Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Dordtse leersegels. Hoofdstuk 5. Art.4

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Dordtse leersegels. Hoofdstuk 5. Art.4

Verwerping der dwalingen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Die leren: dat de ware gelovigen en wedergeborenen kunnen zondigen de zonde fot de dood of tegen de Heilige Geest.

Dewijl dezelfde apostel Johannes, nadat hij in het vijfde hoofdstuk van zijn eerste brief, vers 16 en 17, gesproken had van degenen, die tot de dood zondigen, en verboden had voor hen te bidden, zo voegt hij daarbij terstond in het 18e vers: „Wij weten dat een iegelijk, die uit God geboren is, niet zondigt (versta: met zulke zonde) maar die uit God geboren is, bewaart zichzelf, en de boze vat hem niet".

DE WARE GELOVIGEN KUNNEN DE ZONDE TEGEN DE HEILIGE GEEST NIET BEDRIJVEN

De remonstranten leren, dat een ware gelovige de zonde tegen de Heilige Geest kan bedrijven.

De remonstranten staan eigenlijk aan de kant van de socinianen, navolgers van de gebroeders Socinus, Poolse edellieden, die leefden ten tijde van de Reformatie. De socinianen loochenden dat de Heilige Geest een Goddelijk Persoon is, maar leerden dat Hij slechts een kracht van de Vader is of een gezindheid van de Zoon. Er is bij de socinianen dus eigenlijk niet echt sprake van 'lasteren, omdat men een kracht en een gezindheid nu eenmaal niet kan lasteren. Bij de socinianen bestaat dus eigenlijk de zonde tegen de Heilige Geest niet zoals Gods Woord dat bedoelt.

Gods Woord noemt de zonde tegen de Heilige Geest een zonde tot de dood, een onvergeeflijke zonde. Christus spreekt er van in Markus 3: „Voorwaar zeg Ik u, dat al de zonden der kinderen der mensen zullen vergeven -worden, en allerlei lasteringen, waarmede zij zullen gelasterd hebben; maar zo wie 'gelasterd zal hebben tegen de Heilige Geest, die heeft geen vergeving in der eeuwigheid, maar hij is schuldig des eeuwigen oordeels".

Ook de apostel Johannes spreekt van deze zonde: „-Er is een zonde tot de dood; voor die zonde zeg ik niet, dat 'hij zal bidden" - (1 Joh. 5 : 16b).

De remonstranten erkennen geen zonde tegen de Heilige Geest in dergelijke zin; zij geven er een andere inhoud aan. Dan zeggen ze verder, dat de ware gelovigen en wedergeborenen deze zonde dan wel kunnen bedrijven, maar dan ook al weer omdat de wedergeboorte slechts een hulp van God zou zijn, niet het soevereine werk Gods alleen.

Gods Woord leert echter, dat deze zonde door een ware gelovige niet kan bedreven worden. Christus, noch Johannes spreekt over de waarachtige wedergeborenen wanneer er van de eonde tegen de Heihge Geest gesproken wordt. Beiden leren niet dat een ware discipel of een oprecht gelovige lasteringen tegen de Heilige Geest 'kan voortbrengen. Christus spreekt juist over de -goddeloze farizeërs, die lasterend beweerden.dat Jezus door de duivel de duivelen uitwierp. Ook Johannes heeft het niet over de wedergeborenen, maar wel dat er mensen zijn, die deze verschrikkehjke zonde doen, ook al behoren zij tot de christelijke gemeente des Heeren. Niet al de zichtbare leden van de gemeente van Christus wordten door de Heere - bewaard voor de zonde tegen de Heih'ge Geest. Echter wel de wedergeborenen, die uit God geboren zijn, en van dezen zegt hij: „Wij wetendat een iegelijk, - die uit God geboren is, niet zondigt (namelijk de zonde tegen de Heilige Geest); maar die uit God geboren is, 'bewaart zichzelf, en de boze vat hem niet". Helaas, niet ieder uiterhjk lid van de 'ksik des Heeren is ook een wedergeborene, die uit God geboren is.

De leer der remonstranten is in strijd met het geopenbaarde Woord des Heeren. Zij is een leer, die het iwerk Gods onteert en de troost voor Gods kerk wegneemt. Juist de ware troost is toch alleen, dat de Vader heeft uitverkoren naar Zijn soeverein welbehagen; dat de Zoon Zijn keik: 'gekocht heeft door de koping met Zijn bloed; dat het wei^k van de Heihge Geest in de harten d§r gelovigen niet veibroken kan worden. Hierom zal Gods volk dan alle listige verleidingen van satan te boven komen, • zullen ze het vlees en de wereld overwinnen door het geloof, om een drieënig God daarvoor de dank toe te brengen tot in eeuwigheid.

's-Gravenhage

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 1960

De Saambinder | 4 Pagina's

De Dordtse leersegels. Hoofdstuk 5. Art.4

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 1960

De Saambinder | 4 Pagina's