Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE INTREDE VAN DE BASISSCHOOL (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE INTREDE VAN DE BASISSCHOOL (5)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De onderwijsgevenden
Onder verantwoordelijkheid van het bestuur verzorgen de onderwijsgevenden de opvoeding en het onderwijs aan de kinderen van 4 tot 12 jaar. Wat de onderwijsgevenden betreft zijn bij de intrede van de basisschool verschillende veranderingen te noemen.
Elke basisschool krijgt in de meeste gevallen een directeur, die kan worden bijgestaan door een adjunct directeur. Er is landelijk nogal gestreden om een twee-hoofdige leiding van de basisschool mogelijk te maken. De voorstanders hebben dit bereikt. Zo zijn er op sommige basisscholen nu twee directeuren, elk in een deeltijdbetrekking. Op onze scholen is dit niet het geval. Als gegrond bezwaar wordt terecht aangevoerd, dat twee kapiteins op een schip het schip onbestuurbaar maakt.
Op de scholen zijn er nu meestal wel een directeur en een adjunct-directeur. Deze laatste is verantwoordelijk voor de gang van zaken bij afwezigheid van de directeur. De verschillende werkzaamheden worden verder onderling verdeeld.
Onderwijsgevenden, kleuterleidsters, meesters en jufs, heten voortaan groepsleerkrachten, zoals reeds in veel advertenties te lezen stond.
Daarnaast kunnen er aan de school nog vakleerkrachten verbonden zijn voor b.v. handwerken of gymnastiek.
De groepsleerkrachten geven les aan groepen.
Daarmee is de benaming "klassen" op de achtergrond geraakt. We hebben in onze basisscholen de groepen 1 tot en met 8. Een kind wat voor de zomervakantie in klas 1 zat, zit nu in groep 4 van de basisschool.
Groepsleerkrachten mogen de les geven aan alle groepen. Zo mag een kleuterleidster les gaan geven aan kinderen van de hoogste klassen van de lagere school. Een meester of juf uit de hoogste klassen van de lagere school zal het onderwijs aan de jongste leerlingen in het basisonderwijs mogen verzorgen.
De opleiding voor groepsleerkrachten is sinds augustus 1984 een ongedeelde opleiding geworden. De opleiding voor kleuterleidster en de opleiding voor onderwijsgevende van kinderen van 6-12 jaar is nu één geheel geworden: een vierjarige opleiding aan de Pedagogische Academie voor Basisonderwijs (PABO).
Groepsleerkrachten zijn dus door de hele school inzetbaar. Op verschillende scholen is hier nu al gebruik van gemaakt. Enkele scholen hebben b.v. reeds een kleuterleidster benoemd voor of geplaatst in een middengroep van de basisschool. In sommige situaties is dat gedaan vanwege het feit, dat er geen onderwijzeres) beschikbaar was. In andere gevallen is het opzettelijk gedaan.
Groepsleerkrachten zullen wel een zekere voorkeur blijven houden b.v. voor de kleuter of de oudere leerling in het basisonderwijs. De verschillende typen leerlingen binnen het basisonderwijs blijven. Er moet anders worden lesgegeven aan kinderen van 4 jaar dan aan kinderen van 12 jaar.
Anderzijds biedt de breedinzetbare groepsleerkracht mogelijkheden om van het onderwijs op de oude kleuterschool en lagere school goed kennis te kunnen nemen. Wanneer de leerkrachten wisselen komt men met eikaars problematiek in aanraking, wat de aansluitingen binnen het basisonderwijs ten goede kan komen. Een en ander leidt daarbij waarschijnlijk tot een beter verstaan van elkaar.

Schoolwerkplan
De onderwijsgevenden hebben vorig cursusjaar (1984-1985) hun eerste schoolwerkplan moeten schrijven. Op voorstel van het team heeft het bestuur het vastgesteld. Dat heeft vorig jaar veel extra werkzaamheden met zich meegebracht. In dat schoolwerkplan hebben de onderwijsgevenden aangegeven hoe zij hun onderwijs in dit jaar willen inrichten en wat zij met hun onderwijs wensen te bereiken. Dit cursusjaar moeten de onderwijsgevenden verder gaan met onderwerpen, die door hen als knelpunt zijn gesignaleerd.
Werken aan het schoolwerkplan geeft de mogelijkheid om zich bewuster bezig te houden met de vele facetten van het schoolleven. Er moet werden nagedacht over wat men met het onderwijs wil en vanuit welke opvattingen men bepaalde activiteiten wil ondernemen.
Hier is alle ruimte voor een eigen bijbelse doordenking. Dit blijft een gewichtige opdracht die moeilijk is omdat:
- veel huidige onderwerpen worden ingevuld vanuit een anti-christelijk denken, zodat een geheel eigen invulling moet worden gegeven.
- het onderwijs zich richt op de maatschappij.
Daar komt ten volle het spanningsveld naar voren: wel in de wereld, maar niet van de wereld.
- veel boeken over de huidige problematieken kunnen alleen met zeer groot voorbehoud worden gehanteerd, omdat zij alleen uitgaan van het goede in een mens en het kind. Zij loochenen de realiteit van de zonde en de genade door genade.
Het is dringend gewenst bij elke gelegenheid die zich voordoet de handen ineen te slaan om samen na te denken over hoe reformatorisch basisonderwijs er in de praktijk moet uitzien, zonder dat daarbij iets van onze grondslag aan waarde inboet.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Saambinder | 8 Pagina's

DE INTREDE VAN DE BASISSCHOOL (5)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Saambinder | 8 Pagina's