Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Barend en Johanna

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Barend en Johanna

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Johanna: Groot is de Diana der Efeziërs hield dus in, weg met haar vijanden, dood aan de ketters. Met dat besluit gingen ze de straat op en gingen zij als brullende leeuwen door de straten. De list van Demetrius was dus volkomen gelukt, het door hem aangestoken vuur ging lustig branden. Maar wat schrokken de discipelen des Heeren wel?

Barend: De gehele stad werd vol verwarring door de oploop van mensen, hoewel niemand eigenlijk wist, wat er aan de hand was. Het was een oorverdovend gedruis en alles ging de kant uit van de schouwplaats, waar men gewoonlijk de volksvergaderingen hield, om daar de zaak door een openlijke behandeling tot beslissing te brengen.

Johanna: En zij trokken Gajus en Aristarchus, Macedoniers, metgezellen van Paulus op de reis, mee naar de schouwplaats. Dat was zeker, om ten minste iemand te hebben, tegen wie de aanklacht kon worden gericht?

Barend: Die mannen, wier enige misdaad was, dat zij metgezellen waren van Paulus in zijn dienst en lijden, wilde Paulus trachten te redden, waar zij zich om zijnentwil in zulk een groot gevaar bevonden, maar de discipelen lieten het hem niet toe, hetgeen zeer verstandig was. Zij wilden niet toelaten, dat hij zich in gevaar begeven zou, want immers zou hij nog veel harder worden behandeld als Gajus en Aristarchus, daar zij hem als .de aanvoerder der partij zouden achten.

Johanna: En sommigen ook der oversten van Azië, die hem vrienden waren, zonden tot hem en baden, dat hij zichzelf op de schouwplaats niet zou begeven. Wie en wat waren eigenlijk die oversten van Azië?

Barend: Het waren zogenaamde Asiarchen, dat waren hoofden van heilige spelen, dus aanvoerders bij de spelen op de heidense feesten, die Paulus welgezind waren, en eerbied en vriendelijkheid aan hem wilden bewijzen, door hem tegen te houden om zich in de schouwplaats te wagen. Het was immers duizend tegen één, dat het hem het leven zou kosten.

Johanna: Maar het volk was in volslagen razernij, want de één riep 'dit en de ander wat anders, want de vergadering was verward en het merendeel wist niet om wat oorzaak zij tezamen gekomen waren. Men begreep dus elkanders bedoeling niet goed?

Barend: Neen, en zij spraken ook elkaar tegen, zij wisten zelf niet wat zij wilden, en wisten de oorzaak van het tumult ook niet. En de Joden zouden wel aan de oploop deelgenomen hebben, maar in Efeze was hun invloed niet groot genoeg, maar toen het oproer eenmaal aan de gang was, waren zij spoedig er bij, om zo mogelijk het vuur aan te stoken.

Johanna: Het was dus de bedoeling dat Paulus en de zijnen op grond van een besluit van de volksvergadering, zouden worden gestraft met de dood of met een verbanning buiten de landpalen van Efeze?

Barend: Ja, maar kon dan die volksvergadering saamgeroepen wórden door de menigte van de straat? Moest dat niet plaats hebben in naam van de Romeinse proconsul of stadhouder? Het was een onwettige zaak van A tot Z. Johanna: Inderdaad, dat zou ook uit de toespraak blijken van de kanselier, de chef van het stadsbestuur, de houder ook van het stedelijk archief, hetwelk schrifte-

Hjke verslagen bevatte van alle openbare handelingen, vs'etten en bepalingen, dus vdj zouden hem nu noemen de secretaris. Althans zo iets zal hij wel geweest zijn, gelooft u dat ook?

Barend: Jawel, misschien was hij wel meer als de tegenwoordige burgemeester en bij deze wilde Paulus zich verantwoorden, maar het werd hem niet toegelaten. En dan lezen wij verder in vers 33: En zij deden Alexander uit de schare voortkomen, alzo hem de Joden voortstieten. Het doel was dus, dat deze Alexander de oorzaak van het oproer zou verklaren aan de stadsschrijver.

Johanna: Maar wie en wat was die Alexander voor een man, was dat een Jood, die door de Joden bekwaam geacht werd het woord te voeren?

Barend: We lezen in 1 Tim. 1 : 20: Onder welke is Hymeneüs en Alexander, die ik de satan heb overgegeven, opdat zij zouden leren niet meer te lasteren. Dat wil zeggen, dat de apostel Paulus, die beide mannen met de ban had afgesneden, en in 2 Tim. 4 : 14 staat: Alexander de kopersmid, heeft mij veel kwaad betoond; de Heere vergelde hem naar zijn werken. Paulus wilde Timotheüs waarschuwen voor die man, waaruit kan worden opgemaakt, dat hij te Efeze woonde, waar Timotheüs te dier tijd werkzaam was, als leider en voorganger der gemeente. Dus wordt algemeen gedacht, dat de Jood Alexander de kopersmid, dezelfde is geweest, als degene die de Joden voortstieten te Efeze.

Johanna: Dus dan was deze Alexander een afvallige, die eerst christen was geweest, door de ban daarna was afgesneden, en daarna weer gemene zaak makende met de vijanden van het Evangelie. Hij was dus iemand, die als een huichelaar openbaar gekomen was?

Barend: Ja, voor zijn bekering tot het christendom heeft hij waarschijnlijk gewerkt bij Demetrius, hoewel het hem als Jood een schande was, terwille van grote verdienste, mee te werken tot de instandhouding van de afgoderij der heidenen. Toen het Woord Gods te Efeze kwam en de overhand kreeg, werd hij ook een zogenaamde christen, maar het kwam hem niet in de gedachte, dat hij daardoor zou moeten afstand doen van die werkzaamheden.

Johanna: Juist, en toen daartoe de eis krachtiger werd, gaf hij er de voorkeur aan om zijn belijdenis te verzaken, liever dan het voordelige werk prijs te geven. Hij leed dus schipbreuk aan het geloof?

Barend: Ja, maar ook ging hij toen met de dwalingen yan Hymeneüs, die hem wel meer vrijheid zal gegeven hebben om zijn werkkring vast te houden. In dit oproer stelde hij zich openlijk aan de zijde der vijanden, om weer bij de Joden in een goede reuk te komen en om aan Demetrius te bewijzen, hoezeer hij zijn belangen diende.

Johanna: Wat een verachtelijke huichelaar was dat. Misschien was hijzelf ook bang, dat zijn baan er aan zou gaan, als er geen tempeltjes meer werden gekocht?

Barend: Natuurlijk, het één kwam bij het ander. In elk geval zocht hij ook minstens de verbanning van Paulus uit Efeze te helpen bevorderen. De Joden wisten niet beter te doen, dan hem de kolen uit het vuur te laten halen. Wel had hij er niet veel zin in, wellicht had hij toch nog wroeging in zijn geweten, of anders voorzag hij, dat de hele zaak op een mislukking zou uitlopen.

Barneveld

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juli 1956

De Saambinder | 4 Pagina's

Barend en Johanna

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juli 1956

De Saambinder | 4 Pagina's