OUDJAAR De lankmoedigheid Gods

De Heere vertraagt de belofte niet (gelijk enigen dat traagheid achten), maar is lankmoedig over ons, niet willende dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen. Maar de dag des Heeren zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen branden zullen en vergaan, en de aarde en de werken, die daarin zijn, zullen verbranden. 2 Petrus 3 : 9-10.

Het jaareinde predikt ons het einde van deze wereld. Dat einde is niet ver meer, want wij leven tussen de eerste en de tweede komst van Christus. Ja, Hij, Die te komen staat, zal komen, niet om opnieuw te lijden en te sterven, maar om te oordelen de levenden en de doden. Over die wederkomst van Christus gaat het in het hoofdstuk, \^aaruit de woorden van onze overdenking genomen zijn.

Petrus weerlegt en waarschuwt de spotters, die zeiden: Waar is de belofte Zijner toekomst? Want van die dag, dat de vaders ontslapen zijn, blijven alle dingen alzo gelijk van het begin der schepping. Ook nu zijn er velen, die durven te spotten met God en Zijn dienst, ja, zelfs het allerheiligste ontzien zij niet. Zo lacht men ook om de oordeelsdag! Fabels zijn het!

Tot hen nu zegt Petrus, dat zij niet moeten menen, dat die dag des oordeels niet zal aanbreken, omdat tot nu toe dat oordeel uitbleef! De Heere komt zeker en gewis, want Hij heeft Zelf gezegd: Ziet, Ik kom haastig. Alleen, Hij rekent anders dan wij. Eén dag is bij de Heere als duizend jaren en duizend jaren zijn als één dag. Wij zijn aan de tijd gebonden, maar Hij woont in de eeuwigheid. Hij staat boven dé tijd en daarom hééft Hij de tijd. Hij meet met een andere maat dan wij, want wat is kort of lang in eeuwigheidslicht?

Neen, de Heere talmt niet en Hij is niet traag om te komen! Hij haast Zich zelfs om Zijn raad te volvoeren. Doch Hij komt niet voordat Hij Zijn doel bereikt heeft en tot zolang houdt Hij Zijn toorn in, want dat is eigenlijk Zijn lankmoedigheid. Daarom heeft Hij zoveel geduld met goddelozen!

Hoe schittert Gods lankmoedigheid- door de geschiedenis der mensheid. Ook dit jaar greep de Heere nog niet in. Zeker, wij beleven bange dagen van oorlogsdreiging, terreurdaden en ontvoeringen. Toch spaarde de Heere die wereld vol zonden en ongerechtigheden tot op de huidige dag! En het groot ffe wonder is, dat Hij ons spaarde; dat Hij met ons niet in het gericht trad! In plaats van te doen naar onze zonden, overlaadde Hij ons dag aan dag met Zijn gunstbewijzen, want zegt het: Heeft het u aan iets ontbroken?

Daarbij komt, dat Hij ons nawandelde met Zijn Woord en klopte aan de deur van ons hart. En wat deden wij? Hebben de goedertierenheden ons geleid tot bekering? Zijn wij de Heere te voet gevallen? Of hebben wij geroepen: Wijk van mij, want ik heb geen lust aan de kennis Uwer wegen. Maar moeten wij ons er dan niet over verwonderen, dat de Heei-e ons tot nu toe droeg en verdroeg? Maar, zult u zeggen, waarom is de Heere dan zo lankmoedig? Waarom heeft de Heere met de wereld en met ons zoveel geduld? Het is, omdat de Heere vredegedachten heeft. Er moeten er nog toegebracht worden, want Zijn hius moet vol worden! Petrus zegt in onze tekst: Hij wil niet, dat er enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen!

Bedoelt Petrus met deze woorden, dat de Heere alle mensen wil zaligmaken? Dat menen de Remonstranten. Zij zeggen, dat Christus voor alle mensen geleden heeft en gestorven is en dat Hij ze allen wil zaligmaken! Maar dat leert Gods Woord nergens! Want al is het, dat Christus' lijden en sterven genoegzaam is voor de zonden van de gehele wereld, toch bidt Hij niet voor de wereld, maar voor degenen, die Hem van de Vader gegeven zijn. Het is nooit Gods wil geweest om alle mensen zalig te maken! Want dan zouden ook alle mensen zeker zalig worden! Wie toch kan Zijn wil wederstaan? Zou de almachtige hand dan verkort zijn?

Doch dit is Petrus' bedoeling niet! Petrus wil zeggen, dat de Heere niet wil, dat er enigen verloren gaan van degenen, die Hij uit de hand Zijns Vaders ontving! Pas wanneer van hen de laatste zal zijn toegebracht, dan zal het einde van de wereld aanbreken! Waarom bestaat de wereld nog steeds? Opdat Monarchen, vorsten en presidenten hun roem en macht vergroten? O, neen! Het is alleen, omdat God Zijn raad nog niet volvoerd heeft. Er liggen er nog onder het zegel der verkiezing en óók zij moeten toegebracht worden. De Heere is daarom zo lankmoedig, omdat Hij u de tijd wil geven om u tot Hem te bekeren; want Hij heeft geen lust in de dood van de goddeloze, maar daarin, dat deze'zich bekeert en leeft. Daarom heeft Hij ook aan u dit jaar weer zoveel arbeid der liefde laten ten koste leggen! Daarom zond Hij tot u Zijn knechten, die u baden van Christus' wege: Laat u met God verzoenen! Daarom overlaadde Hij u met zegeningen, opdat uw hart eronder verbreken zou. Daarom, bezocht Hij u met allerlei beproevingen, opdat u zou inzien, dat hier het ware leven niet te vinden is en opdat u het bij Hem zou zoeken!

Ja, waarom heeft de Heere u tot op vandaag gespaard? Omdat er Eén was. Die zei: Laat hem ook nog dit jaar, totdat ik om hem gegraven en mest gelegd zal hebben. Hoe ontzettend dan, als de vruchten van geloof en bekering op Gods liefdearbeid uitblijven, als u de rijkdom van Gods goedertierenheid en lankmoedigheid veracht! Want dan vergadert ge u toorn als een schat in de dag des oordeels! En die dag komt! Aan Gods lankmoedigheid komt eens een einde, en wel op het alleronverwachts! Die dag toch komt als een dief in de nacht! Wanneer komt een dief? Als niemand hem verwacht en als iedereen Hgt te slapen! Als men precies wist, wanneer de dief kwam, zou men zeker maatregelen nemen en zijn huis niet laten doorgraven! Doch een dief slaat altijd op het aileronverwachts zijn slag. Maar zo zal het ook zijn met de komst des Heeren. Zeker, de Heere heeft ons wel tekenen aangewezen, die ons prediken, dat die dag nabij is. Hij heeft gesproken over de hoge vlucht der wetenschap en der techniek, over de toenemende ongerechtigheid en voortgaande ontkerstening, over oorlogen en aardbevingen, en zo zouden meer dingen te noemen zijn. Doch deze tekenen mogen ons zeggen, dat het einde

nabij is, toch zal dat einde nog onverwachts plaatsvinden. Welk een ontzettende dag zal dat zijn. De hemelen, dat is de wolken- en sterrenhemel zullen ineenstorten met gedruis. De zon zal verduisteren en de maan zal rood worden als bloed, terwijl de sterren van de hemel vallen als rijpe vijgen! Tegelijkertijd zal echter ook de aarde ónder die hemel bewegen, want de elementen zullen branden en vergaan en de aarde en de werken, die er in zijn zullen verbranden. Alles zal ineenklappen, wat de mens gemaakt heeft. Niets zal overeind blijven staan. Alles zal met de grond gelijkgemaakt worden.

Neen, alle dingen blijven niet alzo gelijk van het begin der schepping! Alles werd door de zonde bezoedeld. Alles zal dan ook door vuur gereinigd en gelouterd worden. Ontzettende dag voor allen, die vreemdeling bleven van genade. Zij zullen ondervinden, dat het vreselijk is te vallen in de handen van een levend God! Want onze God is een verterend vuur! Dat wij dan met die dag ernstig rekening hielden! Dat wij onze Rechter om genade smeekten terwijl het nog het heden der genade is!

Dat er geen rust voor ons zou zijn voor wij ons in Christus geborgen wisten! Voor hen toch is die vreselijke dag een zalige dag. Zij zullen aan Gods rechterhand geplaatst worden en tot hen zal gezegd worden: „Komt gij gezegenden Mijns Vaders, beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld". Toe, zou dat blij vooruitzicht u niet strelen? Daarom, sla de pinnen hier niet al te vast in, maar verwacht veelmeer de stad, die fundamenten heeft, welker kunstenaar en bouwmeester God is. Daarvan mocht Guido de Bres iets beoefenen.. Daarom besloot hij zijn geloofsbelijdenis met deze woorden: „Daarom verwachten wij die grote dag met een groot verlangen, om ten volle te genieten de beloften Gods, in Jezus Christus, onze Heere".

Amersfoort.

Ds. J. van Haaren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen