Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zonder digibord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zonder digibord

‘Hobbel niet klakkeloos mee met de massa’

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het was even zoeken. Zoeken naar scholen waar het digibord (nog) niet is ingeburgerd. Scholen waar bestuur en team bewust kiezen voor onderwijs met een beperkt media-aanbod. De Ds. E. du Marchie van Voorthuysenschool op Urk is een van die scholen waar men weloverwogen kiest voor beperkt mediagebruik.

Daniel Wijma (36) werkt op de ds. E. du Marchie van Voorthuysenschool als groepsleerkracht van groep 8. Daarnaast is hij coördinator rekenen, ICT, Engels, BHV en waarnemend directeur. Hij vertelt: ‘Op onze school worden geen digiborden gebruikt. Dit is een bewuste keuze van ons bestuur. Er is een grondig onderzoek geweest waarbij de voor- en nadelen tegen elkaar zijn afgewogen. Vanuit principieel en pedagogisch standpunt zijn er geen digiborden. Principieel, omdat onze kinderen al genoeg geconfronteerd worden met de digitalisering om ons heen. Mede door de digiborden wordt het onderscheid tussen neutraal en reformatorisch onderwijs kleiner. Een voorbeeld: tot op heden wordt videogebruik door eigen personeel op onze school niet toegelaten. Door gebruik van digiborden is het heel eenvoudig om door te linken naar videomateriaal.
Ons bestuur is zich er terdege van bewust dat veel methoden tegenwoordig ervan uit gaan dat er een digibord aanwezig is waarbij filmmateriaal een onlosmakelijk onderdeel van de les is. Ons bestuur distantieert zich daarvan; een zeer terughoudende houding is in hun optiek de weg die wij als scholen horen te gaan. Ook vanuit pedagogisch oogpunt is er een terughoudende opstelling. Onze kinderen worden door de digitalisering overprikkeld en er is bewezen dat deze tegenwoordige curve leidt tot “digitale dementie”. Dit is niet tot welzijn van onze kinderen.’

Gezamenlijke visie
De school maakt deel uit van vier reformatorische scholen op Urk, die vallen onder een schoolbestuur waarvan de leden tot de Oud Gereformeerde Gemeenten behoren. Elke school heeft een ICT’er. De ICT’ers komen een aantal keer per jaar bijeen om bovenschools overleg te plegen. Wijma: ‘Het ICT-beleidsplan wordt door ons als ICT’ers gemaakt en door de bestuursondersteuner J. van Eldik overgedragen aan het bestuur en na eventuele aanvullingen of wijzigingen vastgesteld. We hebben een gezamenlijke visie over de digiborden en dit beleid wordt op al onze vier scholen gehandhaafd.’
Hoewel Wijma zelf ICT in zijn ‘portefeuille’ heeft, deelt hij de mening van het bestuur van harte. Wijma: ‘Heel lezenswaardig is het boek van de Duitse hersenchirurg Manfred Spitzer: Digitale dementie. Deze hersenchirurg houdt ons een spiegel voor waar ik als ICT’er echt van ben geschrokken. In het beleid van onze scholen staat dat we kennisoverdracht hoog in vaandel hebben staan. Mijns inziens zijn we als reformatorische scholen mede door de invoering van de digiborden dit doel voorbijgeschoten. In het boek van Spitzer valt onder andere te lezen dat het absoluut niet significant bewezen is dat de kennisoverdracht door de digiborden en iPads op basisscholen verbeterd is. Het is eerder verminderd, omdat de kinderen een meer Googleachtige manier van leren krijgen. Daarom waardeer ik het dat ons bestuur een vrij uitzonderlijke plaats in durft te nemen.’

Grote taakgerichtheid
Wijma merkt op dat de collega’s niet allemaal dezelfde mening hebben. ‘Ik merk tijdens ons ICT-overleg dat met name de collega’s die net van de pabo af zijn beduidend minder moeite met de digiborden hebben dan de wat oudere collega’s. Er zijn enkele oudere collega’s die zelf aangeven het tempo van de digitalisering niet meer bij te kunnen benen, terwijl de jongere garde op de pabo als het ware met digiborden is opgegroeid. Deze discrepantie vinden we ook terug bij de ouders. Maar nog nooit is bij ons het signaal binnengekomen dat ons onderwijs minder zou zijn dan op scholen waar wel digiborden worden gebruikt, ook niet van kinderen die dat gewend waren en naar onze school overkwamen. Van externen die onze school bezoeken krijgen we juist regelmatig terug dat er zo’n grote taakgerichtheid op onze school is en onze leeropbrengsten zijn ook goed. En dat ondanks het ‘oude’ schoolbord. Ten opzichte van het landelijk gemiddelde bezoeken meer kinderen met een diagnose onze school. Vooral kinderen die gebaat zijn bij rust en een prikkelarme omgeving is een krijtbord rustgevender dan een digibord. En van de plaatselijke opticien hoorde ik dat de ogen van kinderen sneller achteruitgaan bij het gebruik van een digibord dan bij ons krijtbord.’

Digitale methodes
Een probleem is volgens Wijma dat steeds meer uitgevers hun materiaal digitaliseren. ‘Als school gebruiken we moderne methodes, maar doordat veel informatie op de digiborden is toegespitst kunnen we niet volledig gebruikmaken van de methode en zoeken we naar andere mogelijkheden om ons onderwijs wel ruim kerndoeldekkend te houden. Ik wijs computergebruik ook niet af, maar het moet wel een hulp- en ondersteuningsmiddel blijven. Het is de leerkracht die ertoe doet en ik denk dat door digitalisering van de methodes het digibord op den duur de leerkracht gaat vervangen. Ik vind het een verarming van ons onderwijs als op den duur de papieren versie van een methode verdwijnt en er alleen nog een digitale versie is. Je “praat” dan alleen nog via een digibord tot de klas en niet meer rechtstreeks en ik ben er absoluut niet van overtuigd dat het meer toegespitst is op de individuele leerling. Het postmodernisme heeft fragmentarisering als gevolg, ook voor ons onderwijs, terwijl ons christelijke levensdoel juist gericht moet zijn op een gemeenschappelijke moraal: wees je naaste tot een hand en voet. En voor het individueel volgen van elk kind zie ik de noodzaak van een digibord niet in. Ik denk dat het eigene van ons reformatorisch onderwijs uit Deuteronomium 6:7 onze basis moet zijn en niet het klakkeloos meehobbelen met de massa.’

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 februari 2015

De Reformatorische School | 52 Pagina's

Zonder digibord

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 februari 2015

De Reformatorische School | 52 Pagina's