Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Afstemming Onderwijs -  Arbeidsmarkt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Afstemming Onderwijs - Arbeidsmarkt

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De marginalisering van het Reformatoriscti Beroeps Onderwijs

en de plaats van het reformatorisch beroepsonderwijs (4b)

1. Inleiding

In een vorig nummer van DRS (1991/ 7) is gewag gemaakt van de plannen van de overlieid om het Beroepsonderwijs en de Volwasseneneducatie nauwer op elkaar af te stemmen, dan wel volledig te integreren in krachtige regionale opleidingsinstituten. In 28 regio's zullen dan twee tot vier van dergelijke onderwijscentra dienen te verreizen, die in staat zijn alle vormen van beroepsonderwijs en volwasseneneducatie is de regio te verzorgen. Het gaat dan om volletijds- en deeltijds, korte en lange opleidingen voor jeugdigen en volwassenen, voor werkenden en werkzoekenden, als ook om cursussen in het kader van bijvoorbeeld contractactiviteiten.

2. Positionering van het reformatorisch beroepsonderwijs: Een dilemma

De vraag dringt zich daarbij op, hoe het reformatorisch (middelbaar) beroepsonderwijs de op handen zijnde ontwikkelingen dient te traceren. Bij deze overwegingen zijn m.i. invalshoeken denkbaar. Deze worden hieronder besproken. Daarna zal een poging gedaan worden de gegevens nader te analyseren en enkele conclusies te trekken.

2.1 Benadering vanuit de doelgroep Wanneer we het gehele spectrum van beroepseducatie overzien dan kunnen we daarin een aantal trajecten onderscheiden.

a. volletijds Middelbaar Beroeps Onderwijs aan jeugdigen b. deeltijd Middelbaar Beroeps Onderwijs aan volwassenen c. overige scholing, waaronder Scholing in het kader van het Leerlingwezen, de Primaire Beroepsgerichte Volwasseneneducatie en Contractactiviteiten.

Reformatorisch dagonderwijs aan jeugdigen wordt momenteel verzorgd aan het Saldenuscollege te Amersfoort, en vanaf augustus 1991 DV. aan het Planciuscollege te Rotterdam. Dat hiervoor bestaansgrond is, blijkt wel uit de behoefte die hieraan bestaat en de grote inspanning die deelnemers zich getroosten om dit ondenwijs te kunnen volgen.

Voor de trajecten, dus daar waar het gaat om reformatorisch beroepsonderwijs aan volwassenen, zijn geen opleidingsmogelijkheden voorhanden. De vraag dient zich aan of hiervoor voorzieningen getroffen moeten worden. Immers, zo kan men stellen: Moet nu alles 'onder ons' blijven? Gaan we dan niet te ver in het organiseren van een 'refo-cultuur'? Moeten volwassenen nog steeds beschermd worden, als ze onderwijs ontvangen? En zo zijn er meer vragen te bedenken.

De antwoorden op deze vragen zullen 'onder ons' waarschijnlijk niet gelijkluidend zijn. De consensus, die bestaat ten aanzien van jeugdonderwijs is zeker niet door te trekken naar de volwasseneneducatie.

Gesteld al, dat men tot de conclusie komt, dat volwasseneneducatie op reformatorische grondslag een goede zaak is, dan dienen zich weer nieuwe vragen aan, zoals bijvoorbeeld: Geldt dit dan voor alle sectoren, dus zowel voor opleidingen of scholing in de sector Techniek, Landbouw en Economie als Dienstverlening en Gezondheidszorg, of alleen voor de laatste; zou er - structureel - voldoende 'markt' zijn voor dergelijke opleidingen: hoe zit het met de bereikbaarheid voor de deelnemers? En zo zijn meer vragen denkbaar.

Het geheel overziende zouden we misschien tot de conclusie moeten komen, dat we er maar beter vanaf kunnen zien om energie te steken in het opzetten van vormen van volwasseneneducatie. Echter is daarmee niet alles gezegd, integendeel.

2.2 Institutionele benadering De vraag of inspanningen geleverd moeten worden om vormen van volwasseneneducatie op te gaan zetten kan ook benaderd worden vanuit de bestaande instituten. Met veel klem dringt zich wat dit betreft de vraag op, of er wel toekomst is voor het reformatorisch beroepsondenwijs, inclusief het jeugdonderwijs. Waar we in de SVM operatie mogelijkheden behielden om te 'overleven', is dit ten aanzien van de vorming van Regionale Open Instituten voor Beroepsondenwijs nog maar de vraag. De regionaliseringstendens rukt met grote kracht op (zie DRS, 1990/3, pag. 149 v.v.)

De schaal- en autonomievergroting lijkt onstuitbaar. Samenwerking met allerlei scholen (in de regio) lijkt onontkoombaar. Ook met bedrijven en instellingen (in de regio) zal moeten worden samengewerkt. De vraag is, of het reformatorisch onderwijs daartoe in staat en bereid is.

Op het terrein van de volwasseneneducatie speelt verzuiling geen enkele

rol, integendeel. Met kracht wordt elke poging om deze elementen In te brengen geweerd.

Wanneer in nieuwe fusieprocessen krachtige, open, flexibele, op de regionale arbeidsmarkt gerichte instellingen voor beroepsonderwijs aan jeugdigen en volwassenen, voor volletijds- en deeltijdsonderwijs, voor werkenden en werkzoekenden gaan ontstaan, is er daarin dan ruimte voor een reformatorische school?

3. Marginalisering van tiet Reformatoriscti (Middelbaar) Beroepsonderwijs

Deze vraag lijkt slechts hypothetisch, of tenminste in verregaande mate onrealistisch. Toch behoeft ze beantwoording! Want het is nog maar de vraag, of er voor een school voor Middelbaar Beroepsonderwijs, die uitsluitend dagopleidingen verzorgt voor jongeren, en bovendien verzuild is, toekomst is. En zo deze er al is, dan zal ze zeker slechts een zeer marginale rol spelen. Het Reformatorisch Middelbaar Beroepsonderwijs zal dan terechtkomen in de marge van het onderwijs- en maatschappelijke krachtenveld. En het is de vraag of we daar met onze initiatieven terecht willen komen.

Anderzijds is het, vanuit de doelgroep gezien de vraag of er wel zo'n sterke behoefte bestaat aan verzuild volwassenenonderwijs. Misschien moeten we wel concluderen dat dat niet, of maar ten dele het geval is (misschien wel binnen de sectoren Dienstverlening en Gezondheidszorg, en Onderwijs).

Zo lijkt de cirkel sluitend. Vanuit de doelgroep lijkt de behoefte niet zo manifest aanwezig, vanuit de politiekmaatschappelijke ontwikkelingen is de ruimte nauwelijks voorhanden. Anders gezegd, we willen het niet echt, en we kunnen het ook niet echt. Dan lijkt het verhaal uit en iedereen tevreden.

En toch blijft dat onbehaaglijke gevoel knagen, dat we wel eens een brug te vroeg af (moeten) haken. We gaan niet mee met de landelijke ontwikkelingen. Maar worden van dan niet geleidelijk aan geëlimineerd?

Het klinkt wrang. Ik hoop ook van harte, dat mijn doembeeld niet bewaarheid wordt, want dan zal blijken, d at er toekomst is voor het Reformatorisch Middelbaar Beroepsonderwijs!

4. Nadere analyse

4.1 SVM als tussenstap naar Wet op Beroepseducatie De op stapel staande, dan wel gerealiseerde regelgeving rond WCBO, SVM, VAVO en KVE lijken slechts tussenstappen op weg naar een Wet op de Beroepseducatie en Volwasseneneducatie. De Commissie Rauwenhoff beveelt aan om de WCBO wetgeving te laten fungeren als uitgangspunt voor deze wetgeving.') Wanneer dit overgenomen en uitgewerkt wordt stuiten we op aanzienlijke problemen. Immers activiteiten binnen WCBO- en VAVOkaders worden binnen het reformatorisch beroepsonderwijs momenteel niet gerealiseerd. Dit vindt slechts binnen SVM-kaders plaats.

Derhalve lijkt het gewenst, dan wel noodzakelijk om niet slechts aandacht te geven aan het uitbouwen van SVMtaken, maar ook aansluiting te zoeken bij WCBO en VAVO-taken om adekwaat te anticiperen op en straks volwaardig mee te doen binnen de mogelijkheden van de Wet op de Beroepseducatie.

4.2 Vrijheid van inrichting en de plaats van het reformatorisch beroepsonderwijs

Slechts eenmaal spreekt de Commissie Rauwenhoff in haar advies over de 'vrijheid van onderwijs', en dan in volstrekt abstracte zin. Ze geeft in haar paragraaf over het 'arrangement rijksoverheid - school' aan: "tevens moet gewezen worden op de rol en positie van de overheid, zoals die zich binnen de grondwettelijke verankerde vrijheid van onderwijs heeft uitgekristalliseerd (....). Bij overeenkomsten gaat de Commissie ervan uit dat rekening wordt gehouden met een evenwichtig geheel van voorzieningen. Planprocedurele aspecten (...) wijst de Commissie af, omdat dit haaks staat op de eigen verantwoordelijkheid van de school en de gewenste flexibiliteit in de aansluiting onderwijs - arbeidsmarkt"2).

Hoe binnen deze context 'verzuild' onderwijs gestalte moet krijgen is voor mij volledig oninzichtelijk. De door de Commissie gemaakte opmerking komt mij voor als een grondwettelijke dooddoener, die geen enkel aanknopingspunt geeft naar een feitelijke invulling van bijvoorbeeld het reformatorisch beroepsonderwijs.

Evenwel wordt de vrijheid van onder­ wijs binnen de huidige ontwikkelingen niet rechtstreeks aangetast. Ze speelt beleidsmatig voor de overheid geen rol meer. Er zal namelijk geen aanbodmaar een vraaggerichte scholing gerealiseerd gaan worden. De verantwoordelijkheid wordt verlegd naar de 'autonome school', die in nauw overleg met de 'neutrale' instellingen en bedrijven onderwijsprogramma's gaat samenstellen.

De overheidsbemoeienis neemt derhalve af. Ze stelt zich slechts tot doel te waken over de toegankelijkheid, de kwaliteit en de financiering (op basis van output-financiering).

Dat de verzuiling minder zwaar weegt voor de betrokken (onderwijs) instellingen blijkt wel uit het feit, dat tijdens de herstructureringoperaties bij fusies in het MBO en HBO talrijke malen 'van kleur zijn verschoten', zoals men dat pleegt te noemen.

Het leerlingwezen en de volwasseneneducatie zijn niet verzuild. Dus tegenkantingen tegen de komende ontwikkelingen op basis van levensbeschouwelijke overwegingen zullen naar verwachting nauwelijks naar voren gebracht worden. D'66-leider Van Mierio sprak bij de laatste algemene beschouwingen over de samenleving, en dus ook over het onderwijsveld, als een 'ingestort zuilenveld, waarboven op mysterieuze wijze een dak rust, dat op niets meer steunt'. P. van den Breevaart formuleert het zo: Als deze ontwikkelingen doorgaan - en er is geen enkele reden om aan te nemen dat zulks niet het geval is - betekent dit de doodsteek voor verzuilde categoriale mbo-scho- Ien3).

Hoewel de koepelorganisaties van het MBO en het Leerlingwezen naast waardering ook kanttekeningen plaatsen bij het kabinetsstandpunt op rapport Rauwenhoff, sporen ze het kabinet aan haar beleid ten aanzien van de autonomievergroting te versnellen"). De overheid kan via het alloceren van gelden beleidsontwikkelingen sturen, en dat is een krachtig middel. Ten aanzien van de vorming van Regionale Onderwijs Bureaus is men voornemens dit middel ook te gaan hanteren^). De grote fractie in de Tweede Kamer laten niet na deze ontwikkeling te versterken. De herstructureringsoperaties in het HBO en MBO, resp. de STC en de SVMoperatie zijn veel sneller gerealiseerd, dan de minister voor mogelijk hield. Waarom zou het met deze ontwikke-

lingen dan anders gaan? Een diepgaande bezinning op de toekomst van liet Reformatorisch (Middelbaar) Beroepsonderwijs kan mijns inziens niet langer wachten.

Drs. L. van Hoorn

Noten: 1. Tijdelijke adviescommissie Onderwijs - Arbeidsmarkt, Onderwijs - Arbeidsmarkt, naar een werkzaam traject, pag. 58 en pag. 75. 2. A.W., pag. 58. 3. P. van den Breevaart in: Naar een ontzuild beroepsonderwijs. Reformatorisch Dag-

blad, 20-10-1990. 4. Zie ook: Commentaar van de federatie MBO/CBO op de kabinetsreactie op het rapport Rauwenhoff, LSO-MDGO Bulletin, okt/nov 1990, pag. 5-9. 5. Regionale Onderwijsbureaus, in: LSO/ MDGO Bulletin, okt/nov 1989, pag. 23- 27.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

De Reformatorische School | 40 Pagina's

Afstemming Onderwijs -  Arbeidsmarkt

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1991

De Reformatorische School | 40 Pagina's