Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Samenspraak tusschen Vader, Moeder en Kinderen.

Bekijk het origineel

Samenspraak tusschen Vader, Moeder en Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

XL.
Jona 3 : 5. En de lieden van Ninevé geloofden aan God; en zij riepen een vasten uit en bekleedden zich met zakken van hunnen grootste af tot hunnen kleinste toe.
Martha
. Ik zei de vorige keer bij het begin van ons gesprek dat wij nu bij een uitnemende bladzijde uit Jona's geschiedenis gekomen waren, doch bij de bespreking viel dat niet mee. Een bekeering die de rechte niet is, heeft toch maar weinig waarde, vind ik.
Vader. We moesten noodzakelijk de vorige keer op het onderscheid tusschen het ware en valsche werk wijzen. Velen zijn met een ingebeelden hemel in de hel gevallen. Waar en valsch werk in de ziel te onderscheiden is niet zoo gemakkelijk. Daarom legt Gods volk zich open en bloot voor den Grooten Kenner der harten. Maar we zullen nu terugkeeren naar Ninevé en bezien nu de goede zijde van deze bekeering.
Moeder. Heeft een valsche bekeering dan ook nog een goede zijde?
Vader. Ge moet, zooals ik tevoren reeds zeide een volksbekeering niet te veel in overeenstemming willen brengen met de persoonlijke bekeering van een zondaar. En wilt ge dat, nu, dan is ook een uitwendige bekeering, zooals men die noemt, van de zonde tot de deugd, nog ganschelijk niet af te keuren. Ja, zij is aanbevelenswaardig voor een elk schepsel. De zonde is een schandvlek der natiën, maar gerechtigheid verhoogt een volk. We zouden wenschen dat we onder Neerlands volk heden zagen en hoorden wat in Ninevé geschiedde. We hebben te voren gezien dat zij het dreigement Gods door Jona uitgesproken geloofden. Och, dat ons volk het dreigement Gods op de zonde dat zoo lange eeuwen reeds door Zijn gaarne getrouwe knechten is aangekondigd eveneens geloofden. Voorwaar zou het er vrij wat beter in ons land uitzien dan thans het geval is.
Martha. En wat zouden die zakken beteekenen. waarmee de Ninevieten zich omgordden. Zou Jona dat bevolen hebben?
Vader. Jona had alleen de Goddelijke opdracht te vervullen; Ninevé's ondergang aan te kondigen. Maar deze prediking werd zóó vruchtbaar dat zij het woord Gods geloofden en nu als gevolg of vrucht daarvan zakken omgordden en een vasten uitriepen.
Martha. Dus daarmede drukten zij hunne droefheid uit over hunne zonden?
Vader. Dat heb ik u te voren anders gezegd. Zijn er ware begenadigden onder geweest, van hen mogen wij dat aannemen, maar de anderen drukten met die zakken hun droefheid uit over het dreigement. Het omgorden van zakken was in de Oostersche landen zeer algemeen in tijden van rouw en onder bijzondere rampen. Zie het in Achab als Elia in naam van Israëls God hem de vernietiging van zijn geslacht aankondigde. Eveneens bij David en de oudsten Israëls als de slaande engel met uitgetrokken zwaard boven Jeruzalem werd waargenomen. We vinden het ook bij Job, bij den Jood Mordechaï en vele anderen dat zij zich met zakken gordden om daardoor zware smart en leed te kennen te geven.
Moeder. Zeker liggen er nog meer beteekenissen in zulke handelwijzen?
Vader. Als men in een zak ging, moest vanzelf vooraf het gewone kleed worden afgelegd. Ongetwijfeld hebben de Ninevieten hun ijdel tooisel afgelegd, zich in een boetekleed gestoken en een rouw- en vastdag gehouden over hun naderenden ondergang. We lezen van den koning Ahazia, toen de honger sterk was in Samaria, dat 't volk zag als hij over den muur wandelde, dat een zak om zijn naakte lichaam onder zijn overkleed gegord was. Het is dus te zeggen, dat rouw en schoone kleeren bij elkander niet passen. De Heere zegt tegen Zijn volk toen zij het zwaar verzondigd hadden voor Hem: En nu legt uw sieraad van u af, zoo zal Ik weten wat Ik u doen zal (Ex. 33 : 5).
Moeder. Geen wonder. Als de Heere een ziel arresteert, is het minste waarover hij denkt wel zijn mooie kleertjes. Al was hij of zij daar vroeger nog zoo aan verzot, als de Heere komt vallen die pluimen van hoovaardij wel weg. Het wordt dan als bij Job: Mijn aangezicht is gansch bemodderd van weenen en over mijne oogleden is des doods schaduw.
Vader. Maar was het hier dan over den gewissen ondergang van stad en inwoners, was het toch zeer prijselijk en het doel der prediking was in dien zin bereikt, dat ze - tenminste voor een tijd - met de zonde braken en teekenen van berouw vertoonden. En dikwijls heeft de Heere betoond wel op uitwendige bekeeringen te letten. Denk aan Achabs boetvaardigheid. De Heere geeft daarop uitstel van straf. Als Juda een alarmgeschrei aanhief in den strijd tegen Jerobeam sloeg de Heere Jerobeam voor Israëls aangezicht. Keert een volk, als volk weder tot den Heere, keert de Heere weder tot het volk.
Maria. Dus de bekeering van de Ninevieten had toch nog waarde?
Vader. En een groote waarde. De Heere hield Zichzelf tegen om de stad te verwoesten omdat Hij hunne boetvaardigheid zag. En wie weet - de Heere weet het - hoevelen er mogelijk onder geweest zijn, die in waarheid en met een volkomen hart tot den Heere gebracht zijn. Dit is zeker: de bekeering van de Ninevieten staat in gedachtenis vereeuwigd. De Heere Jezus zegt: De mannen van Ninevé zullen opstaan in het oordeel met de mannen van dit geslacht en zullen hetzelve veroordeelen, want zij hebben zich bekeerd op de prediking van Jona en zie meer dan Jona is hier. (Matth. 12 vers 41).
Martha. Nu komt het wat nader welk een waarde deze bekeering toch gehad heeft. Maar als de Heere Jezus nu Zelf zegt, dat ze zich bekeerd hebben, hebben wij dan recht om te zeggen dat hun bekeering niet deugde?
Vader. Ge drukt dat verkeerd uit. Van niet deugen is nog niets gezegd. De bekeering als volk was goed voor den tijd dat ze er was. Maar wellicht begrijpt ge de strekking van Jezus zeggen niet: Hij was de Eeuwige Zoon des Vaders, Jona was een zwak en zondig mensch. Hij predikte als Machthebbende zonder eenig gebrek. Jona kon slechts met veel tekort aan ernst en oprechtheid zijn opdracht vervullen. De Heere Jezus had alles van Zijnen Vader geleerd en gehoord, als zijnde van eeuwigheid gezalfd en geordend om naar de aarde te komen om den wille Gods bekend te maken. Jona had slechts een opdracht als gewoon profeet in naam en op last van zijnen Zender te volbrengen. Als nu de Heere de vergelijking maakt tusschen Israël, die uit eigen mond van den Messias die reine prediking hoorden en de Ninevieten die heidenen waren, die het woord van God uit den mond van een menschenkind aannamen, dan is het geen wonder dat Hij ze zulk een verwijt maakt.
Moeder. En nu hebben wij hetzelfde Woord van den Heere Jezus in geschrift, als wij ons niet bekeeren, dragen wij hetzelfde oordeel als de menschen die zich onder Jezus' prediking verharden.
Vader. Gewis. Vele heidenen zullen de Christenen verwijten dat zij hadden kunnen bekeerd worden, aangezien de Heere de boodschappers tot hen en niet tot de heidenen gezonden had. Laat ons met alles naar binnen keeren en vragen ons af welke vrucht wij van de prediking voor onze zielen genieten. Eéne boodschap bracht de Ninevieten tot verootmoediging. Duizend boodschappen laten onze ziele hard.... door eigen schuld. Het Evangelie is bedekt in degenen, die verloren gaan. En dan blijft geen slachtoffer over voor de zonde.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1938

De Saambinder | 4 Pagina's

Samenspraak tusschen Vader, Moeder en Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1938

De Saambinder | 4 Pagina's