ongecontroleerde beweging (uitglijden bij het nemen van een te scherpe bocht, een te hoge afsprong niet nemen omdat de vloer 'hard' aanvoelt e.d.) lokt de tapijtvloer juist ongecontroleerde bewegingen uit (het geeft niets, want je valt toch niet) die in een andere bewegingssituatie wel verkeerd uitpakken. Bovendien wordt er veel gestruikeld en elke valpartij (die onnodig was) heeft schaafplekken op armen en benen ten gevolge.

Als de gang een passageruimte is, dan is een harde vloerbedekking nodig, die goed tegen dweilen kan. Er is dan te denken aan tegels of rubbervloeren.

Heeft een kleuterschool (of kleuterafdeling in een kbo school) de beschikking over werklokalen en een speellokaal, dan kan voor het werklokaal een vloerbedekking gekozen worden die warm aanvoelt en behagelijk is als kleuters op de grond spelen.

Het spelen op de grond is voor kleuters uitermate belangrijk. Al bouwend, spelend met het grote of kleine konstruktiemateriaal, spelend in de poppenhoek beweegt het kind zich. Is de wagen, die hij gemaakt heeft klaar, dan gaat hij ermee rijden; is de vesting die gebouwd is klaar, dan gaat hij er in- en uitklimmen. De vloerbedekking moet dit toelaten en dus egaal zijn, goed schoon te houden en niet te glad, maar ook niet te stroef zijn.

Het grootste probleem levert het speelwerklokaal op. Daar moet zowel op de grond gespeeld worden zoals in een werklokaal, maar ook op gelopen en gesprongen worden als in een speellokaal.

Voor de eerstgenoemde spelvormen kiezen we graag een wat stroeve. Warme vloerbedekking; voor de laatstgenoemde spelvormen zijn we beter af met een effen vloerbedekking (nu bedoeld als zonder reliëf) die niet te glad mag zijn en uitermate snel en goed schoon te houden is.

Hoewel dit wonder nog niet is uitgevonden, is in de praktijk wel gebleken dat linolevm, novilon e.d. soorten naast de nodige bezwaren toah wel het beste blijken te voldoen.

Behalve de soort van vloerbedekking gaat in tweede instantie natuurlijk ook de kleur en het dessin een rol spelen. Ongetwijfeld heeft een neutvale kleur en een minimaal aangebracht dessin onze voorkeur. De vrolijke kleuren van de kleding van de kleuters, het spelmateriaal en de meegebrachte bloemen in de vaasjes op tafel brengen de kleur en de fleur in de school.

Samenvattend kunnen de volgende eisen gesteld worden aan een vloerbedekking in een kleuterschool (-afdeling):

a. De kinderen moeten zich normaal kunnen bewegen en ook normaal worden gecorrigeerd door de bodembedekking als hun bewegingen niet juist waren; b. aan het onderhoud (hygiëne) moeten de hoogste eisen gesteld worden; c. het moet een stevige vloerbedekking zijn, die bij normaal gebruik wel tegen een stootje kan; d. kleur en tekening moeten zo neutraal mogelijk zijn opdat de waarneming van de kleuters niet voortdurend geprikkeld wordt door een felle kleur of een opvallend dessin.

Marry Keij zer

Het spelen op de grond is voor kleuters uitermate belangrijk. *****

Er is onder eindredactie van C. den Hollander een serie boekjes uitgegeven bij J.Muusses N. V. te Purmerend. De serie heet: "SPELEN MET KLEUTERS" en bevat de volgende deeltjes:

1. Spelleiding en speltheorie. 2. Spel buiten en binnen. 3. Kleutergymnastiek. 4. Kleuter ritmiek. 5. Zangspelen. 6. Tik- en wedstrijdspelen.

Het is goed op deze serie attent te maken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen