Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KORT VERSLAG van de afscheidsdienst van Ds. C.G. Vreugdenhil van de Geraja Jemaat Protestan di Irian Jaya (Ger. Gem. in Irian Jaya) en de Jemaat Protestan in Abenaho (Ger. Gem. in de Pasvallei).

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KORT VERSLAG van de afscheidsdienst van Ds. C.G. Vreugdenhil van de Geraja Jemaat Protestan di Irian Jaya (Ger. Gem. in Irian Jaya) en de Jemaat Protestan in Abenaho (Ger. Gem. in de Pasvallei).

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op zondag 8 februari jl. kwam er voor Ds. C.G. Vreugdenhil een einde aan een periode van bijna dertien jaar, waarin hij namens onze gemeenten werkzaam was binnen de uit onze zending voortgekomen Geraja Jemaat Protestan di Irian Jaya. De laatste jaren was hij in het bijzonder verbonden aan de gemeente van Abenaho, de Yalinaam voor de post Pasvallei.
In Pasvallei leidde hij de centrale bijbelschool en de theologische school.
De afscheidsdienst werd gehouden in de grote kerk van de gemeente van Abenaho. In de afscheidspreek bepaalde Ds. Vreugdenhil zijn zeer talrijk gehoor bij de tekst: Handelingen 20 : 32: "En nu, broeders, ik beveel u Gode, en den Woorde Zijner genade, Die machtig is u te bouwen, en u erfdeel te geven onder al de geheiligden". Het thema van de preek was: Paulus' afscheid van de ouderlingen in Efeze.
Het thema was onderverdeeld in drie hoofdgedachten:
1. Een moeilijk afscheid; 2. Een heerlijke overgave; 3. Een vertroostend uitzicht.
Bij de eerste gedachte wees Ds. Vreugdenhil de gemeente op het moeilijke van afscheid nemen. Afscheid nemen is in het algemeen moeilijk, maar in het bijzonder onder deze omstandigheden. Het is immers niet zeker of we elkaar na dit afscheid nog wel op deze aarde zullen zien, zo zei hij.
Voor Paulus viel het afscheid nemen ook niet mee. Hij wist dat hij de ouderlingen van Efeze, die hij in Milete ontmoette, niet meer van aangezicht tot aangezicht zou zien. En daarom viel het afscheid ook voor de ouderlingen van Efeze zeer zwaar. Hun hart was vervuld met verdriet.
Toch ligt er in dit verdriet overgave. Paulus kon de ouderlingen een troostwoord meegeven: hij beval de ouderlingen en daarmee de gemeente van Efeze in de handen van de Heere. Hij wist dat hij niet meer terug zou komen in de gemeenten, die hij gesticht had. Maar hij kon het overgeven. Het leggen in de handen van Hem, Die Zijn gemeenten vasthoudt. Paulus kon de ouderlingen ook wijzen op het onvergankelijke Woord der genade. Mensen komen en gaan. Paulus moest gaan. Maar het Woord der genade blijft. Het bleef in de gemeente van Efeze, het blijft ook in de gemeente van Abenaho, ook nadat wij vertrokken zullen zijn. Door dat Woord kon de Heilige Geest werken in de gemeente van Efeze. Daar was Paulus niet meer voor nodig. Door dat Woord kan en zal de Heilige Geest ook blijven in de gemeente van Abenaho en in alle gemeenten van de GJPI.
In de tweede gedachte stond Ds. Vreugdenhil vooral stil bij de woorden: "Die machtig is u te bouwen". Hij wees erop dat Ds. Kuyt in 1963 mocht beginnen met het planten van de gemeente. Hijzelf was door de genade des Heeren gebruikt om te mesten, maar het is toch de Heere Zelf, Die de wasdom geeft, Die uiteindelijk Zijn gemeente bouwt. Hij volvoert de bouw van Zijn Kerk. Daarvoor is Hij niet afhankelijk van speciale mensen. De Heere Zelf bouwt Zijn gemeente en Hij kiest Wie Hij daarvoor wil gebruiken. Hij is machtig te bouwen. ook door middel van de papoeapredikanten, die in de afgelopen 13 jaar hun opleiding hebben gekregen. Hij zal ook het gebouw van Zijn kerk voltooien. En als het gebouw voltooid is, dan zal het de dag des Heeren zijn, de laatste dag. Ds. Vreugdenhil mocht geloven dat hij dan, op die dag, ook mensen uit de gemeente van Abenaho voor de troon van het Lam zal ontmoeten.
Tenslotte ging Ds. Vreugdenhil in de derde gedachte in op het troostvol uitzicht dat Paulus de ouderlingen van de gemeente van Efeze mocht geven. Als het zover is, dat Paulus en de ouderlingen bij het schip op het strand van Milete afscheid moeten nemen, stromen er tranen. Tranen bij de ouderlingen. Tranen ook bij Paulus. Paulus weet: het gebouw van de kerk des Heeren is nog niet af. Maar in het verdriet weet hij ook: als het gebouw af is. dan zal het de dag des Heeren zijn. En op die dag zullen de heiligen de erfenis, die voor hen weggelegd is in de hemelen, ontvangen.
Wij gaan nu vertrekken. Misschien zien we elkaar nooit weer. Maar dan is er ondanks dat, in deze tekst toch een troostvol uitzicht: op de dag des Heeren zullen de heiligen elkaar weer zien, om de erfenis te ontvangen. Ook uit deze gemeente zullen er zijn die met ons eenmaal de Heere eeuwig zullen prijzen. De erfenis wacht nog. Het is een eeuwige erfenis, die niet verderft. Dat is ook vandaag een troostvol woord. We geven u over in de Handen des Heeren. De Heere is machtig om U te bouwen in het geloof. Hij is ook machtig om het gebouw van Zijn gemeente te voltooien. Daar ben ik niet voor nodig. Er zijn er veel die als gereedschap in de hand des Heeren het bouwwerk voort mogen zetten: de gembala's en pendeta's in de kerk, Ds. Yoh. Kombo, bapak Irab en de heren Janse en Lock op de centrale bijbelschool en de theologische school. Dat geeft toch blijdschap bij het vertrek. Het is immers een teken van het feit dat de Heere door zal gaan met Zijn werk, ook hier in Abenaho.
Maar de meeste blijdschap geven de woorden: "Die machtig is u een erfdeel te geven onder al de heiligen". Het bouwwerk zal voortgezet worden. Maar als dat bouwwerk voltooid is, dan zal de erfenis er zijn. Voor wie? Niet voor iedereen. Alleen voor de heiligen, niet voor de onheiligen, niet voor de onbekeerden, niet voor hen die eigen wegen gaan. Ernstig waarschuwt Ds. Vreugdenhil hen die nog onbekeerd voortleven. Gedoopt zijn is niet genoeg om erfgenaam te zijn van de onverderfelijke erfenis in de hemelen. Wie onbekeerd leeft, leeft in het verderf en zal op de dag des Heeren voor eeuwig verdorven worden.
Ds. Vreugdenhil hoopte tenslotte hartelijk op een weerzien voor de troon van Gods genade.
Na het amen van het dankgebed, sprak Ds. Yoh. Kombo namens de gemeenten enkele gevoelvolle woorden van dank.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1987

De Saambinder | 8 Pagina's

KORT VERSLAG van de afscheidsdienst van Ds. C.G. Vreugdenhil van de Geraja Jemaat Protestan di Irian Jaya (Ger. Gem. in Irian Jaya) en de Jemaat Protestan in Abenaho (Ger. Gem. in de Pasvallei).

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1987

De Saambinder | 8 Pagina's