Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De val der Engelen II

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De val der Engelen II

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard. Judas : 6

Ai is ons verstand aanvankelijk verlidit door Gods Geest ia de wedergeboorte, desniettegenstaande moeten wij igedurig igewaar worden, dat er nog zoveel duisternis in ons overgebleven is, dat wij tot een recht verstaan van de Schriften telkens nodig hebben de onderwijzingen van boven. De profetische bediening van Christus wordt steeds noodzakelijker voor ons. Gods Geest mocht ons ook in dit gewichtige S'tuk voor- en toelichten.

De engelen zijn ook door God geschapen. Wanneer zij geschapen zijn is ons niet meegedeeld in de Schrift. Wel weten wij uit Job 38, dat toen God de aarde grondde, de morgensterren tezamen vrolijk zongen en de kinderen Gods juichten. Al is het dan niet met zekerheid te zeggen, toch is er wel enige grond, met sommige onzer godgeleerden te deniken aan de eerste dag. De engelen zijn tegelijk geschapen in een vol getal. Zo geheel anders is dus de schepping van de engelen dan van de mensen. Uit enen 'bloede heeft God het ganse geslacht des mensen gemaakt. Het zijn ook geesten, zodat er 'geen bloedverwantschap bestaat onder de engelen, gelijk dat wel het geval is bij de mensen. Engelen zijn zelfstandige, geestelijke wezens, ibegaafd met heerlijke vermogens van verstand, wil en kracht. Zij hebben geen stoffelijk bestaan, alhoewel zij soms ©en lichaam voor een tijd kunnen aannemen tot verrichting van hun werk, en dat weer aflegden wanneer zij weer terug gingen naar de hemel. Dat het getal der engelen ontzaglijik gi-'oot is lijdt geen twijfel. Toen Jacob aan Mahanaïm was, zag hij een heirleger van engölen. De profeet Elisa zag, dat de berg vol was van vurige paarden en wagenen. En met Psalm 68 : 9 zingen wij in de oude berijming: Veel duizend engelen zeer sohoon Dienen de Heer' voor Zijnen troon, En zijn ook Zijn heirkraohten.

Ja, Christus sprak in Gethsémané tot Zijn discipelen: „Óf meent gij, dat Ik Mijn Vader nu niet kan bidden, en Hij zal Mij meer dan twaalf legioenen engelen bijzetten". En om niet meer bewijzen bij te brengen, laat ons besluiten met Dan. 7 ; 10: „Een vurige rivier vloeide en ging van voor Hem uit; duizendmaal duizenden ddenden Hem, en tienduizendmaal tienduizenden ston'den voor Hem". Nu heeft God alles geschapen om Zijns Zelfs wil, dat is tot Zijn heerlijikheid. Daar onder zijn dan ook de engelen begrepen. Zo is het ook met de praedestinatie. De praedestinatie is het besluit Gods aangaande de eeuwige staat der redelijke schepselen. Onder die redeUjke schepselen vaUen ook de engelen.

Zeer duidelijk spreekt Paulus in 1 Tim. 5 : 21 van de uitverkoren engelen, en in onze tekst lezen wij van de verwerpiag der engelen, gelijk ook in Matth. 25 : 41 en 2 Petr. 2 : 4. Zij hebben hun ibeginsel niet bewaard; of gelijk het ook vertaald kan worden: hun eigen beginsel niet bewaard. Zij waren als zulke heerlijke kreaturen met hun krachten en gaven door God voortgebracht, opdat zij de heerlifkheid van God zouden dienen, de soevereine hoogheid huns Gods. En nu hebben zij, gelijk één on­ zer geachte bijbelverklaarders opmerkt, die reden van hun bestaan verloochend. Zij hebben hun beginsel niet bewaard. Alie schepsel is en blijft in alles geheel afhankelijk van. God, dat schepsel zij dan boos of goed. Maar nu is de wil Gods voor het redelijk schepsel, dat het die toestand en die verhouding tot God erkenne en volkomen aanvaarde. Aan God gdbonden is de zaligheid en los van God de rampzaligheid.

Adam, in de staat der rechtheid, is door God beproefd geworden, of hij de soevereiniteit Gods vdlde aanvaarden met zijn gehele hart. Dat hij onder God wilde staan en God wilde dienen, niet omdat het niet anders kon, doch omdat hij niet anders wilde en begeerde. Het schijnt, dat het ook reeds tevoren in de engelenwereld tot zulk een krisis gekomen is, waarbij het de vraag was, of zij hvn positie waarin God ze geschapen had, wilden aanvaarden. Want dit is de regel Gods, dat Hij door de redelijke schepselen met hun besef en met hun wil als Heere erkend wil worden. Het kwam er dus op aan, of de heilige engelen, de talloze hemelse heirscharen, zo vol heerlijkheid en mogendheid, hun beginsel zouden bewaren; de reden en de regel van hun bestaan hun ingegrift zouden erkennen en daarnaar handelen, namelijk dat zij er waren om God. Niet altijd tevreden en onderworpen, maar verblijd, dat God hun tot dat einde geschapen had; verheugd, dat de volkomen heerlijkheid' Gods hun verlustiging was. Helaas zijn er 'geweest, die hun beginsel niet bewaard hebben. Wat zij waren, hebben ze voor zichzelf willen zijn er niet voor God. Zij hebben, zo het hier wordt uitgedrukt „hmi eigen woonstede verlaten", d.w.z. hun positie ten opzichte van God verloochend. Zij hebben trouweloos, snood en ondankbaar hun aangewezen post verlaten. Wat een vreselij'ke misdaad. Zij wildten zelf God zijn en niet langer mee ijveren voor Zijn heer-

Zij hebben dus God verworpen en zichzelf willen handhaven. Zij hebben hun stelling tegenover God omgekeerd; hun positie vervalst. Zij hebben daardoor de leugen tot hun element verkozen, en dienovereenkomstig is dan ook, sedert him. val, geheel him 'leven. De duivel wordt dan ook de vader der - leugen genoemd, omdat hij in de waarheid niet staande gebleven is.

Zij hebben het beginsel der heiligheid, dat zij van dea beginne gehad hebben, niet bewaard. Zij zijn door hua verleiding allen onrein geworden, boos, enkel vijandschap tegen God, vei-vuld met alle boosheid, haat en nijd. Daarom worden ze genoemd: onreine geesten, boze geesten, ja geestelijke boosheden. 'De overste der duivelen wordt Beëlzebul genoemd; de vijand bij uitstek. De vraag kan gedaan worden, hoe konden de engelen vallen, daar zij tooh allen goed geschapen zijn? Dat antwoord is niet inoeilijk te vinden. Zij waren wel goed. doch veranderlijk goed geschapen, gelijk de eerste mens. De ®oede engelen hebben allen kunnen vallen, hoewel zij nu bevestigd zijn in hun staat en altijd zien het aangezicht des Vaders (Matth. 18 : 10). Zij zijn daartoe ook uitverkoren (1 Tim. 5 : 21). Hoe zij bevestigd zijn in hun staat, 'kunnen wij niet met zekerheid zeggen, immers niet door genade van de Middelaar, hoewel Christus ook is het hoofd van de goede engelen. Wij zingen immers in Psalm 24 : 5 van de verhoogde en verheerlijkte Christus: Wie is die Vorst, zo groot in kracht? 't Is 't Hoofd van 's 'hemels legermacht; Hem eren wij met lofgezangen.

En naar Hebr. 1 : 6 'Zuilen ook al de engelen Gods, Hem aanbidden. De kwade engelen zijn van eeuwigheid verworpen. In Matth. 25 : 41 wordt gesproken van een eeuwig vuur, hetwelk de duivel en zijn engelen bereid is. Ondertussen neemt dit niet weg, dat zij vrijwülig afgevallen zijn; maar hier in zijn diepte, voor ons ondoorgrondelijk, gelijk ook in de val van Adam onze eerste vader. God heeft wel de val der engelen van eeuwigheid heiliglijk gewild en vastgesteld, doch zij hebben zelf gezondigd uit hun eigen (Joh. 8 : 44). Zonder nooddwang; zij hebben vrijwillig gezondigd. Moedwillig hebben tzij hun beginsel verlaten. Wanneer zij gevallen zijn wordt ook niet klaar 'geleerd in de Schrift; alleen kan men waarschijnlijk besluiten, dat zij niet voor de zevende dag gevallen zijn, omdat toen alles, wat God gemaakt had, nog goed was volgens Gen. 1 : 31. Satan met al zijn trawanten 'heeft zich vergrepen aan de allerhoogste majesteit Gods; Zijn heerlijkheid gekrenkt, en getracht het verheven doel Gods in de schepping te verijdelen.

Grand Rapids

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 1959

De Saambinder | 4 Pagina's

De val der Engelen II

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 oktober 1959

De Saambinder | 4 Pagina's