Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van Adams val

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van Adams val

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dinsdag 17 Januari l.l. hield Ds. Kersten onder enorme belangstelling in de kerk te Krabbendijke een lezing over den val.
De spreker bepaalde zijn gehoor:
bij den volheerlijken staat, waaruit Adam viel;
bij de verleiding des satans, die tot den val verlokte;
bij de moedwillige ongehoorzaamheid, die oorzaak was van den val; en
bij de gemeenschap, die Adams nakomelingen hebben aan Adams val.
Van de heerlykheid, waarin God den mensch schiep, merkte de spreker op dat Gods Woord ons leert
a. dat de mensch geschapen is naar Gods beeld;
b. dat de mensch als beelddrager Gods onsterfelijk was;
c. dat op gehoorzaamheid het eeuwig leven was toegezegd, welk leven niet minder was dan de zaligheid der uitverkorenen.Tegen den Neo-Koklbruggiaan werd verdedigd, de schepping niet in, doch naar het beeld. Het gelijkend-beeld (wel te onderscheiden van het beeld van Gods zelfstandigheid) behoorde tot het wezen van den mensch. Van dat beeld is te spreken in enger en in ruimer zin. In enger zin bestond het in kennis, gerechtigheid en heiligheid (Ef eze 4:24; Col. 3:10). Socinius en Pelagius en hun verderflijke nazaten werden hier bestreden. De mensch is niet geschapen als een blank stuk papier: noch goed, noch kwaad; maar goed en naar Gods beeld. Hem was gegeven het vermogen om staande te blijven en gehoorzamende het eeuwige leven te verkrijgen. God dreigde niet alleen den dood, maar beloofde ook het leven. Tegen de Remonstranten wordt het aangetoond, dat God niet als een tyran optrad, bedreigend alleen den dood, maar in liefde en vriendschap handelend, op gehoorzaamheid het leven beloofde, gelijk blijkt uit geheel de Schrift. Lev. 18:5; Gal. 3:12; Matth. 19:17.
Uit den volheerHjken staat is de mensch uitgevallen, door:
II. de verleiding des satans.
Satan is een gevallen engel. De zonde, die niet materieel is (wat tot Pantheïsme) noch substantieel (wat tot Manicheïsme voeren moet) heeft haar oorsprong onder de engelen. Satan wierp zich op den beelddrager Gods, om in hem God te bekampen. Er was werkelijk een slang, onder Gods toelating van satan gebruikt; werkelijke boomen; werkelijke menschen. Wat Genesis schrijft is geen allegorie; geen sage; geen visioen; alles is realiteit. Dit blijkt geheel den bijbel door (zie Joh. 8:44; Rom. enz) Satan zocht twijfel te wekken aan Gods gebod; beschuldigde daarna God zelf; wekte hoogmoed; en greep Eva en door haar Adam in zijn klauw. Hij is een menschenmoorder van den beginne.De mensch zelf echter draagt de volle verantwoordeiykheid voor zijn val.
III. De moedwillige ongehoorzaamheid, waardoor Adam viel.
Gewezen wordt er op, dat de mensch het vermogen had te blijven staan; doch vrijwillig at en moedwillig het verbond brak. De val is eigen schuld; moedwillig stootte zich de mensch in den drievoudigen dood. Enkele bedenkingen worden besproken; als:
a. dat God dien val had kunnen verhinderen.
Waartoe toch dat proefgebod; en waarom liet God satan toe de slang te gebruiken en door haar te spreken? Ware dit niet geweest de mensch was niet gevallen. Het proefgebod echter was noodig; zoowel als de verzoeking des satans door de slang, om den mensch den weg te openen tot de volle ontplooiing van zijn schepping. Hij toch was geschapen als redelijk-zedelijk wezen. Boven de levenlooze en redelooze schepping zou zijn grootheid uitkomen, doordat hij God niet diende wijl het niet anders kon, maar omdat hij zelf dit wilde. Welnu, zoo vormde het proefgebod en de verleiding des satans het middel, waardoor de mensch de heerlijkheid van zijn schepping ten volle vermocht te openbaren en om het eeuwige leven te verkrijgen. God spande den mensch geen strik, waarin deze onwetend inliep, maar de Heere schonk een proefgebod aan den beelddragenden mensch, waardoor hij het eeuwige leven kon verwerven.
b. Als tweede bedenking werd besproken
dat de mensch vallen moest, omdat de val in Gods besluit ligt. God heeft van eeuwigheid besloten den val niet te werken, maar toe te laten. Dus moest de mensch vallen. De onveranderlijkheid van Gods besluit, legde op den mensch niet de minste druk om te vallen. Het besluit was hem geheel onbekend. Hij had zich te gedragen naar het gebod. Farao en Judas worden tot voorbeelden genoemd.
c. Ten derde wordt weerlegd de bedenking als zou
de straf te zwaar zijn.
Tegen de vervaarlijke ketterijen van Socinianen en Pelagianen; Remonstranten en Roomschen wordt het rechtvaardige en rechtmatige van de straf aangetoond. De zonde was geheel iets anders dan het stelen van een peer of een appel. In 't eten van de onbekende vrucht lag:
1. God stellen tot een leugenaar en
2. Zich van God losrukken.
Op deze daad kan niet anders volgen dan de dood.
Adam en Eva hebben zich door moedwillige ongehoorzaamheid den drievoudigen dood onderworpen.
Maar zoo al Adam en Eva zich den dood waardig maakten, wat gaat ons de zonde van Adam aan?
Dit stuk behandelt spreker als hij stilstaat
IV. bij de gemeenschap, die Adams nakomelingen hebben aan Adams val.
Wij staan tot Adam in tweeërlei betrekking:
1. Adam is ons aller vader, en
2. Adam is ons aller Verbondshoofd.
Niet uit de eerste, maar uit de tweede betrekking volgt de toerekening van Adams zonde. Adam representeerde al zijn nakomelingen in het verbond der werken. In Hem zijn alle menschen gerekend. Zoo hij stond, stonden allen in hem. In zijn val vielen echter allen. De Schrift leert duidelijk, dat niet in Eva, doch in Adam wij gevallen zijn. Niet door twee menschen, maar door één mensch is de dood in de wereld gekomen, n.l. door Adam; en door één zonde, de zonde n.l. van het breken van het verbond.
De toegerekende zonde
a. stelt ons schuldig aan Gods gerechtigheid; en
b. heeft ons gansch verdorven. (Job 14:4).
Zelfs de kinderkens in moeders lichaam zijn deze diepe ellende onderworpen.
De mensch heeft dus na den val geen vrijen wil, gelijk de verderfelijke Pelagiaan leert. Wij zijn verkocht om kwaad te doen.
Met een toepasselijk woord eindigde de spreker, er op wijzend, dat de mensch geen zucht tot zijn behoudenis slaken kan noch wil; en dat alleen in den tweeden Adam, Christus, Die Zijn uitverkorenen representeert in het Verbond der verlossing en der genade behoudenis is voor gevallen Adamskinderen.

Den volgenden morgen te 9 uur opende Ds. Hofman de samenkomst, die belegd was ter bespreking van de gehouden lezing. Weder vulde een groote schare het ruime en mooie kerkgebouw.Ds. Hofman zeide een lang gekoesterde begeerte verkregen te hebben, dat n.l. ook op Zuid-Beveland een lezing gehouden worden zou, gelijk sinds enkele jaren te Middelburg geschiedde. De zeer groote belangstelling heeft niet beschaamd.
Nu stelt Ds. Hofman ieder in de gelegenheid vragen te stellen. Daarvan wordt druk gebruik gemaakt. Ds. Hofman en Ds. Barth hebben een reeks vragen saamgesteld, terwijl uit de leden en bijzonder ook door onderwijzers, die in grooten getale de samenkomsten bijwoonden, eveneens vele vragen werden gedaan. Ter voldoening der vragers werden deze beantwoord. Met blijmoedigheid mochten zeer velen samenzijn. Des middags te 4 uur werd de samenkomst gesloten. Nadat Ds. Hofman den wensch voor een volgend jaar had uitgesproken en Ds. Barth den plaatselijken leeraar had dankgezegd voor de vriendelijke ontvangst, eindigde deze laatste met dankzegging.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 januari 1933

De Saambinder | 4 Pagina's

Van Adams val

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 januari 1933

De Saambinder | 4 Pagina's