Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

OVERLEG OVER HET INNOVATIEPLAN VAN DE INNOVATIECOMMISSIE BASISSCHOOL.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OVERLEG OVER HET INNOVATIEPLAN VAN DE INNOVATIECOMMISSIE BASISSCHOOL.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In juni j.l. heeft de vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen met de Minister van Onderwijs en Wetenschappen en met Staats-secretaris Hermes mondeling overleg gevoerd over het innovatieplan van de Innovatiecommissie Basisschool.

Aan het hiervan opgemaakte en op 31 juli j.l. vastgestelde verslag onüenen wij een aantal beljuigwekkende uitspraken van genoemde bewindslieden.

Wetsontwerp basisonderwijs.

Aan de nota van wijzigingen op het wetsontwerp wordt ten departemente hard gewerkt. Een aanzienlijk aantal artikelen van het wetsontwerp zal wijziging ondergaan. Deze wijzigingen zullen o.m. betrekking hebben op de bepalingen inzake de bekostiging en de planning. Voor een nauwkeurige opsomming van de wijzigingen die in overweging zijn achtte de Minister de tijd nog niet gekomen. Het streven van de Regering is erop gericht de nota van wijzigingen vóór het einde van het kalenderjaar bij de Kamer in te zenden. Behalve de Wet op het basisonderwijs zelf wil de Regering ook de noodzakelijke overgangswetgeving binnen deze kabinetperiode tot stand brengen. Men dient wel te bedenken, dat de uiteindelijke inhoud van die ovcrgangswetgeving mede afhankelijk is van eventuele wijzigingen die tijdens de parlementaire behandeling nog in het wetsontwerp basisonderwijs zullen worden aangebracht.

Niettemin zal de Regering er met alle kracht naar streven ook de overgangswetgeving voor 1 augustus 1983 tot stand te brengen.

Schoolwerkplannen.

Volgens de Minister moet het onderwijsleerplan voor de nieuwe basisschool maximale ruimte laten voor de door de individuele scholen op te stellen schoolwerkplannen. Bij alle noodzakelijke centralisatie van het onderwijsbeleid in Nederland, aldus de bewindsman, is er gelukkig toch ook een grote mate van gedecentraliseerd bestuur van de scholen. Men moet de mate van uniformiteit niet overschatten. Eèn van de positieve kanten van het Nederlandse onderwijs is z.i. de rijke geschakeerdheid ervan, ook zonder dat men daarbij onmiddellijk behoeft te denken aan de verdeling naar levensbeschouwelijke richting. Binnen het raamwerk van de deugdelijkheid van het onderwijs en van alle andere eisen die de wet stelt, zijn het toch steeds de afzonderlijke schoolbesturen en docententeams die het onderwijs een eigen stempel en daarmee de school een eigen identiteit geven. Dat zal ook voor de nieuwe basisschool gelden. Het is een illusie te menen dat de nieuwe basisschool per welke datum dan ook compleet en afgerond zal kunnen worden ingevoerd. Hoe goed de juridische-administratieve en onderwijskundige voorbereiding ook mag zijn, ook in het nieuwe basisonderwijs zal het voor een belangrijk deel aankomen op de vorm die men er tenslotte in de afzonderlijke scholen aan weet te geven. Dat wil niet zeggen dat men alles maar zoveel mogelijk op zijn beloop moet laten, aldus de Minister. Er wil alleen mee gezegd zijn, dat men niet moet menen dat al deze zaken centraal tot in de puntjes kunnen worden geregeld en bestuurd.

Dat in deze optiek ook een maximale ruimte voor de door de scholen op te stellen schoolwerkplannen past spreekt vanzelf. De Minister was het eens met de opmerking dat aan het schoolwerkplan ook bij de opleiding en nascholing aandacht dient te worden besteed.

Hij wees er op dat met het oog hierop voor de schoolteams al speciale cursussen zijn georganiseerd en dat deelneming aan deze cursussen één van de aanwijzingscriteria heeft gevormd voor de bij het activeringsplan te betrekken scholen.

Aansluiting van het basis- op het vervolgonderwijs.

Voor de noodzaak van een goede aansluiting van het basis- op het vervolgondervfijs zei de Minister een open oor te hebben. Hij verwees daarbij naar zijn beleidsnotitie bij het tiende advies van de Innovatiecommissie Middenschool. De aandacht van de Regering voor deze aansluitingsproblemen blijkt onder meer uit de recente toewijzing van drie experimenten funderend onderwijs (Amsterdam Geert Grooteschool, Tholen en Nijmegen). Ook is er het onderzoek betreffende het onderwijs aan 11- tot 14-jarigen.

De nieuwe basisscholen.

Het bijeenbrengen van de bestaande lagere en kleuterscholen tot nieuwe basisscholen zal te zijner tijd nog grote organisatorische problemen met zich meebrengen, zo zei de Minister. Niet alleen is er op het ogenblik geen sprake van een één-op-één verhouding (rond kleuterscholen tegenover 8500 lagere scholen), maar ook is er de complicatie van de ongelijke levensbeschouwelijke verdeling.

Zo is bijvoorbeeld het algemeen bijzonder onderwijs nogal sterk vertegenwoordigd in de sector van het kleuteronderwijs, maar veel minder in de lagere scholen. Voor andere denominaties geldt wellicht het omgekeerde. De Minister zou zich kunnen voorstellen - hij had daarover nog geen definitief oordeel - dat de binnen de verschillende denominaties reeds bestaande rayonschoolraden straks een functie te vervullen krijgen bij het szimenbrengen van lagere- en kleuterscholen tot nieuwe basisscholen. Vast staat in elk geval dat hier nog veel overleg nodig zal zijn.

De Minister zei niet bij voorbaat te willen uitsluiten dat in een enkel geval een nieuwe basisschool ook kan ontstaan uit alleen een lagere of alleen een kleuterschool. Maar voor enigerlei toezegging op dit punt achtte hij het moment nog niet gekomen.

Pedagogische academies en opleidingsscholen voor kleuterleidsters.

Over de opleiding van onderwijsgevenden aan de pedagogische academies en de opleidingsscholen voor kleuterleidsters, op weg naar de integratie, zei de Minister, dat zich in het patroon van deze opleidingen met het oog op de ontwikkeling naar een nieuwe basisschool de komende jaren stellig verschuivingen zullen voordoen. Om een enkel voorbeeld te noemen: het is niet ondenkbaar, dat in de opleiding meer dan tot dusver aandacht zal worden gegeven aan de "remedial teaching", mede gelet op de beoogde grotere toenadering tussen regulier en buitengewoon onderwijs. Men mag echter niet verwachten dat alle noodzakelijke veranderingen op een bepaalde datum volledig hun beslag zullen hebben gekregen. Het zal een geleidelijk proces zijn; dat ligt in de aard van het innovatieproces.

De Minister zei voorts van mening te zijn dat met het oog op de nieuwe basisschool de komende jaren met kracht de onderwijsinhoudelijke vernieuwing van de opleidingen aan de pedagogische academies en de scholen voor kleuterleidsters ter hand moet worden genomen. De komende tijd zal er op de betrokken opleidingsinstellingen een zware last worden gelegd en het zal heel wat stuurmanskunst vereisen om de ontwikkeling in goede banen te leiden.

Inwerkingtreding Wet op het basisonderwijs.

Een lid van de commissie vroeg de Minister of hij van mening was dat de Wet op het basisonderwijs pas kan worden ingevoerd nadat alle opleidingen van onderwijsgevenden met het oog op dat basisonderwijs zullen zijn omgevormd, dan wel of hij meende dat deze beide zaken zich gedurende enige tijd parallel zouden kunnen ontwikkelen.

De Minister antwoordde dat in zijn beleidsnotitie duidelijk staat aangegeven dat de Regering er met alle kracht naar zal streven de Wet op het basisonderwijs op 1 augustus 1983 vzm kracht te doen worden. Er is geen reden om aan de bedoelingen V£m de Regering op dit punt te twijfelen. Tegelijkertijd, aldus de Minister, dient men echter te beseffen dat verschillende manieren van inwerkingtreding denkbaar zijn: voor alle scholen op één datum, of eerst alleen voor bepaalde groepen scholen. Ook laat zich denken dat bepaalde artikelen van de wet gefaseerd van kracht worden.

Er zijn verscheidene mogelijkheden, die te zijner tijd nader zullen moeten worden bezien.

Een lid van de commissie vroeg de Minister of een onverhoopt niet tijdig vóór 1 augustus 1983 voltooid zijn van de integratie p.a./k.l.o.s. tot gevolg zou kunnen hebben dat de wettelijke regeling van het nieuwe basisonderwijs pas later in werking treedt.

De Minister antwoordde dat vertraging bij de integratie p.a./k.l.o.s. de geplande invoering van de Wet op het basisonderwijs zeker niet zal bevorderen. Het zou een ongelukkige ontwikkeling zijn vkfanneer de opleiding van de opleiders niet zoveel mogelijk in harmonie werd gebracht met de komst van de nieuwe basisschool. De Minister zag echter ook niet dat zulk een vertraging de tijdige invoering van de wet volstrekt zou uitsluiten.

Bekostigingsbeschikking voor de schoolbegeleidingsdiensten.

Staatssecretaris Hermes deelde mee dat de totstandkoming van de bekostigingsbeschikking voor de schoolbegeleidingsdiensten enige vertraging heeft ondervonden doordat in de ontworpen regeling een aantal bepalingen nog bleek te moeten worden gewijzigd en aangepast.

Een tweede complicatie is, aldus de bewindsman, dat de aanvankelijk levende gedachte om te streven naar een 100 procent bekostiging door het Rijk van de s.b.d. 's in deze kabinetperiode niet te verwezenlijken blijkt. De eerstkomende periode zal volstaan moeten worden met de thans beschikbare en in de meerjarenramingen opgenomen middelen, en misschien nog wel met minder.

De voorbereiding van de bekostigingsbeschikking is door dit alles vertraagd. De verwachting is nu dat een ontwerp-beschikking op korte termijn aan de onderwijsorganisaties voor advies en overleg zal kunnen worden toegezonden.

J.J.Verhage.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

De Reformatorische School | 44 Pagina's

OVERLEG OVER HET INNOVATIEPLAN VAN DE INNOVATIECOMMISSIE BASISSCHOOL.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

De Reformatorische School | 44 Pagina's