JACOBUS KOELMAN.
1632—1695
Onder degenen, die den strijd tegen het verval der kerk met moed en kracht aanbonden, behoorde ook Jacobus Koelman, geestverwant van Lodestein. Hoe blijft te betreuren, dat eenzijdigheid in meer dan een opzicht den aangebonden strijd ontsierde en schade toebracht
Hoe korten tijd heeft de kerk in ons Vaderland de hooge plaats mogen bewaren, waarop God haar gesteld had! Reeds in het midden der 17e. eeuw, een vijftig jaren dus slechts na de beroemde Dordsche Synode, zijn de symptomen van diep verval allerwege waar te nemen. Regeeringsinmenging in kerkelijke zaken; libertijnsch regentisme deden veel kwaad. Mannen als Voetius; Lodestein; Teelinck (uit Utrecht zelfs verbannen met achterlating van zijn zieke vrouw en stervend kind) hebben zich met kracht verzet.
Ook Koelman! geboren 1632 te Utrecht; leerling van Voetius; in 1657 predikant te Brussel en in 1662 te Sluis. Hij verzette zich heftig tegen de inmenging der Overheid in kerkelijke zaken. Ook weigerde hij de Formulieren te gebruiken en op de feestdagen te prediken. De Magistraten waren op het houden van de feestdagen over het algemeen gesteld; de Synode van Dordrecht schreef de onderhouding van Kerstmis; Paschen en Pinksteren „met den navolgenden dag" voor. En voor Nieuwjaars- en Hemelvaartsdag, bepaalde zij, „dat de dienaars overal, waar dit nog het gebruik niet is, bij de Overheden zullen arbeiden, dat ze zich met de andere mogen conformeeren."
Koelman predikte echter op feestdagen niet.
De Overheid zag die weigering aan als verzet tegen haar ordinantiën. Botsingen bleven niet uit. Te meer is dit te begrijpen, daar Sluis in Staats-Vlaanderen stond onder Generaliteits-bestuur, en dus in een bijzondere verhouding tot de Overheid stond. September 1674 werd Koelman geschorst, niettegenstaande kerkeraad en classe voor Koelman meermalen in de bres traden. Van prediken moest de bekende leeraar afzien; doch de overige ambtsbezigheden vervulde hij, tot de gewapende macht hem ook daarin verhinderde. In Juni '75 is Koelman verbannen uit Stad en Provincie, tot hij zich der resolutie van de Staten-Generaal zou onderworpen hebben. Dat echter heeft Koelman nooit gedaan. Hij leidde een zwervend leven na de afzetting en voerde strijd tegen De Labadie; tegen Bekker en Descartes. Hij schreef enkele werkjes: „Zelfonderzoek" (1676) „Beschouwingen over den toestand der Nederlandsche Kerk" (1678) „De praktijk des Sabbats" (1682) „Historisch verhaal over de scheuring der Labadisten" (1683). De Labadistische dwaling (1684). „Het vergift van de Cartesiaansche phiiosophie" (1692) „Het ambt en de plichten van ouderlingen en diakenen" (1694) Wederlegging van Balth. Bekkers betooverde wereld (1694). Ook schreef hij nog „De plichten der ouders om hunne kinderen voor God op te voeden."
Lodestein zag in het afzetten van Koelman een bewijs van diep verval der kerk. Hij schreef 1 Aug. 1675 de gemeente van Sluis, waar hij weleer ook gestaan had: Ik zal mij in het beschouwen van den deerlijken staat onzes lands in lang niet uitlaten; want daar was geen einde aan te zien; deze schuld moest nog op het land leggen, dat zulke, die uitstekende in genade, werkingen des Heiligen Geestes zijn, uitgeworpen worden; en dat even daarom, omdat zij haren dienst niet naar de sleur maar geestelijk betrachten willen, en omdat zij consciëntieus zijnde, daar niet over en mogen. Dit staat nog meer te geschieden, en is van dat volk (dat het op de letter gezet heeft en derzelven vast meer en meer gedood wordt; uit welke derhalve Gods Geest vast meer en meer verhuist) niet anders te wachten.
Dat is de vloek, die de Heere daarop gelegd en aangehecht heeft. Geestelooze Naam-Christenen zijn tegen de ware geestelijken bitterder, dan de Heidenen; en feller tegen die, als tegen vleeschelijke Buikdienaars, die men jaren achtereen duldt, ja haar gansche leven, en laat haar zichzelven en duizenden bederven, althans als zij maar geen uiterlijke schelmstukken of schandalen begaan. Onze Kerk heeft met haar slenderdienst al lang verdiend, dat alle geestelijken haar ontnomen worden.
Yerseke, Ds. G.H. Kersten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 november 1926
De Saambinder | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 november 1926
De Saambinder | 4 Pagina's