Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van het Vaderschap Gods

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van het Vaderschap Gods

Zondag 9

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het eerste deel van de 12 artikelen handelt van God de Vader en onze schepping. Onze Catechismus besteedt twee Zondagen aan dat eerste deel. De schepping van hemel, zee en aarde is alleen door het geloof te verstaan. De apostel zegt in Hebreën 11 : 3 : "Door het geloof verstaan wij, dat de wereld door het Woord Gods is toebereid".
De schepping is het werk van een drieënig God. God de Vader is de eeuwige Vader van onze Heere Jezus Christus. Het Vaderschap Gods is niet in de schepping gegrond en ving ook niet aan bij de schepping. Maar wel blijkt uit de schepping dat God Vader is. De wijsgeren onder de mensen namen in hun kortzichtigheid de eeuwigheid der schepping aan. "Anders", zo zeggen zij, "zou God voor de schepping zonder voorwerp van werkzaamheid en liefde geweest zijn". God zou een eenzaam God zijn. De wijsheid der wereld is dwaasheid bij God. Zou God de wereld en de mensen hebben geschapen om Zijn eenzaamheid op te lossen? Zou Hij schepselen nodig hebben om Zich te vermaken?
De Heere Jezus was zijn vermaking van eeuwigheid af. De Zoon van God zegt in Spreuken 8 : 22: "De Heere bezat Mij in het beginsel Zijns wegs, vóór Zijn werken van toen aan". De tweede Persoon in het aanbiddelijke Wezen Gods was een Voedsterling bij God. Hij was dagelijks Zijn Vermakingen, te aller tijd voor Zijn aangezicht spelende. God de Vader deelt aan Zijn Zoon van eeuwigheid tot eeuwigheid hetzelfde goddelijk Wezen mee. In God is geen vervolg van tijd, doch een eeuwig onveranderlijk heden. Zo lezen we in Psalm 2 : 7 : "Ik zal van het besluit verhalen; de Heere heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd". De uitgangen van Christus zijn van ouds, van de dagen der eeuwigheid. Zijn Naam is Vader der eeuwigheid.
De man die onvernuftiger was dan enig iemand zegt in Spreuken 30 : "Hoe is Zijn Naam, en hoe is de Naam Zijns Zoons, zo gij het weet?" Het Vader-zijn behoort tot het Wezen Gods. De eeuwige Vader van onze Heere Jezus Christus is Schepper, en de Schepper is Vader. Wat is eigenlijk scheppen? Scheppen is iets voortbrengen uit niets. Dit kan geen mens. Daarom lezen we in de aanheft van de 12 artikelen: "Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde". De schepping was het eigen personele werk des Vaders. Maar de Zoon en de Heilige Geest waren daarbij niet uitgesloten.
Ach, ik zou u veel teksten kunnen noemen, waaruit blijkt dat ook de Zoon en de Heilige Geest Schepper zijn. Dat de hoofdzaak ons echter niet ontga.
Er wordt veel gesproken en geschreven over het ontstaan en bestaan van de wereld. De leer van Darwin maakt grote opgang. Hij leert dat alle levende wezens zich trapsgewijze door na- tuurkeus tot hun tegenwoordige staat ontwikkeld hebben uit de cel. Maar Ursinus zegt in zijn Schatboek: "De wereld kon zonder God niet ontstaan en kan ook zonder God niet bestaan". Alles wat niet is naar het Woord van God, zal geen dageraad hebben. De eeuwige Vader van onze Heere Jezus Christus heeft hemei en aarde met al wat er in is uit niet geschapen. Hij onderhoudt en regeert ze nog door Zijn eeuwige raad en voorzienigheid. Over dit laatste stuk handelt Zondag 10. Daarover dan zo de Heere wil de volgende keer.
Het gaat over de kern van Zondag 9; en die kern is dat God om Zijns Zoons Christus' wil mijn God en mijn Vader is. Wat baat het de mens al gewint hij de gehele wereld? God is de Vader van Zijn volk. Dat kan alleen door wondervolle herschepping.
Door de zonde is God onze Vader niet meer, maar onze Rechter. Adam onttrok zich van het Vaderhart Gods. Hij legde het oor te luisteren aan de vorst der duisternis. De mens heeft tot de duivel gezegd: "Wees gij koning over ons". Dat heeft God de Vader gesmart aan Zijn Vaderhart.
In Genesis 6 lezen we dat het de Heere berouwde dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem aan Zijn hart. De Heere besloot de mens van de aarde te verdelgen. En dan lezen we een wonderlijk Woord Gods in de Bijbel. Er staat in Genesis 6 : 8 : Maar Noach vond genade in de ogen des Heeren". Om Christus' wil wordt Gods volk uit genade tot kinderen Gods aangenomen. Dat de mensen de Zoon van God smaadden, Hem sloegen en aan het kruis nagelden, was niet het ergste. Wat was dan wel het ergste?
Dat Christus van God verlaten is geweest. Het Vaderhart Gods sloot zich voor Zijn enige, geliefde Zoon, opdat Zijn volk tot God genomen en nimmermeer van Hem verlaten zou worden. Ziet, hoe grote liefde ons de Vader gegeven heeft, namelijk dat wij kinderen Gods zouden genaamd worden, zo zegt de apostel Johannes.
En het is de apostel Paulus een oorzaak van grote verwondering dat Christus hem heeft liefgehad en Zichzelf voor hem overgegeven heeft. God de Vader wil van Zijn kinderen vertrouwd zijn. Wat te denken van kinderen die hun ouders niet vertrouwen? O, wat kan er een twijfel zijn in de harten van Gods volk. Welk een wantrouwen en verdenking van dat lieve Wezen. In Zondag 34 wordt de Kerk opgewekt om de Heere alleen te vertrouwen, in alle ootmoedigheid en lijdzaamheid Hem alleen te onderwerpen, van Hem alleen alle goeds te verwachten, Hem van ganser harte lief te hebben, te vrezen en te eren.
In het slot van het antwoord op vraag 26 lezen we: "En ook al het kwaad, dat Hij mij in dit jammerdal toeschikt, mij ten beste keren; dewijl Hij zulks doen kan als een almachtig God, en ook doen wil als een getrouw Vader". De getrouwe Vader laat het kwaad niet toe, maar Hij schikt het Zijn kinderen toe. Er kunnen soms ingrijpende dingen plaats hebben in het leven van Gods volk. De druk kan soms zo groot zijn, dat ze Gods Hand niet meer zien in de druk. De oude dichter zingt in Psalm 25: Mijn jammer wilt toch aanmerken Mijnen angst en nood aanziet.
De Kerk moet hier door het jammerdal. In diepe moedeloosheid vragen ze zich wel eens af: "Kan God dat ook ten beste doen keren?"
De Almachtige God is tevens de almachtige Helper. Hij kan het doen, Hij wil het doen en Hij zal het doen. Hij is het die optrekt uit de diepste nood. Sion zegt wel eens: "De Heere heeft mij verlaten, en de Heere heeft mij vergeten". En wat zegt de Heere? De Heere zegt: "Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontferme over de zoon haars buiks? Ofschoon deze vergate, zo zal Ik toch u niet vergeten. Zie, Ik heb u in de beide handpalmen gegraveerd; uw muren zijn steeds voor Mij".

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 maart 1986

De Saambinder | 8 Pagina's

Van het Vaderschap Gods

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 maart 1986

De Saambinder | 8 Pagina's