Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Barend en Johanna

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Barend en Johanna

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Johanna: Zou de smart over Israëls verharding, waarover Paulus schrijft in de brief aan de Romeinen 9:1, dan wellicht vanaf die tijd, dat hij een kort bezoek aan Jeruzalem bracht dateren? 

Barend: Waarschijnlijk wel, en dus is zijn kort verblijf in Jeruzalem wel te verstaan. Nadat hij dus verteld had van zijn werk en de vrucht die de Heere op die arbeid had gegeven, ging de tocht verder naar het eindpunt, naar de stad, die Paulus met Barnabas afgezonderd had tot het werk.

Johanna: Hoe lang heeft nu eigenlijk de tweede zendingsreis zo ongeveer geduurd, denkt u?

Barend: Ongeveer drie jaren, maar in elk geval had Paulus genoeg stof om te verhalen, wat grote dingen God met hen gedaan had. Waarschijnlijk heeft Paulus daar in Antiochië die ontmoeting met Petrus gehad, waarvan hij schrijft in Gal. 2 : 11: En toen Petrus te Antiochië gekomen was, wederstond ik hem in het aanlicht omdat hij te bestraffen was.

Johanna: Het lijkt mij, dat Paulus weliswaar een onverschrokken natuur had en als zodanig zeer geschikt voor zijn buitengewoon zware taak, maar was hij tegenover zijn mede-apostelen wellicht een beetje ongemakkelijk of zogenaamd baasachtig?

Barend: Om hem te begrijpen, moet je weten wat er aan de hand was met Petrus. Eer dat sommigen van Jacobus, dat wil zeggen, niet door Jacobus gezonden, maar uit de gemeente van Jacobus te Jeruzalem, en wel felle Judaïsten gekomen waren, at Petrus met de christenen uit de heidenen. En dat was goed, maar toen die Judaïsten er waren, onttrok hij zich en scheidde zichzelf af, vrezende degenen, die uit de besnijdenis waren. En ook de andere Joden veinsden met hem; alzo dat ook Barnabas mede afgetrokken werd door hun veinzing. Was het dan niet ten uiterste noodzakelijk, dat Paulus hem in het aangezicht wederstond? Wat had er van de vrijheid der evangeliekerk moeten worden, indien daar aan de strenge wettische ligging der Judaïsten geen krachtig halt was toegeroepen?

Johanna: Dat is wel waar, maar die Jeruzalemse Judaïstische broeders waren wellicht teleurgesteld, dat Petrus Jeruzalem verlaten ging, om met de gelovigen uit de heidenen mee te leven, en dat in zulk een ernstige tijd, dat de Zeloten opzweepten tot een oorlog met de Romeinen! Moeten wij om rechtvaardig te zijn, de zaak niet van twee zijden bezien?

Barend: Voor Petrus geldt als een verzachtende omstandigheid, voor zijn overigens laakbare houding, dat hij een ontzaggelijke verantwoordelijkheid moest dragen, welke zware last hem even deed bezwijken. Maar voor de Judaïsten, al waren het dan Joden met misschien enige weinige genade, zou ik geen verontschuldiging willen aanvoeren, want wat heeft Paulus er toch ontzettend veel mee te kampen gehad, vooral in de gemeente van Galatië.

Johanna: Petrus heeft de bestraffing van Paulus kunnen verwerken, zonder dat er een verwijdering door ontstond, want op latere tijd vinden wij hem in nauwe betrekking met de gemeenten in Klein-Azië en ook omgeven van zodanigen, die eerst in het gezelschap van Paulus verkeerd hadden, als Sylvanus en Marcus. Heeft zich dus Petrus later begeven op het arbeidsveld van Paulus?

Barend: Ja, en hij wilde zijn een medearbeider en navolger van Paulus, hoewel hij vooral de Joden in de verstrooiing, met zijn mond en pen wilde dienen (1 Petr. 1:1). Zeer opmerkelijk is het en voorzeker een bewijs van ootmoed en gewilligheid, dat Petrus zich door Paulus liet bestraffen. Augustinus heeft er van gezegd, dat Petrus nog moeilijker na te volgen is in het aanvaarden der bestraffing, dan Paulus in het geven van de terechtwijzing.

Johanna: Maar heeft het voorgevallene nog schadelijke gevolgen gehad voor Paulus? In het openbaar had hij toch gesproken tegen de Judaïsten en voor de heidenen? Konden die Judaïsten hem ook zo goed verdragen als Petrus?

Barend: Neen, integendeel. Tot hiertoe was de vrede tussen Joden en heidenen te Jeruzalem gesloten, bewaard gebleven, omdat bij beiden de liefde tot het Evangelie van Jezus Christus, de scheuring mocht voorkomen. Tot hiertoe had Paulus dus alleen maar te strijden met ongelovige Joden, niet met de Joodse christenen. Nu brak echter het verschil opnieuw uit en de gevolgen zouden spoedig merkbaar worden in al de gemeenten. Van die tijd af hebben de Judaïsten Paulus overal vervolgd, waar hij een werkkring vond.

Johanna: Hoe jammer dat Barnabas, die op het apostelenconvent Paulus zo trouw terzijde had gestaan, zich evenzeer tot huichelarij liet verleiden. Paulus liet hem er maar buiten, in verband met een vroegere verbittering. Nadat hij van zijn reis met Johannes Marcus naar Cyprus, waarbij geen zaken van betekenis waren voorgevallen, was wedergekeerd, was hij waarschijnlijk niet in de goede stemming, hij viel Paulus af en Petrus toe. Is het niet waar, dat de allerheiligsten, zolang zij in dit leven zijn, nog maar een klein beginsel hebben van die nieuwe gehoorzaamheid?

Barend: Barnabas was niet zo ootmoedig en van zelfverloochenende gezindheid als Petrus, en was diep in zijn hart het met de Judaïsten eens, die het Paulus niet konden vergeven, dat hij in het openbaar zo scherp . tegen hun stellingen was opgetreden, en na zijn heengaan een oproer tegen hem teweeg brachten, waarbij zelfs zijn apostolische waardigheid in twijfel werd getrokken.

Johanna: Maar Paulus mocht toch in Antiochië met blijdschap verhalen van de genade Gods te Filippi, Thessalonica, Berea en Corinthe?

Barend: Ja, maar ook van zijn lijden en strijd, en de gemeente heeft ongetwijfeld met verbaasdheid geluisterd naar de vertellingen van al die wederwaardigheden. Hij mocht nu wel eens een poosje rusten. Weer was een periode in zijn leven afgesloten. De tweede zendingsreis behoorde weer tot het verleden.

Barneveld

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 mei 1956

De Saambinder | 4 Pagina's

Barend en Johanna

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 mei 1956

De Saambinder | 4 Pagina's