Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een beelddenker zoekt in een woordcultuur haar weg

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een beelddenker zoekt in een woordcultuur haar weg

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze noemt zichzelf een dromer en iemand die in beelden denkt. Iemand ook die altijd de innerlijke drang gehad heeft om uit niets iets te maken. Zo kwam ze als jong meisje uit Curaçao om in groep 7/8 van de reformatorische basisschool te belanden. Daar maakte ze kennis met de reformatorische zuil – die vanuit een stevige woordcultuur juist moeite heeft met beelden - en deed ze haar best om erbij te horen. Haar drang tot het kunstenaarschap maakte de verhouding met die zuil echter steeds spanningsvoller. Nu, zoveel jaar later en met een gevestigde naam als kunstenaar, spreekt ze over een haat-liefde verhouding met onze(!) zuil. Toch speelt de gereformeerde gezindte een prominente rol in haar werk. Ze timmerde al flink aan de weg met de CALV IJN! glossy en publiceerde kortgeleden Op weg naar Zoar over het einde van de reformatorische zuil. Haat? Liefde? We zoeken ernaar in een gesprek met Liesbeth Labeur, beter bekend als de kunstenares Sela.

In mijn herinnering verzon ik altijd al verhalen en maakte ik daar tekeningen bij. Toen we in Nederland gingen wonen, kwam ik in de klas bij meester Van Heukelom, van de SGP . Hij gaf me regelmatig een compliment voor m’n tekenwerk en ik kreeg goede cijfers.

Op het Calvijn College in Goes was het helaas niet mogelijk om tekenen als examenvak te doen, maar ik volgde het vak tekenen wel tot aan het examen. In mijn herinnering vormden we met de tekenleraar een hecht clubje. In de lessen kwam niet alleen het tekenen aan bod, maar eigenlijk het hele leven. Na de havo heb ik er voor gekozen om goede werken te gaan doen. Want op de kunstacademie, waar ik graag naar toe wilde, zou ik van mijn geloof afgebracht worden. Toen besloot ik dus om daar niet heen te gaan.

Oude meesters

Ze zegt het zonder enige rancune en ook als ik doorvraag blijft ze daarbij. Ervoer ze haar neerstrijken in de refozuil niet als een beperking in de richting van kunst en cultuur?

Als je het eendimensionaal beschouwt misschien wel, maar ik nam zelf die beslissing. Ik kwam van buitenaf en ik wilde me de dingen van de zuil eigen maken, zodat ik erbij hoorde. Dat heb ik niet als negatief ervaren.

We voeren dit gesprek in hartje Middelburg, dicht tegen de Abdij aan, maar in het gedeelte dat niet gebombardeerd is. Hier spreken de stenen van eeuwen en iemand die daar woont, moet wel van alles met kunst en cultuur hebben. Heeft het onderwijs bijgedragen aan haar kennis van en belangstelling voor kunst en cultuur?

In ons gezin was er waardering voor de oude meesters. Mijn moeder zong de alt solo in de Mattheüs Passion en ik kende van thuis Rembrandt en zo. Zo ging dat ook op school: de klassieke kunst kwam aan de orde, maar over de twintigste eeuw hoorden we niets.

Taak van de school

Wat zou de reformatorische school volgens u moeten doen op het gebied van kunst en cultuur?

Ook de moderne kunst zou aan de orde gesteld moeten worden. We leven nu. De materialen zijn zo divers geworden. Je hebt computers en games, en niet alleen schilderkwasten en verf. Het is helemaal niet erg om die ontwikkeling aan de orde te stellen. Juist als je leerlingen bagage mee wilt geven om met hedendaagse kunst om te gaan, moet je het aan de orde stellen. Dat kan ook heel objectief gebeuren.

Misschien willen de reformatorische scholen die objectiviteit juist niet…

Je kunt de hedendaagse kunst ook benaderen vanuit je eigen identiteit. Er zijn allerlei ontwikkelingen in de stijl geweest die je zonder problemen aan de orde kunt stellen. In de gewone wereld is er een osmose tot stand gekomen tussen kunst en cultuur en het gewone leven. Er is geen hoge en lage kunst meer. In onze zuil zie je alleen de acceptatie van en de waardering voor de hoge kunsten, maar de realiteit is inmiddels veel minder gescheiden. Als je leerlingen onderwijst in hedendaagse kunstvormen breng je ze dichter bij het gewone leven.

‘Onze’ zuil

Als Sela© het heeft over de reformatorische zuil, gebruikt ze consequent het bezittelijk voornaamwoord ‘onze’. En dat voor iemand die regelmatig het verwijt krijgt die zuil niet bepaald positief te portretteren. Wat houdt dat ‘onze’ dan in? Hoe kijkt Sela© tegen de zuil aan, en hoe ziet de zuil haar? Dat lijken lastige vragen. Het hoofd buigt af en toe in nadenken, de woorden gaan zoekend:

Hier heeft mijn wiegje gestaan, en in die zin zou je het kunnen hebben over onze zuil. Natuurlijk gelden er criteria voor de vraag in hoeverre je tot die zuil behoort – en daar heb ik wel een haat-liefde verhouding mee. Dat gaat allemaal niet zo van een leien dakje. Het probleem is vooral dat je als kunstenaar de vrijheid zoekt, en dat de zuil juist wil beperken. Vanuit mezelf heb ik het gevoel dat je ergens tussenin kunt zitten. Dat ik het niet zo goed weet. Je bevindt je gewoon ergens in je leven en dat leven is een ontwikkeling. Dat is een onzekerheid waarvan je niet altijd weet wat je ermee moet.

Maar vanuit de zuil worden strakke criteria aangelegd. Dat vind ik wel moeilijk, dat mensen je werk zo wegen. In de CALVIJN! glossy portretteerde ik Calvijn met een oranje ‘Hup Holland’-sjaal om. Ik wilde daarmee uitdrukken dat het Calvijnjaar een soort nationale gekte was, maar op zoiets kunnen mensen behoorlijk negatief reageren. Dat zie je nu ook in de reacties op mijn laatste boek. Mensen reageren soms boos omdat ik alweer de zuil zo kwetsbaar laat zien.

Wie de website van Sela© bekijkt, kan zich zo’n reactie voorstellen. Neem dat filmpje van die jongedame die, in het zwart gekleed, haar gezicht verborgen onder de rand van haar hoofddeksel, op een stenen trap van een dijk zit. Er klinkt een plechtige (dominees?) stem die spreekt over het ‘toeven Gods’, en ‘je kunt het er zó benauwd onder hebben’. De jongedame krabt zich aan alle kanten, en het lijkt alsof ze weg wil kruipen in haar kleren. Voor mensen die zondag aan zondag een preek horen in een van de reformatorische kerken kan de combinatie van beeld en geluid nogal vervreemdend overkomen. Krijgt Sela© jeuk van dat soort preken?

Dat is de interpretatie die u aan het beeld geeft. Ik ben als iemand die van beeld houdt, opgegroeid in een woordcultuur. Op MTV worden hele clips gemaakt bij een stukje muziek. Het leek me interessant om met die woorden ‘Zo Hij vertoeft, verbeidt hem’ een clip te maken. Ik probeer daarmee verschillende elementen bij elkaar te brengen, in evenwicht. Zo ging het ook met Calvijn. Als je een man van vijfhonderd jaar geleden en het hedendaagse bij elkaar wilt brengen, moet je een glossy maken. Ik wil wat vertellen over een bepaald onderwerp en ik zoek daar een vorm bij. Voor mezelf, in mijn hoofd, past dat.

Maar zo’n kunstwerk gaat de wereld in. Heeft het ook voor anderen een boodschap?

Het levert in ieder geval communicatie op, want een kunstwerk krijgt z’n betekenis doordat er kijkers zijn. Mensen zeggen bijvoorbeeld regelmatig dat ze verdrietig worden van mijn werk, dat ze moeten huilen. Met ‘Op weg naar Zoar’ is het heel frappant dat mensen zeggen: ‘Je hebt het leven van Sela getekend, maar in het arbeidersgezin in Noord-Holland waar ik uitkom, was het precies hetzelfde.’ Dat vind ik heel grappig: ze hebben het niet over het boek, maar over zichzelf.

Nieuwe thema’s

En, blijft ‘onze’ zuil een thema in uw werk?

Nee hoor. Volgend jaar ga ik een paar maanden op Curaçao wonen en daar gaat m’n volgende werk over. Misschien wel een requiem voor de Antillen, want die bestaan niet meer. De laatste tijd heb ik veel in zwart-wit gewerkt, maar daar zijn superveel kleuren. Ik ben heel benieuwd welke invloed dat heeft op mijn werk.


Op weg naar Zoar

Op weg naar Zoar is als graphic novel een voorbeeld van de conceptuele kunst die Sela© maakt. Het is het getekende verhaal van de dertienjarige Sela, een lief, dromerig meisje uit de reformatorische zuil. Die zuil wordt herkenbaar neergezet: het geboortekaartje met obligate tekst, de lampenkap met de fotootjes eronder, het gezin dat aan tafel het hoofd buigt voor het formuliergebed, de boeken, kranten en bladen die gelezen worden, de verzameling snoeprollen in moeders zondagse tas…

Alles lijkt z’n gewone gangetje te gaan, maar er is ook de broer die een vriendje heeft, niet meer thuis woont, en van het geloof niets meer moet weten. Vader denkt dat hij op zondag toch niet met het openbaar vervoer zal komen, maar moeder hoopt –evenals Sela- stilletjes van wel. Er zijn de sombere woorden van de dominee, over vervolging en verdrukking die aanstaande is. En er is de woede en de angst in de ogen van de kerkmensen om haar heen.

Voor de toch al dromerige Sela genoeg elementen voor een droom over de uittocht van de complete bijbelbelt uit het goddeloze Nederland. Een refolutie op weg naar Zoar. Opvallend detail: op de Zeelandbrug gaan alle reformatorische automobielen over de reling. ‘Weg wereld, weg schatten.’

De kleine Sela voelt zich schuldig over haar droom. ‘Dat had ik beter moeten dromen.’ Als de poort van Zoar dicht gaat, staat Sela er buiten, omdat ze nog op zoek is naar haar broer. Het boek is niet autobiografisch bedoeld, zegt Sela©. Maar lettend op de worsteling van de kleine Sela met God over degenen die buiten zijn, vraag je je af of de worsteling van Sela© met de zuil niet een worsteling met God is.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 2011

De Reformatorische School | 40 Pagina's

Een beelddenker zoekt in een woordcultuur haar weg

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 2011

De Reformatorische School | 40 Pagina's