Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERKNIEUWS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERKNIEUWS

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

BEVESTIGING EN INTREDE VAN ' CANDIDAAT M. HEERSCHAP.

Het was Woensdag Jj^, October voor de Geref. Gemeente van Wageningen een bijzondere dag. Immers, na het eerste beroep in de 18 jaren van haar bestaan te hebben uitgebracht, mocht zij op die dag in Candidaat M. Heerschap haar eigen herder en leraar in het ambt bevestigd en aan zich verbonden zien. De beide diensten vonden plaats in het kerkgebouw der Geref. Kerk daar ter plaatse, dat voor dit doel welwillend werd afgestaan en waarvoor een woord van erkentelijkheid hier op zijn plaats is. Het gebouw vermocht echter niet de grote schare, die in beide diensten is opgekomen, te bevatten. Velen moesten zich met een staanplaats tevreden stellen.

Om half vier beklom de Bevestiger Dr. C, Steenblok, onder het zingen van Ps. 80 : 1, de kansel. Gelezen werd Efeze 4 : 1 — 16, waarna Dr. Steenblok voorging in gebed. Na het zingen van Ps. 89 : 7 en 8 zeide Dr. Steenblok in zijn voorafspraak, dat Gfids goedertierenheden groot waren. In het bijzonder voor de Gemeente van Wageningen, die na haar eerste uitgebrachte beroep, uit Zijn hand thans haar eigen herder en leraar mocht ontvangen. Gekomen tot de predikatie bepaalt Dr. Steenblok zijn gehoor bij Jey. 3:15. Het thema is: „Herders naar Gods har f." Daarbij wordt stilgestaan: Ie. bij de Gever der herders; 2e. bij de hoedanigheid der herders; 3e. bij de taak van die herders.

Na de predikatie gaat Dr. Steenblok tot de bevestiging over. Na het uitspreken van het: Ja ik: van ganser harte" door Candidaat Heerschap, wordt gezongen uit Ps. 132 : 6 en nemen aan de handoplegging deel de predikanten: Ds. J. Fraanje, Ds. T. Dorrestein, Ds. }. v. d. Berg, Ds. A. van Stuyvenberg en Dr. C. Steenblok. Psalm 134 : 3 wordt Ds, Heerschap toegezongen. Na een persoonlijk woord van Dr. Steenblok wordt deze dienst beëindigd met het zingen van Ps. 84 : 6. Onder het zingen van Ps. 3 : 2 beklimt des avonds om 7 uur Ds. Heerschap de kansel. Nadat gelezen is uit Hand. 10 : 25—48 gaat Ds. Heerschap voor de eerste maal in zijn eigen Gemeente voor in gebed.

De tekstwoorden der predikatie zijn: Hand. 10 : 42 en 43. Daarbij is het thema: „De bearbeiding van de Gemeente" en wordt gewezen op: Ie. het bevel daartoe gegeven; 2e. de grond daarvoor gesteld; 3e de vrucht daaraan verbonden. Na de predikatie wordt gezongen uit Ps. 105 : 24. In zijn toespraken richt zich Ds. Heerschap allereerst tot zijn Bevestiger Dr. Steenblok; vervolgens gedenkt hij in enkele gevoelvolle woorden zijn overleden leermeester Ds. Kersten. Daarna richt hij zich achtereenvolgens tot de heer A. v. Bochove, als zijn docent, de Consulent Ds. R. Kok, die wegens familieomstandigheden verhinderd was tegenwoordig te zijn. Ds. J. Fraanje, zijn medeambtsbroeders, de afgevaardigden uit de Classis, de studenten, terwijl hij enkele woorden spreekt welke bedoeld' zijn voor Candidaat van Dijke, die nog steeds op het ziekbed ligt, maar waarvan er goede hoop mag zijn dat hij eerlang ook tot zijn ambtswerk mag komen. Voorts tot de Burgemeester van Wageningen, de Kerkeraad der Geref. Kerk, de kosterin der Geref. Kerk, die zoveel hulpvaardigheid heeft getoond voor het gezin van Ds. - Heerschap, de predikanten der andere Kerkgenootschappen. Daarna spreekt hij enkele woorden tot de Kerkeraad en de Gemeente van Wageningen, de koster en organiste, de Kerkeraad van Den Haag en tenslotte besluit hij zijn toespraken met enkele gevoelvolle woorden tot zijn ouders te richten. Ds. Heerschap werd toegesproken door Ouderling Van Amersfoort namens de Geref. Gemeente van Wageningen, de Burgemeester van Wageningen, Ds. Van Stuyvenberg namens de Classis Barneveld. Ds. V. d. Berg namens de Part. Synode van het Oosten, Student Zwerus namens de studenten en Ds. Fraanje namens het Curatorium. Ds. Fraanje verzoekt te zingen uit Ps. 119 : 7 en 26. Ds. Heerschap dankt allen en beëindigt deze in- ^ drukwekkende dienst met gebed.

JUBILEUM Ds. J. FRAANJE.

Het was Woensdag 20 October voor Ds. J. Fraanje en de Geref. Gemeente van Barneveld een bijzonjdere dag. Deze dag toch mocht in het teken staan van een gedenken van de Weldadigheden des Heeren. Ds. Fraanje mocht een drievoudig jubileum vieren, n.l. zijn 70ste verjaardag, zijn 40-jarig ambt§jubileum -en zijn 30-jarige verbintenis aan de Gemeente van Barneveld. Om met de nestor der predikanten der Geref. Gemeenten in Nederland deze dag te herdenken, waren, inzoverre niet door bijzondere omstandigheden verhinderd, de meeste predikanten en studenten met de grote schare saamgekomen te Barneveld. Uit alle oorden van het land zijn ze gekomen' om deze gedachtenisdienst mee te maken. Het toch zeer ruime kerkgebouw kon deze schare nauwelijks bevatten en zelfs de catechjsatielokalen en de consistoriekamer waren geheel met mensen gevuld. Gelukkig dat de regeling uitstekend was verzorgd, zodat zelfs luidsprekers in de genoemde lokaliteiten er voor zorgden, dat het gesprokene gevolgd kon worden.

Tegen 3 uur is het gebouw dan ook overvol gevuld en moeten zich velen met een staanplaats tevreden stellen. Welk een liefde en hoogachting de hoogbejaarde leraar toegedragen, spreekt hieruit. Zowel in dagen van droefenis, als in dagen van verheuging komt dat onder ons volk helder als de dag naar voren. Wars van alle mens verheerlijking stond deze dag in het teken van hetgeen de dichter vertolkt Ux Psalm 103: „Loof de Héére, mijne ziel!" Wie van die honderden en nog eens honderden moet het niet hebben aangegrepen, toen om 3 uur de nog rechtopgaande, grijze gestalte van onze Ds. Fraanje de kansel beklom? Toen wij hem daar zo zagen staan op de in de loop der jaren schier met hem één geworden kansel, dachten wij onwillekeurig aan hetgeen van Mozes, de man Gods staat opgetekend in Deut. 34 : Tb: „Zijn oog was niet' donker geworden en zijn kracht was niet vergaan."

Dat mag van Ds. Fraanje, tot lof des Heeren, zeker ook gelden. De leeftijd der sterken bereikt en nog groen en fris in de voorhoven des Heeren, daarvan komt, zoals hij steeds weer in zijn herdenkingsrede deed uitkomen, alléén, maar dan ook alléén de ere en de lof de Heere toe. En juist daarom was het voor hem een dag van

grote blijdschap. Blijdschap in de Gever van al dit goede! Wij dachten^ het zal voor de Gemeente van Barneveld thans niet gemakkelijk vallen, na 30 jaren hem op die kansel te hebben zieri staan en gehoord, die preekstoel zónder Ds. Fraanje zich voor te stellen. \ Welk een weldaad, óók voor die Gemeente!

Om dat samenzijn te gedenken, werd de dienst geopend met het zingen van Ps. 68 : 14 en het lezen van Titus 1. . Daarna ging Ds. Fraanje voor in gebed en werd Psalm 77 - .7 en S gezongen. Ds. Fraanje begon hierna in zijn voorafspraak met op te merken, dat hij in deze gedenkwaardige ure, de woorden van de opgezongen Psalm wel tot de zijne wenste te maken: 'k Zal gedenken hoe voor dezen, Ons de Heer' heeft gunst bewezen, 'k Zal de wond'ren gadeslaan Die Gij hebt van ouds gedaan."

Zeventig jaren geleden, zo sprak hij met zichtbare ontroering. uit, ben ik als mens geboren; veertig jaren geleden mocht ik beginnen de Bazuin des Evangelies aan de mond te zetten en op 6 October mocht ik dertig jaren aan deze Gemeente verbonden zijn, Hulpe van God verkregen hebbende, sta ik tot op deze dag! Wonderbaarlijk is God in Zijn Wezen. Raad en Wezen zijn Zijne. Door het geloof God in God in Zijn Wezen te bewonderen, dat is alles! De hulpe Gods is groot, maar de God van de hulpe is alles. Maar ook God te bewonderen in Zijn Namen. God heeft niet één Naam teveel. Gelijk Zijn Naam is, zo is Zijn Wezen. Zij 'die Zijn Naam mogen kennen, zoals Hij zahgmakend gekend wordt, die zijn gelukzalig. Het is ook groot God te bewonderen in Zijn mededeelbare eigenschappen, zoals Hij die mededeelt. Te bewonderen in Zijn Personen: Vader, Zoon en Heilige Geest. Zo wordt Gods volk met een Drieenig God verzoend.

Ik ben vandaag 70 jaar en sta op deze dag als een grote dwaas in mij zelve voor een talrijke schare. Maar dat zal wat zijn, straks zonder zonde Hem eeuwig tè dienen. God is vervolgens ook te bewonderen in de Praedestinatie, alsook in Zijn gedachten. O, als ik 'vraag: „Heere, wat denkt U van mij? " en als Hij dan zegt: „Ik had gedachten des Vredes." O, dat is de beste felicitatie van alle. Ik begeer niets meer! God te bewonderen in Zijn Woord. O, als dat Woord er niet geweest was, ik was. Gemeente van Barneveld, in mijn druk vergaan. God te bewonderen in Zijn werken. Ik ben geboren onder bange omstandigheden. De dokter zei tegen mijn vader: „Fraanje, dat worden twee doden." Dat grijpt mijn vader aan en voor het eerst bidt hij in het openbaar. God verhoorde. De dokter zegt: „Fra: ^anje, dat worden twee levenden!" Ik móést geboren worden! Gemeente van Barneveld, ge zijt beter voor mij geweest dan ik voor U. Al-die bewijzen van liefde van U, dominees en studenten, verenigingen en zovelen meer, ze zijn kostelijk, maar ik zeg vandaag met Paulus: „Doch Gode zij dank voor Zijn onuitsprekelijke gave." Ik ben blij* dat ik 70 jaar ben, maar mijn blijdste dag is het niet. Dgt zal zijn als ik sterven zal. De Jongste Dag zal mijn bruiloftsdag zijn! Gemeente van Barneveld, burgemeester en allen die hier tegenwoordig zijt of die anderszins van uw liefde blijk gegeven hebt, mijn hartelijke dank.

Tot de predikatie gekomen noemt Ds. Fraanje als zijn tekst: Titus 1 : 2. Hij bepaalt zijn gehoor bij: „De kroon op het werk in het opschrift van de brief aan Titus." 1 e. Beluisterd. 2e. Verklaard. 3e. Gegrond. 4e. Beloofd. Paulus is vol liefde tot Gods werk. Hij is verkoren tot het werk in Gods kerk. Paulus ploegde op Creta als het ware met zes ossen. Het kraakte! Titus kwam er met de eg achteraan. Paulus heette eerst Saulus. Dat was zijn naam. En toch heet die Paulus: „Paulus een dienstknecht van God." Een ambassadeur van het Hemelhof. Hij is de dienstknecht en Apostel naar het geloof der Uitverkorenen. Geloof is niet alles. Zovelen als er verordineerd zijn. Dat is de slagader van Paulus' bediening. Zo mochten we als een arme dienstknecht 40 jaren de bazuin naar dat geloof aan de mond zetten. Hier staan we in onze dwaasheid door de hulpe Gods. Uit de natuur is Christus niet te kennen. Wij moeten van dood levend gemaakt worden. Paulus predikte.de hope des eeuwigen levens. Hoe zijt ge daaraan gekomen? God werkt, versterkt én onderhoudt dat. Welke God, Die niet liegen kan, beloofd heeft voor de tijd der eeuwen. Hier is een belovend God.

't Is of ik Palus hoor zeggen: „De volheid des tijds komt. God heeft Zijn Zoon gezonden." Dat kostelijke werk. Zo wijst Paulus Titus op zijn bediening. Geloof, hoop en hefde, dat zijn de kentekenen der eeuwige verkiezende Liefde Gods. Wat is nu het kroontje op het werk? Gelijk Hij ons verkoren heeft in Hem! Zullen wij de kroon op een Remonstrants-Ethische richting zetten? Néén! We moeten God God kunnen laten! We zijn Zijn maaksel; van ons zelven dood in zonden en misdaden. De verkiezing kun je niet breken. Wie zegt dat er geen verkiezing is, loochent God! Hij is Souverein! Het kroontje op het werk der Verlossing. De verkiezing is onderworpen aan God. En het Vcrbo'nd der Verlossing is onderworpen aan de verkiezing. Als er geen verkiezing geleerd wordt is er ook geen verantwoording. Dwaze mensen die dat zeggen! Dan kon je niet zalig worden. Het kroontje op het werk der verheerlijking. Die twee lieve broeders Ds. Kersten en Ds. Visser zijn reeds voor de troon. O, arme wereld! God heeft Zijn Zoon, Jezus Christus, gegeven tot verlossing van al de zonden van Zijn volk. Paulus spreekt van de hope des eeuwigen levens. Daar is drieërlei dood. Wie is de oorzaak van de dood? Ik! Want de zonde is de oorzaak van de dood. Er is ook drieërlei leven. Natuurlijk, geestelijk en eeuwig leven. Geestelijk, dat is wat de Apostel zegt: „U heeft Hij mede levend gemaakt, -daar gij dood waart." Het is Gods genade.

De hope des huichelaars zal vergaan. Het geestelijk leven is het beginsel van het eeuwige leven. Ik ben nu 70 jaren. Ik sta hier in de hope des eeuwigen levens. O, straks te sterven in de hope des eeuwigen levens. Dan zal mijn graf geheiligd zijn. O, jong en oud, zijt gfe nog onbekeerd? Heden dan, 20 gij Zijn stemme hoort, verhardt u niet! O, volk van God, straks geen 30, 40 of 70 jaren, maar het eeuwige leven. Hier staat je oude dominee God te erkennen voor Zijn weldaden. Als ik iets van die hope krijg, dan maakt het mij klein en God groot. Hope des eeuwigen levens, dat doet mij danken vandaag. Hij is de God van de hope. God Die niet liegen kan. Óp die God heb ik hoop. Hier sta ik, nu 70 jaren, als de allerminste burger van Nederland. Nochtans is God mijn Heil, mijn Sterkte op grond van Zijn Getuigenis. O dood waar is uw prikkel, - hel waar is uw overwinning? Bedenkt het. God liegt ook niet in Zijn toom. Zult ge' onder de aanbieding des Evangelies verloren gaan? Dat zal wat zijn! O arme mens, dat zal wat zijn. God zal ook dan niet hegen. Daar ligt ook de troost voor Gods kerk. Hij is getrouw! Er is een eeuwige ruimte in. God is hun Schild in nood en dood. God Die niet hegen kan heeft het beloofd. De Vader belooft het aan de Zoon. De Zoon aan de Vader en de Heilige Geest belooft het de Vader en de Zoon. Die beloften zijn gegrond èn geopenbaard. Op die belofte hebben de vaderen 4000 jaren als het kompas in de naald gereisd. Toen de volheid des tijds daar was, zegt Paulus, heeft God Zijn Zoon gezonden. In Christus mag zo de kerk God aannemen als hun God. Dat zal zijn een thuiskomen in het Wezen Gods. God mocht dit alles nog zegenen. Gezongen wordt: Ps. 27 : 3.

Daarna spreekt Ds. Fraanje achtereenvolgens tot de Burgemeester van Barneveld, zijn mede-ambtsbroeders. Dr. C. Stticnblok en de studenten, de Kerkeraad en de Gemeente van Barneveld. Ten­ slotte richt hij ^zich in enkele gevoelvolle woorden tot Mevrouw Fraanje en familie, waarbij hij tevens gedenkt zijn zoon, die zich in Canada bevindt. Ds. Fraanje eindigt hierna met dankgebed.

Vervolgens wer'd de jubilaris toegesproken door ouderling Van Goor namens de Gemeente van Barneveld. De Burgemeester van Barneveld, Ds. de Blois namens het Curatorium der Theologische School, Dr. Steenblok namens docenten en studenten, Ds. van Stuyvenberg namens de Classis Barneveld, Ds. v. d. Berg namens de Particuhere Synode van het Oosten en Ds. Verhagen, die de rij der sprekers met een algemeen woord beëindigde. Ds. Verhagen verzocht te zingen uit Psalm 122 : 3 welke Psalm staande werd gezongen. Ds. Fraanje dankt allen voor de gesproken woorden en verzoekt nog te zingen uit Psalm 133 : 3 waarna deze dienst is beëindigd. De Heere heeft grote dingen onder ons gedaan, dies zijn wij verblijd!

ADRESVERANDERINGEN.

Het adres van de scriba der Ger. Gem. te Haarlem is thans: G. A. van Maaren, Marconistraat 47, Haarlem. Het adres van de Ger. Gemeente van Arnemuiden is: M. de Jager, scriba, Westdijkstraat 19, Arnemuiden.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1948

De Saambinder | 4 Pagina's

KERKNIEUWS

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1948

De Saambinder | 4 Pagina's